3. Selecteer met de keuzeschijf het papierformaat
en druk op de keuzeschijf.
• Selecteer het papierformaat van het papier dat in uw printer
is geplaatst.
• Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
4. Draai de keuzeschijf naar
op de keuzeschijf.
5. Selecteer met de keuzeschijf een randoptie en
druk op de keuzeschijf.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
De afdrukstijl instellen
IMAGE
BORDERS
[BORDERED]: het beeldgebied blijft relatief ongewijzigd ten opzichte van het
opgenomen beeld als het wordt afgedrukt. [BORDERLESS]/[MULTIPLE]: het
middelste gedeelte van het opgenomen beeld wordt vergroot afgedrukt. De
boven- en onderzijde en de zijkanten worden mogelijk iets afgesneden.
[MULTIPLE] kan alleen worden geselecteerd wanneer u afdrukt op Card Size
papier (creditcardformaat).
[BORDERS] kan alleen worden geselecteerd wanneer [IMAGE] ingesteld is op
[STANDARD].
1. Selecteer in het afdrukinstelmenu met de
keuzeschijf de optie [Style] en druk op de
keuzeschijf.
126
STANDARD
Drukt 1 foto per pagina af.
MULTIPLE
Drukt 8 exemplaren van dezelfde foto op een pagina af.
BORDERLESS Drukt af tot de randen van de pagina.
BORDERED
Drukt af met een rand.
(BORDERS) en druk