THERMOSTAAT / HYGROSTAAT – instellingen
TEMPERATUURINSTELLINGEN
Functie
Climatic™ is erop geprogrammeerd om zo economisch mogelijk een comfortabele temperatuur te handhaven.
Omschrijving
De ruimtetemperatuur blijft binnen een bepaalde band. Aan de
onderkant zit de minimumtemperatuur, daaronder begint het
verwarmen. Er is ook een maximum, als dit bereikt wordt, gaat de
unit koelen. De zogenoemde dode zone zit tussen deze twee
drempelwaarden in.
Om een eenvoudige en daardoor gebruikersvriendelijke instelling
te krijgen, is er maar één enkel setpoint voor de gewenste
temperatuur. Dit punt ligt het midden van de dode zone.
Als dit setpoint wordt gewijzigd, heeft dat prioriteit over de beide
drempels, maar de dode zone blijft gedefinieerd door het verschil
tussen de twee drempels.
Als de drempels 3322 en 3323 worden gewijzigd, wordt het
setpoint 3311 automatisch opnieuw berekend als het gemiddelde
van de drempels.
3311
Door klant in te stellen setpoint (°C), instelbaar per zone (periode).
3322
Drempelwaarde voor het koelen (°C), per zone instelbaar.
3323
Drempelwaarde voor het verwarmen (°C), per zone instelbaar.
Aanpassing van het setpoint door een extern signaal
Het setpoint kan van buitenaf worden aangepast met een stuursignaal van 4-20 mA (zie CONFIGUREERBARE IN- EN
UITGANGEN)
Bij een signaal van 4 mA wordt de ingestelde temperatuur 5 K lager.
Bij een signaal van 20 mA wordt de ingestelde temperatuur 5 K hoger
Daar tussenin wordt lineair geïnterpoleerd.
DYNAMISCHE INSTELLING
Functie
Met deze functie is een proportionele verschuiving van de koeldrempel te bereiken, afhankelijk van de
buitentemperatuur.
Omschrijving
De koelingsdrempel begint toe te nemen zodra de buitentemperatuur hoger wordt dan de koelingsdrempel plus de
waarde van het dynamische setpoint.
Als u deze functie niet wilt gebruiken, kunt u het dynamische setpoint eenvoudig op 99,9°C zetten.
Voorbeeld:
Stel dat de koelingsdrempel gelijk is aan 25°C en dat het dynamische setpoint 6 K is.
Dan begint de koelingsdrempel te verschuiven bij een buitentemperatuur van 31°C (25°C + 6 K), waarna die
drempelwaarde de buitentemperatuur volgt met een afstand van 6 K.
3321
Dynamisch setpoint (K), instelbaar per zone.
CLIMATIC™50 – IOM – Rooftops/Aircoolair
Koelingmodus:
Drempelwaarde
voor koelen
∆
Ingesteld setpoint
∆
Drempelwaarde voor
verwarmen
Verwarmingsmodus
CL50-ROOFTOPS-IOM-1107-D
(3322)
(3311)
(3323)
15