HOE EEN PROGRAMMA VOOR DE HARSLAG TE
GEBRUIKEN
WAARSCHUWING:
de programma's voor de hartslag niet wanneer
U hartklachten heeft of wanneer U ouder dan
60 en niet actief bent. Bespreek met uw huis-
arts, als u regelmatig medicijnen inneemt of de
medicijnen uw oefening voor de hartslag kan
beïnvloeden.
Volg de stappen hieronder om een programma voor de
Hartslag te gebruiken.
De borstkas-sensor dragen.
1
Opgelet: U moet de borstkas-sensor dragen om de
programma's voor de hartslag te kunnen gebrui-
ken.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel ste-
2
ken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op pa-
gina 15.
U kunt de instellingen van het bedieningspa-
3
neel bijstellen als u dat wilt.
Raadpleeg HOE DE INSTELLING VAN HET BE-
DIENINGSPANEEL TE PERSONALISEREN op
pagina 15.
Selecteer het op Hartslag afgestemde pro-
4
gramma.
Om een Hartslagprogramma te selecteren, druk
herhaaldelijk op de CARDIO-toets totdat u de
Hartslagprogramma's [PULSE PROGRAM] bereikt.
Als u een Hartslagprogramma hebt geselecteerd,
dan zullen de naam van het programma en de
maximale doelhartslag van het programma op de
display verschijnen. Daarnaast wordt een profiel
van de doelhartslaginstellingen van het programma
op de display weergegeven.
De Hartslagprogramma's zijn onderverdeeld in
segmenten van één minuut. Bij het eerste
Hartslag-programma, wordt hetzelfde doelhartslag-
niveau geprogrammeerd voor alle segmenten (be-
halve voor de eerste twee segmenten). Bij het
tweede Hartslagprogramma, wordt een doelhart-
slagniveau geprogrammeerd voor elk segment.
Aandacht: Dezelfde na te streven hartslaginstelling
kan voor twee of meerdere segmenten worden ge-
Gebruik
programmeerd.
Stel de maximale doelhartslag bij als u dat
5
wenst.
Om de maximale doelhartslag bij te stellen, druk op
de omhoog- en omlaagtoetsen voor
Gegevensinvoer en daarna op de ENTER-toets
(zie INTENSITEIT VAN UW OEFENING op pagina
33). Om het doelhartslagniveau snel bij te stellen,
houd een van de toetsen ingedrukt.
Druk op de Start-toets om het programma te
6
laten beginnen.
Even nadat u op de toets heeft gedrukt zal de loop-
band beginnen te draaien. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Selecteer een displayweergave en volg uw vor-
7
deringen op de display.
Als u een Bestandsprogramma hebt geselecteerd,
kunt u kiezen tussen twee displayweergaven. Druk
op de DISPLAY-toets om de gewenste displayweer-
gave te kiezen.
Onafhankelijk van de displayweergave die u hebt
geselecteerd, zal er een profiel van de doelhartslag-
instellingen van het programma op de display ver-
schijnen. Er zal ook een witte lijn die uw hartslag
weergeeft, verschijnen. Telkens als uw hartslag
wordt gedetecteerd, zullen er pieken op de lijn ver-
schijnen. Een pijltje onderaan het profiel zal uw vor-
deringen aangeven.
Voor elk programmasegment van één minuut, zal
het bedieningspaneel uw hartslag met de doelhart-
slag vergelijken. De snelheid van de loopband zal
automatisch toe- of afnemen om uw hartslag dich-
ter bij door u na te streven hartslaginstelling te
brengen.Telkens als de snelheid of de helling ver-
andert, zal het snelheids- en hellingsniveau even
bovenaan de display verschijnen om u te waar-
schuwen.
Aan het einde van elk segment, zult u een reeks
pieptonen horen.
23