2 Verwijder de riem eerst bij de
voorste beugel op de camcorder,
daarna uit de handgreep en tot
slot bij de achterste beugel op de
camcorder.
E
EN POLSRIEM BEVESTIGEN
Voer het bevestigingsuiteinde van de
polsriem door de achterste beugel
op de camcorder, haal de polsriem
door de lus en maak de polsriem
vast.
U kunt u de polsriem ook bevestigen
aan het riembevestigingspunt op de
handgreepriem, zodat u voor extra
gemak en bescherming beide kunt
gebruiken.
E
EN SCHOUDERRIEM BEVESTIGEN
Voer de uiteinden van de
schouderriem door het
riembevestigingspunt op de
handgreepriem en stel de lengte van
de riem bij.
U kunt de handgreepriem ook
verwijderen en de schouderriem
rechtstreeks bevestigen op de
achterste beugel van de camcorder.
D
E HANDGREEPRIEM TERUGPLAATSEN
1 Voer het uiteinde van de riem door
de achterste beugel op de
camcorder.
2 Haal de riem door de gevoerde
handgreep en vervolgens door de
voorste beugel op de camcorder.
3 Maak de handgreepriem voor
zover nodig vast, bevestig de riem
aan de klittenbandvoering op de
handgreep en sluit de flap.
NL
21