Hoofdstuk 3: Configuratie en inbedrijfstelling
Netwerkconfiguratie
Selecteer de Netwerkstatusopties om de instellingen voor het brandmeldnetwerk
van de centrale en het herhaalpaneel te configureren, zoals in de onderstaande
tabel wordt getoond.
Tabel 21: Configuratieopties netwerkstatus
Optie
Netwerk toekennen
Netwerk
Herhaalpaneel inst
Algemeen controle
Gebeurtenis filter
Commando filter
Klasse B
Netwerk toekennen
Met Netwerk toekennen worden de centrales gedefinieerd die deel uitmaken van
het brandmeldnetwerk. Als een centrale die eerder is geconfigureerd als onderdeel
van het brandmeldnetwerk niet wordt gedetecteerd, wordt een storingsbericht
gerapporteerd waarin de offline-status (met het netwerkstatus-ID) is vermeld.
Ga als volgt te werk om de instellingen voor Netwerk toekennen te wijzigen:
1. Selecteer Pnl instellingen in het hoofdmenu.
2. Selecteer Netwerk.
3. Selecteer Netwerk toekennen.
Er wordt een lijst van gedetecteerde centrales weergegeven op de LCD.
4. Selecteer het centrale-ID in de lijst en selecteer vervolgens JA (om de
centrale toe te voegen aan het netwerk) of NEE (om de centrale uit het
netwerk te verwijderen).
5. Druk op F4 (Enter) en vervolgens op F1 (Verlaten).
6. Druk op F1 (Onthouden), F3 (Toepassen), F4 (Verwijderen) of F2 (Verlaten).
Vergeet niet om de opgeslagen instellingen toe te passen vanuit het
hoofdmenu.
50
Beschrijving
Selecteer deze optie om alle gedetecteerde centrales weer te geven, om
centrales toe te voegen aan het netwerk of om centrales te verwijderen uit
het netwerk. Indien nieuwe centrales worden gedetecteerd, kunnen deze
standaard nog niet communiceren met het netwerk.
Selecteer deze optie om de bewerkmodus voor het netwerk van de
centrale te configureren (standalone paneel, netwerkpaneel of herhaal
panel verbonden met netwerk).
Selecteer deze optie om de centrales op te geven in het netwerk die door
de geconfigureerde centrale zullen worden herhaald
Selecteer deze optie om de algemene controleopties voor
netwerkcentrales en herhaalpanelen te configureren.
Selecteer deze optie om de gebeurtenistypen te configureren die van
andere centrales in het brandmeldnetwerk moeten worden herhaald
Selecteer deze optie om de typen opdrachten te configureren die naar het
brandmeldnetwerk in centrales worden verstuurd met de
overeenkomende geconfigureerde algemene bediening
Selecteer deze optie voor een klasse B-netwerk. Wanneer deze optie is
geconfigureerd, wordt geen fout gerapporteerd voor een open netwerk.
Installatiehandleiding voor de KFP-AF Series-brandmeldcentrale