Bij de eerste aanbouw van de machine, de koppelingsashelft op de
aftakasstomp van de trekker schuiven, zonder dat de koppelingsaspijpen
in elkaar zijn geschoven.
1.
Door het naast elkaar houden van de beide koppelingsas pijphelften
controleren of de overlapping van de schuifprofielen zowel bij
neergelaten en opgeheven machine minstens 40 % van LO
bedraagt.
2.
Wanneer de profielen in elkaar zijn geschoven mogen de koppelings-
as pijpen niet tegen de gaffels van de kruiskoppelingen stoten. Een
veiligheidsmarge van minstens 10 mm moet worden aangehouden.
afb. 8a
25