WAARSCHUWING
Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan
dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg
hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen
accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk
letsel veroorzaken.
• Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu los
voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
• Sluit altijd eerst de pluskabel (rood) van de accu
aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Verwijder het zwarte rubberen kapje van de
minkabel. Maak de minkabel los van de minpool (–)
van de accu (Figuur 51).
4. Schuif het rode stofkapje voor de accupool van de
pluspool (rood) van de accu. Verwijder vervolgens
de pluskabel (rood) van de accu (Figuur 51).
5. Verwijder de accuhouder (Figuur 51) en verwijder
de accu.
Accu monteren
1. Plaats de accu op de juiste plaats in de machine
(Figuur 51).
2. Bevestig de accu met de accuhouder, j-bouten en
borgmoeren.
3. Bevestig de pluskabel (rood) aan de pluspool (+)
van de accu met een moer, ring en bout (Figuur 51).
Schuif het rubberen kapje over de accupool heen.
4. Bevestig vervolgens de minkabel en de aardingskabel
aan de minpool (–) van de accu met een moer, ring
en bout (Figuur 51). Schuif het rubberen kapje over
de accupool heen.
1. Vleugelmoer
2. Accudeksel
3. Minkabel van de accu
Accu opladen
WAARSCHUWING
Bij het opladen produceert de accu gassen die tot
ontploffing kunnen komen.
Rook nooit in de buurt van de accu en zorg ervoor
dat er geen vonken of vlammen vlakbij de accu
komen.
Belangrijk: Zorg ervoor dat de accu altijd volledig
geladen is (soortelijk gewicht 1,265). Dit is
vooral belangrijk om beschadiging van de accu te
voorkomen bij temperaturen beneden 0 °C.
1. Accu uit het chassis verwijderen, zie Accu
verwijderen.
2. Controleer het zuurpeil; zie Zuurpeil controleren.
3. Zorg ervoor dat de vuldoppen op de accu zijn
geplaatst. Laad de accu 1 uur op bij 25–30 A of 6
uur bij 4–6 A.
4. Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt u de
acculader uit het stopcontact en maakt u vervolgens
de oplaadkabels los van de accuklemmen (Figuur 52).
5. Monteer de accu in de machine en sluit de accukabels
aan; zie Accu monteren.
42
Figuur 51
4. Pluskabel van de accu
5. Accu