Printen
Afzonderlijke opnamen printen
U kunt opnamen afzonderlijk selecteren en printen.
104
Selecteer een opname die
1
u wilt printen.
Draai aan het instelwiel <5> om de
gewenste opname te selecteren en
druk vervolgens op <0>.
Als u op de knop <u> drukt en het
instelwiel <6> linksom draait,
kunt u een opname selecteren in de
indexweergave.
Selecteer [Beeld printen].
2
Het scherm met printinstellingen
wordt weergegeven.
Druk de opname af.
3
Zie pagina 107 voor de procedure
voor afdrukinstellingen.
Als [Print] wordt geselecteerd, wordt
het afdrukken gestart.
Wanneer het printen is voltooid,
wordt het scherm van stap 1 weer
weergegeven. Als u nog een opname
wilt printen, herhaalt u stap 1 tot
en met 3.
Verbreek de verbinding.
4
Druk op de knop <M> om het
bevestigingsvenster weer te geven.
Selecteer [OK] en druk vervolgens op
<0> om de verbinding te verbreken.
Het scherm [Wi-Fi-functie]
verschijnt weer.