Inhoudsopgave
Advertenties
4.4 Definitieve uitlijning
Doe de definitieve uitlijning door alleen de
motor te stellen.
1. Laat de pomp werken tot deze de bedrijfstempe-
ratuur onder normale bedrijfscondities heeft
bereikt (ongeveer 1 uur).
2. Schakel de pomp uit.
3. Verwijder de koppelingsbescherming.
4. Controleer de uitlijning aan de koppeling met
meetklokjes. Zie hieronder.
Het controleren van de uitlijning van de
koppeling met meetklokjes
Gebruik als alternatief laserapparatuur voor de uit-
eindelijke uitlijning.
Meetklokje (2) voor
parallelle uitlijning
Markeer-
streepje
Meetklokje (1) voor hoek-
uitlijning
Afb. 18 Het eindaanzicht van de koppeling is
bezien vanuit de motor
De procedure voor het uitlijnen van de koppeling
omvat vier stappen:
Parallelle uitlijning - verticaal
1. Plaats meetklokje (2) in positie 0 ° (12 uur).
Zie afb. 18.
2. Plaats markeerstreepjes op de twee helften van
de koppeling. Zie afb. 18.
3. Zet het meetklokje op nul, draai de motor- en
pompas gelijktijdig tot het meetklokje in positie
180 ° (6 uur) staat en controleer of de markeer-
streepjes nog steeds tegenover elkaar staan.
4. Lees het meetklokje (2) af. Als het meetklokje
een afwijking van meer dan ± 0,2 mm aangeeft,
vermeerder of verminder dan het aantal vulstuk-
ken onder de motor tot de uitlezing van het meet-
klokje binnen de toelaatbare tolerantie van ± 0,2
mm is.
(12)
0°
270°
90°
(3)
(9)
(6)
180°
Parallelle uitlijning - horizontaal
1. Draai motor en pompas naar 270 ° (9 uur).
2. Zet het meetklokje op nul, draai motor- en pom-
pas naar 90 ° (3 uur) en controleer of de mar-
keerstreepjes nog steeds tegenover elkaar staan.
3. Lees het meetklokje af. Als het meetklokje een
afwijking van meer dan ± 0,2 mm aangeeft,
beweeg de motor dan zijwaarts tot de uitlezing
van het meetklokje binnen de toelaatbare tole-
rantie van ± 0,2 mm is.
4. Verwijder het meetklokje (2).
Hoekuitlijning - horizontaal
1. Plaats het meetklokje (1) in positie 90 ° (3 uur).
Zie afb. 18.
2. Plaats markeerstreepjes op de twee helften van
de koppeling. Zie afb. 18.
3. Zet het meetklokje op nul, draai de motor- en
pompas gelijktijdig tot het meetklokje in positie
270 ° (9 uur) staat en controleer of de markeer-
streepjes nog steeds tegenover elkaar staan.
4. Lees het meetklokje (1) af. Als het meetklokje
een afwijking van meer dan ± 0,2 mm aangeeft,
beweeg de motor dan zijwaarts tot de afwijking is
gehalveerd.
5. Zet het meetklokje op nul, draai de motor- en
pompas gelijktijdig tot het meetklokje in positie
90 ° (3 uur) staat en lees meetklokje (1) opnieuw
af.
6. Nu dient de uitlezing binnen de toelaatbare tole-
rantie van ± 0,2 mm te zijn. Zo niet - herhaal de
procedure.
13
Advertenties
Inhoudsopgave
