De onderstaande tabel geeft een overzicht van de functies van de twee signaallampjes en het signaalrelais:
Signaallampjes
Storing/Alarm,
Storing
Bedrijf
Waarschuwing
(rood)
(groen)
en Opnieuw
smeren
Uit
Uit
C
Constant
Uit
aan
C
Constant
Uit
aan
C
Uit
Knippert
C
Constant
Uit
aan
C NO NC
Constant
Constant
aan
aan
C NO NC
Constant
Knippert
aan
C NO NC
Resetten van storingsmelding
Een storingsmelding kan op één van de volgende wijzen gereset
worden:
•
Druk kortstondig op de toets
wordt de instelling van de pomp niet gewijzigd.
Een storingsmelding kan niet door middel van
gereset als de toetsen zijn vergrendeld.
•
Schakel de elektriciteitstoevoer uit tot de signaallampjes uit
zijn.
•
Schakel de externe start/stop-ingang uit en daarna weer aan.
•
Gebruik de R100, zie paragraaf 9.1.3 Storingsmeldingen.
Wanneer de R100 met de pomp communiceert, dan knippert het
rode signaallampje snel.
Signaalrelais geactiveerd tijdens:
In bedrijf
Gereed
NO
NC
C
NO
NC
C
NO
NO
NC
C NO NC
C NO NC
NO
NC
C NO NC
C NO NC
C NO NC
NO
NC
C
NO
NC
C
NO
NC
C
NO
C NO NC
C NO NC
C NO NC
C
NO
NC
of
op de pomp. Hierdoor
of
worden
Omschrijving
De pomp is
in bedrijf
De voedingsspanning is uitgeschakeld.
NC
NO
NC
C
De pomp is in bedrijf
C NO NC
De pomp wordt uitgeschakeld door de stopfunctie
NO
NC
C
De pomp is uitgeschakeld.
C
NO
NC
De pomp is gestopt als gevolg van een Storing/
Alarm, of is in bedrijf met een melding Waarschu-
wing of Opnieuw smeren.
Als de pomp was gestopt wordt een herstartpoging
ondernomen (voor het herstarten van de pomp kan
het nodig zijn de melding Storing te resetten).
NC
C
NO
NC
Als de oorzaak "externe storing" is, dient de pomp
handmatig te worden herstart door de melding Sto-
ring te resetten.
De pomp is in bedrijf, maar heeft een Storing/Alarm
(gehad) die mogelijk maakt dat de pomp in bedrijf
blijft, of is in bedrijf met een melding Waarschuwing
of Opnieuw smeren.
Als de oorzaak "opnemersignaal buiten signaalbe-
reik" is, dan blijft de pomp in bedrijf volgens de max.
curve en kan de storingsmelding pas worden gere-
set wanneer het signaal binnen het signaalbereik
C NO NC
valt.
Als de oorzaak "signaal van gewenste waarde bui-
ten signaalbereik" is, dan blijft de pomp in bedrijf
volgens de min. curve en kan de storingsmelding
pas worden gereset wanneer het signaal binnen het
signaalbereik valt.
De pomp heeft een stopcommando gekregen als
gevolg van een Storing.
C
NO
NC
17. Isolatieweerstand
0,37 - 7,5 kW
Voer geen isolatietest uit aan motorwikkelingen
of een installatie waarin E-pompen zijn opgeno-
Voorzichtig
men met hoogspanningsapparatuur, aangezien
hierdoor de ingebouwde elektronica kan worden
beschadigd.
11-22 kW
Gebruik bij het meten van de isolatieweerstand
van een installatie met E-pompen geen hoog-
spannings apparatuur, aangezien hierdoor de
Voorzichtig
ingebouwde elektronica kan worden beschadigd.
De geleiders van de motor kunnen apart losge-
koppeld worden en dan kan de isolatieweerstand
van de motorwikkelingen worden getest.
447