Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding en veiligheid ..........................3 1.1 Inleiding ...............................3 1.1.1 Andere informatie aanvragen....................3 1.2 Veiligheid .............................3 1.2.1 Veiligheidstermen en -symbolen ....................4 1.2.2 Milieuveiligheid.......................... 5 1.2.3 Veiligheid van de gebruiker ....................... 6 1.2.4 Ex-goedgekeurde producten....................8 1.3 Geluidsniveau gegevens ........................9 1.4 Productgarantie ...........................
Pagina 4
10 Bijlage II..............................97 10.1 Tabellen met aanhaalmomenten ..................... 97 11 CE Declaration of Conformity....................... 100 11.1 EU-conformiteitsverklaring ......................100 12 Plaatselijke contactpersonen van ITT ....................102 12.1 Regionale kantoren ........................102 Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Verboden methodes gelden ook voor aan- passingen aan de apparatuur of het gebruik van onderdelen die niet door ITT zijn ge- leverd. Wanneer u een vraag hebt met betrekking tot het beoogde gebruik van de ap- paratuur, kunt u contact opnemen met een vertegenwoordiger van ITT voordat u ver- dergaat.
Risico op verwonding en/of schade aan de eigendommen. Het gebruik van de pomp voor een oneigenlijke toepassing kan overdruk, overhitting en/of onstabiele werking veroorzaken. Wijzig de servicetoepassing niet zonder de goedkeuring van een be- voegde ITT-verkoper. • Als er gevaarlijke vloeistoffen gebruikt worden in de pomp moet ervoor gezorgd wor-...
Meld alle emissies naar het milieu aan de toepasselijke instanties. WAARSCHUWING: Als het product op enigerlei wijze is gecontamineerd, bijvoorbeeld door giftige chemicaliën of radioactieve straling, stuur het product NIET naar ITT voordat het helemaal Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
1.2 Veiligheid gedecontamineerd is en stel ITT op de hoogte van deze condities alvorens het product te retourneren. Elektrische installatie Raadpleeg het plaatselijke elektriciteitsbedrijf voor de vereisten voor recycling bij elektrische installa- ties. 1.2.2.1 Richtlijnen voor recycling Volg altijd de plaatselijke wet- en regelgeving betreffende recycling op.
1.2 Veiligheid Temperatuur WAARSCHUWING: Oppervlakken van apparatuur en leidingen kunnen meer dan 54 ºC (130 ºF) worden in wer- kende procesinstallaties. Duidelijke visuele waarschuwingen of andere indicatoren moeten het personeel waarschuwen voor oppervlakken die mogelijk onveilige temperatuur kunnen bereiken. Raak hete oppervlakken niet aan. Laat pompen die op hoge temperatuur werken voldoende afkoelen voordat u onderhoud uitvoert.
• Alle werkzaamheden aan het product moeten worden uitgevoerd door gecertificeerde elektri- ciens en bevoegde ITT-monteurs. Voor installaties in explosiegevaarlijke omgevingen zijn spe- ciale voorschriften van toepassing. • Alle gebruikers moeten zich bewust zijn van de risico’s die het werken met elektrische stroom en de chemische en fysieke karakteristieken van in risicovolle gebieden aanwezige gassen, dampen of beide met zich meebrengen.
• Onderhoud voor Ex-goedgekeurde producten moet plaatsvinden conform internationale en na- tionale normen. ITT wijst elke aansprakelijkheid af voor werkzaamheden die zijn uitgevoerd door ongeschoold of on- bevoegd personeel. Vereisten voor het product en het omgaan met het product Dit zijn de vereisten voor het product en het omgaan met het product voor Ex-goedgekeurde produc- ten in omgevingen met explosiegevaar: •...
Economische schade Garantieclaim ITT-producten zijn hoogwaardige kwaliteitsproducten met een betrouwbare werking en lange levens- duur. Als u toch aanspraak wilt maken op de garantie, kunt u contact opnemen met uw ITT-vertegen- woordiger. ATEX-overwegingen en beoogd gebruik Er moet in potentieel explosieve omgevingen speciaal worden opgelet om te zorgen dat de appara- tuur goed wordt onderhouden.
