2.
Plaats een vinkje [ ] naast het aantal weer te geven schermen.
Histogram
De histogrammen tonen de signaalniveaus over het gehele toonbereik.
Helderheidsweergave (voor het controleren van het algemene belichtingsniveau en de
algemene gradatie) en RGB-weergave (voor het controleren van de verzadiging en gradatie
van rood, groen en blauw) zijn beschikbaar. U kunt het weergegeven histogram wisselen
door op de knop <
benedenhoek van het scherm [
Selecteer nummers met het instelwiel <
Druk op <
> om een vinkje toe te voegen [ ].
Herhaal deze stappen om een vinkje [ ] toe te voegen aan het
nummer van elk weer te geven scherm en selecteer vervolgens [OK].
U kunt de geselecteerde informatie openen door tijdens de weergave
op de knop <
opname-informatie wordt weergegeven.
> te drukken wanneer [
: Weergave-informatiescherm].
> te drukken of door <
] wordt weergegeven in de linker
520
>.
> te gebruiken wanneer