10. Gebruik van de Wi-Fi/Bluetooth-functie
Verbinding maken met een smartphone (Bluetooth verbinding)
Volg een eenvoudige set-up procedure voor de verbinding (pairing), om verbinding te
maken met een smartphone die Bluetooth Low Energy ondersteunt. Als het pairen
ingesteld is, maakt de camera ook automatisch verbinding met de smartphone via Wi-Fi.
• Ondersteunde smartphones
Android:
Android 5.0 of hoger uitgerust met Bluetooth 4.0 of hoger
(uitgezonderd die welke geen Bluetooth Low Energy ondersteunen)
iOS:
iOS 9.3 of hoger (uitgezonderd iPad 2)
Eerste keer verbinding maken
∫
U hoeft alleen de eerste keer een koppeling (verbinding) tot stand te brengen.
Wanneer de koppeling ingesteld is, wordt automatisch een Wi-Fi-verbinding gemaakt.
Op de camera
>
[Set-up] > [Bluetooth] > [Bluetooth] >
MENU
[SET] > [Koppelen]
• De camera gaat de stand-by-modus van het pairen binnen en
geeft de apparaatnaam weer.
Op uw smartphone
1
Start "Image App".
• Als een bericht verschijnt waarin gemeld wordt dat de smartphone camera's aan het
zoeken is, sluit dit bericht dan.
2
Selecteer [Bluetooth].
3
Schakel Bluetooth in.
4
Selecteer de apparaatnaam die op het scherm van de camera weergegeven
wordt in de lijst [Camera inschakelen om geregistreerd te worden].
• Er zal een Bluetooth-verbinding tussen de camera en de smartphone gemaakt worden.
(Voor Android apparaten) Er zal een Wi-Fi-verbinding tot stand gebracht worden door [Verbinding] te selecteren.
Als u een Android apparaat gebruikt, volg dan de stappen tot hier om de instelling te voltooien. Ga
alleen verder met onderstaande stappen als u een iOS apparaat (iPhone/iPod touch/iPad) gebruikt.
• Als [Wi-Fi-wachtwoord]
[Wi-Fi-setup]. (Op het moment van aankoop is [Wi-Fi-wachtwoord] op [OFF] gezet.)
• Als [Wi-Fi-wachtwoord] op de camera op [ON] gezet is, dient u het profiel te installeren.
1 Installeer het profiel.
• Als een password op de smartphone ingesteld is, dient u dit in te voeren.
2 Druk op de home-knop om de browser te sluiten.
5
Schakel de Wi-Fi-functie in het instellingenmenu in.
6
Selecteer op het Wi-Fi-instellingenscherm de SSID die op de camera
weergegeven wordt. (De apparaatnaam die in stap
• Als de SSID niet weergegeven wordt, kan die weergegeven
worden nadat Wi-Fi-functie uit en weer ingeschakeld wordt.
• Als u het verbonden apparaat moet veranderen, volg dan het
bericht op het scherm om de instelling te veranderen.
(P298)
op de camera op [OFF] gezet is, selecteer dan
260
4
geselecteerd werd)
Wi-Fi
0123456789ABC