4
Werken met inktcartridges
Als u ervan verzekerd wilt zijn dat de afdrukkwaliteit van de printer optimaal blijft, moet
u enkele eenvoudige onderhoudsprocedures uitvoeren. In dit deel vindt u richtlijnen
voor het hanteren van inktcartridges, instructies voor het vervangen van inktcartridges
en voor het uitlijnen en schoonmaken van de printkop.
Tip Zie Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen als u problemen hebt met het
afdrukken van documenten.
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Informatie over inktcartridges en de printkop
•
De geschatte inktniveaus bekijken
•
Afdrukken met enkel zwarte of gekleurde inkt
•
inktcartridges vervangen
•
Printerbenodigdheden bewaren
•
Gebruik informatieverzameling
Informatie over inktcartridges en de printkop
Lees de volgende tips voor het omgaan met en het onderhouden van HP-inktpatronen
als u verzekerd wilt zijn van een consistente afdrukkwaliteit.
•
De instructies in deze gebruikershandleiding zijn voor het vervangen van
inktcartridges en zijn niet bedoeld voor de eerste installatie.
•
Let op Printcartridges worden weliswaar niet beschadigd wanneer ze buiten
de printer worden bewaard, maar voor de printkop hoeven niet alle cartridges
te allen tijde te zijn geplaatst nadat de printer is geconfigureerd en in gebruik.
Een of meer lege cartridgesleuven langere tijd leeglaten, kan echter leiden tot
problemen met de afdrukkwaliteit en mogelijke schade aan de printkop. Als u
onlangs langere tijd een cartridge uit de printer hebt gehouden of een
papierstoring hebt gehad, en daarna een slechte afdrukkwaliteit hebt
geconstateerd, moet u de printkop wellicht reinigen. Zie De printkop reinigen
voor meer informatie.
•
Haal inktcartridges pas uit de originele luchtdichte verpakking als u ze nodig hebt.
•
Zorg ervoor dat u de printer correct uitzet. Zie De printer uitschakelen voor meer
informatie.
•
Bewaar inktcartridges bij kamertemperatuur (15 - 35 °C of 59 - 78 °F).
•
Zorg ervoor dat u de printer uitschakelt met de knop
lampje uitgaat voor u de stekker loskoppelt of een wandschakelaar omzet. Als u
de printer verkeerd uitschakelt, wordt de wagen met de inktcartridges mogelijk
niet op de juiste positie teruggezet. Dit kan problemen met de printkop en de
afdrukkwaliteit veroorzaken.
•
Maak de printkop alleen schoon als dat nodig is. U verspilt zo geen inkt en de
inktcartridges hebben een langere levensduur.
34
Werken met inktcartridges
(Aan/Uit). Wacht tot het