Pagina 13
De classificatiecode die op de apparatuur is aangebracht, moet overeenkomen met de opgegeven omgeving waarin de apparatuur zal worden geïnstalleerd. Schakel de apparatuur niet in en neem voordat u verdergaat contact op met uw vertegenwoordiger van ITT Goulds Pumps als dit niet het geval is.
Voer al het verpakkingsmateriaal af volgens de plaatselijke richtlijnen. Inspecteer het apparaat om na te gaan of er bepaalde onderdelen beschadigd zijn of ontbreken. Neem contact op met uw ITT-vertegenwoordiger wanneer niet alles in orde is. 2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen...
Pagina 15
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Tabelnr 1: Methoden Pomptype Hijsmethode Een volledig gemonteerde Gebruik geschikte hijswerktuigen bevestigd aan de hijsogen op de drukhoogte of pomp geschikte draaihijsringen door de vatflens of of afvoerkopflens. Een gedeeltelijk gemon- Maak gebruik van geschikte hijsapparatuur dat bevestigd is aan de hijsogen van teerde pomp de onderdelen of grondplaat of geschikte oogmoeren door de flenzen van de on- derdelen.
Pagina 16
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Afbeeldingnr. 3: VIT tussenliggende positie Afbeeldingnr. 4: VIT verticale positie Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 17
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Voorbeeld: VIC-T van horizontaal naar verticaal opgehesen Afbeeldingnr. 5: VIC-T horizontale positie Afbeeldingnr. 6: VIC-T tussenliggende positie Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 18
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Afbeeldingnr. 7: VIC-T verticale positie Voorbeeld: Gedeeltelijk gemonteerde machinerie (komconstructie) Afbeeldingnr. 8: Kom - horizontale positie Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 19
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Afbeeldingnr. 9: Kom - tussenliggende positie Afbeeldingnr. 10: Kom - verticale positie Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 20
2.3 Pomp en komconstructie hantering, installatie en hijsen Voorbeeld: Gedeeltelijk gemonteerde machinerie (vat) Afbeeldingnr. 11: Vat - horizontale positie Afbeeldingnr. 12: Vat - tussenliggende positie Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
2.4 Pomp en komconstructie opslagvereisten Afbeeldingnr. 13: Vat - verticale positie 2.4 Pomp en komconstructie opslagvereisten Vereisten Verticale eenheden moeten correct worden voorbereid op opslag en vereisen regelmatig onderhoud tijdens opslag. De eenheid wordt ook beschouwd als in opslag in de periode tussen levering op loca- tie en installatie.
2.4 Pomp en komconstructie opslagvereisten Situatie Juiste voorbereiding Rotatie van de pomp en komcon- • Draai de as en komconstructie-as tegen de klok in minimaal drie structie as keer en minimaal eenaal per maand. • Laat de as nooit in een vorige stand of in de hoogste of laagste zij- stand staan.
3 Productbeschrijving 3 Productbeschrijving 3.1 Algemene beschrijving De pompen VIT, VIC en VIDS hebben onderling weinig verschillen. De pomp Model VIT is een verticale industriële turbinepomp die is ontworpen voor een breed scala aan toepassingen. De pomp model VIC is pomp VIT in een kanaal met een andere afvoerkop. De pomp model model VIDS heeft een dubbele zuigkom en waaier.
Optie niet beschikbaar De classificatiecode op de apparatuur moet overeenkomen met de omgeving waar de apparatuur zal worden geïnstalleerd. Wanneer dit niet het geval is, dient u contact op te nemen met uw ITT–Goulds- vertegenwoordiger voordat u verdergaat. * De maximale vloeistoftemperatuur kan worden beperkt door het pompmodel en orderspecifieke op- ties.
Pagina 25
Als deze niet compatibel zijn, schakelt u de apparatuur niet in maar neemt u eerst contact op met uw ITT-vertegenwoordiger voordat u verdergaat. Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
In installaties of pompen met kathodische corrosiebescherming vloeit voortdurend een kleine stroom door de constructie. Dit is niet toelaatbaar op de complete pomp of op gedeeltelijk gemonteerde machines zonder dat verdere voorzorgsmaatregelen worden genomen. ITT moet in dit verband worden geraadpleegd. OPMERKING: •...
