Foutafhandeling; Workflow Real-Time Analysis - illumina NextSeq 550Dx Referentie Gids
Verberg thumbnails
Zie ook voor NextSeq 550Dx:
- Referentie gids (76 pagina's) ,
- Gebruiksaanwijzing (78 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Referentiegids van het NextSeq 550Dx-instrument
Bestandstype
Clusterlocatiebestanden
Indexbestanden
basebepaling
RTA2 biedt realtime meetwaarden van runkwaliteit, opgeslagen als InterOp-bestanden. InterOp-
bestanden zijn een binaire uitvoer die meetwaarden van tegels, cycli en leesniveaus bevatten.
Foutafhandeling
RTA2 maakt logbestanden aan en schrijft deze naar de RTALogs-map. Fouten worden geregistreerd in
een foutenbestand in *.tsv-bestandsindeling.
De volgende log- en foutenbestanden worden na afloop van de bewerking naar de definitieve
uitvoerbestemming verzonden:
•
*GlobalLog*.tsv bevat een samenvatting van de belangrijke rungebeurtenissen.
*LaneNLog*.tsv bevat een lijst van verwerkingsgebeurtenissen voor elke baan.
•
*Error*.tsv bevat de fouten die tijdens een run zijn opgetreden.
•
*WarningLog*.tsv bevat de waarschuwingen die tijdens een run zijn opgetreden.
•
Universal Copy Service
De NextSeq 550Dx bevat een Universal Copy Service. RTA2 vraagt de service om bestanden te
kopiëren vanaf een bronlocatie naar een doellocatie en de service verwerkt kopieerverzoeken in de
volgorde waarin ze zijn ontvangen. Als er een uitzondering optreedt, wordt het bestand opnieuw in de rij
geplaatst voor kopiëren op basis van het aantal bestanden in de rij voor kopiëren.
Workflow Real-Time Analysis
Een sjabloon maken
Registratie en
extractie intensiteit
Faseringscorrectie
Documentnr. 1000000009513 v08
VOOR GEBRUIK BIJ IN-VITRODIAGNOSTIEK.
Beschrijving
Clusterlocatie (*.locs)-bestanden bevatten de X- en Y-coördinaten
voor elke cluster in een tegel. Tijdens het genereren van een
sjabloon wordt voor elke baan een clusterlocatiebestand
gegenereerd.
Voor elke baan wordt een indexbestand basebepaling (*.bci)
geproduceerd waarin de oorspronkelijke tegelinformatie wordt
bewaard. Het indexbestand bevat een paar waarden voor elke
tegel, namelijk het tegelnummer en het aantal clusters voor die
tegel.
Brengt clusterlocaties in kaart.
Registreert de locatie van elk cluster op de stroomcel en bepaalt een
intensiteitswaarde voor elk cluster.
Corrigeert de effecten van fasering en prefasering.
70
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
