5.
Breng de printcartridge in lijn met de geleiders in de printer en duw de printcartridge in de printer
tot deze volledig op zijn plaats zit.
6.
Sluit de voorklep en vervolgens de bovenklep. Na enige tijd wordt op het bedieningspaneel het
bericht KLAAR weergegeven.
7.
De installatie is nu voltooid. Plaats de verbruikte printcartridge in de zak waarin de nieuwe
printcartridge is geleverd. Raadpleeg de bijgesloten recyclinggids voor instructies over recycling.
8.
Als u een printcartridge gebruikt die niet van HP is, controleert u het bedieningspaneel voor verdere
instructies.
Voor verdere hulp gaat u naar http://www.hp.com/support/clj4700.
176
Hoofdstuk 7
Opmerking
De verzegelingstape van de printcartridge wordt automatisch verwijderd
tijdens de installatie van de printcartridge in de printer.
Opmerking
Als een cartridge in de verkeerde sleuf wordt aangebracht, wordt op het
bedieningspaneel het bericht ONJUISTE [KLEUR] CARTRIDGE weergegeven.
Onderhoud
NLWW