4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
Gebruik van een onderling verwisselbare lens zonder focusring
Druk op 1: Stelt scherp op een onderwerp dichtbij
Druk op 2: Stelt scherp op onderwerpen ver weg
A Schuifbalk
• Door op 2/1 te drukken en te blijven drukken,
zal de focussnelheid vergroot worden.
• Het scherpstellen kan ook uitgevoerd worden
door de schuifbalk te verslepen.
B MF Assist (vergroot scherm)
C Peaking
D MF-gids
• De in-focus gedeeltes worden met een kleur
geaccentueerd. (Peaking)
• U kunt controleren of het scherp gestelde punt zich
vlakbij of veraf bevindt. (MF-gids)
U kunt de volgende handelingen verrichten:
Knopbediening
3/4/2/1
¢2
[DISP.]
¢1
¢1 Als een onderling verwisselbare lens zonder focusring gebruikt wordt, kunt u deze
handelingen uitvoeren nadat u op 4 gedrukt heeft, om het scherm weer te geven dat
u in staat stelt de te vergroten zone in te stellen.
¢2 Niet beschikbaar in de Intelligent Auto-Modus.
• Als het beeld in de venstermodus weergegeven wordt, kunt u het beeld ongeveer 3k tot
6k vergroten; als het beeld op het volledige scherm weergegeven wordt, kunt u het
beeld ongeveer 3k tot 20k vergroten.
Aanraakbediening
¢1
Slepen
Open-/
dichtknijpen
s
¢2
[Reset]
¢1
Beschrijving van de bediening
Beweegt de vergrote zone.
Vergroot/verkleint het scherm met kleine
stappen.
Vergroot/verkleint het scherm.
Schakelt naar de vergrote weergave
(venstermodus/volledig scherm).
Eerste keer:
De positie van de vergrote zone wordt op het
midden gereset.
Tweede keer:
De grootte wordt op de fabrieksinstelling gereset.
108
AF
AF