Menu-item
Actie
1
De afdrukkwaliteit van foto's aanpassen.
Kwaliteit
1, 2
De soort opgeven van het papier in de printer.
Papiersoort
Opmerking: De printer is uitgerust met een sensor die automatisch de papiersoort vaststelt. De
sensor voor papiersoort stelt automatisch vast welke papiersoort in de All-In-One is geplaatst en
past de instellingen dan voor u aan.
1
De instelling wordt hersteld naar de standaardfabrieksinstelling wanneer de digitale PictBridge-camera wordt
verwijderd.
2
De instelling moet apart worden opgeslagen. Zie voor meer informatie "Instellingen opslaan" op pagina 105.
Verwante onderwerpen:
•
"Bedieningspaneel gebruiken" op pagina 98
Foto's op een opslagapparaat afdrukken met het controlevel
1
Plaats normaal A4- of Letter-papier in de printer.
2
Plaats een geheugenkaart of flashstation met de gewenste afbeeldingen in de printer.
3
Druk herhaaldelijk op
4
Druk op
.
5
Druk herhaaldelijk op
6
Druk op
.
7
Druk op
of
om op te geven welke categorie met foto's u wilt afdrukken.
U kunt voor de volgende groepen foto's een controlevel afdrukken:
•
Voor alle foto's op de geheugenkaart
•
Voor de 20 recentste foto's, als er meer dan 20 foto's op de kaart staan
•
Voor op datum gesorteerde foto's als de foto's op de kaart niet allemaal op dezelfde dag zijn gemaakt
8
Druk op
.
9
Druk nogmaals op
Er worden een of meer controlevellen afgedrukt.
10
Volg de aanwijzingen op het controlevel om op te geven welke foto's u wilt afdrukken en om het aantal
exemplaren, de rode-ogenreductie, pagina-indeling, afdrukopties, kleureneffecten en het papierformaat te
selecteren.
Opmerking: zorg dat u de cirkels volledig invult.
11
Plaats het controlevel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
12
Druk zo nodig herhaaldelijk op
13
Druk op
.
14
Druk op Kleur of Zwart om het controlevel te scannen.
of
tot Controlevel verschijnt.
of
tot Controlevel afdrukken verschijnt.
.
of
tot Controlevel scannen verschijnt.
Werken met foto's
81