4.2 Voorinstallatie voorkomen dat vuil en vreemde voorwerpen de pomp binnendringen. Beschermende coatings moe- ten ook op machinaal bewerkte oppervlakken worden gehouden om roesten te voorkomen. Pompac- cessoires zoals bedieningsinstrumenten of tussenliggende aansluitdozen moeten worden beschermd tegen beschadiging en vocht. Voor buiteninstallaties moeten de onderdelen tijdens de installatieperi- ode worden afgedekt met regendicht dekzeil ter bescherming tegen de elementen.
4.2 Voorinstallatie Kanaalflens, grondplaat of afvoerkaop Fundering Bekisting Mortel Ankerbout Afbeeldingnr. 15: Voorbeeld van een standaardinstallatie 4.2.3.1 Installatie van kanaal of de grondplaat op een betonnen fundering De gebruiker moet de noodzaak in acht nemen van het gebruik van een veiligheidsinrichting, zoals een vlamdover, om te voorkomen dat vlammen het pomphuis, de tank of het kanaal binnenkomen of verlaten, indien van toepassing.
9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie on page 92 in acht voordat u met werk- zaamheden begint. Vraag ITT extra hulp wanneer een VIC-L-vat wordt besteld. 4.2.3.3 Het van mortel voorzien van het kanaal of grondplaat Voor deze procedure wordt niet-krimpende mortel aanbevolen.
4.2 Voorinstallatie 4.2.4 De pomp op een constructiestalen fundering plaatsen Breng het kanaal en de pomp rechtstreeks over - overpompenzo dicht mogelijk naar - de be- langrijkste constructiedelen, balken of moeren Zet de afvoerkop, het kanaal of de grondplaat met bouten aan de steun vast om vervorming te vermijden, trilling te voorkomen en een goede uitlijning te behouden.
4.2 Voorinstallatie OPMERKING: Varieer de capaciteit altijd met de regelklep in de afvoerleiding. Smoor nooit de stroom van- af de aanzuigkant. Deze actie kan leiden tot verminderde prestaties, onverwachte warmte- ontwikkeling en schade aan apparatuur. Richtlijnen voor leidingen Richtlijnen voor leidingen zijn te vinden in het document Hydraulic Institute Standards dat beschik- baar is via: Hydraulic Institute, 9 Sylvan Way, Parsippany, NJ 07054-3802, VS.
4.3 Installatie van onbedekte as- pomp 4.2.6.2 Controlelijst voor de afvoerleiding Controlelijst Controleer het volgende: Uitleg/opmerking Gecontro- leerd Controleer of in de afvoerlijn een isola- De isolatieklep is vereist voor: tieklep is geïnstalleerd. • Vulling • Stroomregeling • Inspectie en onderhoud van de pomp Controleer of een keerklep in de afvoer- De locatie tussen de isolatieklep en de pomp maakt leiding geïnstalleerd is, tussen de isola-...
OPMERKING: I-balken en hijsklemmen kunnen op verzoek door ITT worden geleverd. Als I-balken en hijsklemmen worden geleverd door ITT, moet de "Pump Installation Instructions (w/ Lifting Clamps)" IOM (IOM Pompinstallatie-instructies (met hijsklemmen) worden gebruikt.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Plaats een geschikte hijs of kraan over het kanaal met de haak in het midden. Plaats twee oogbouten met schroefdraad door de boutgaten van de afvoerkom, 180º apart. Bevestig een hijsstrop aan de oogbouten en hijs de constructie boven de opening in de funde- ring.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Tabelnr 4: hoofddrijfwerkaskoppeling Type hoofddrijfwerkaskop- Dan... peling Schroefkoppeling Breng een dunne laag olie aan op de koppelingsschroefdraden als deze van niet-vretend materiaal zijn. Gebruik een geschikt an- ti-vastloopitem als de koppeling van invretend materiaal is. Schroef de koppeling handmatig aan totdat u weerstand voelt.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Plaats net zoveel stelschroeven door beide flensen als mogelijk is en draai ze geleidelijk vast in schuin tegenover elkaar liggende paren. Hijs de kom- en kolomconstructie hoog genoeg om de I-profielsteunen te kunnen verwijderen. Plaats de resterende moerbouten en draai deze vast. Plaats de kom- en kolominstructie op de fundering in de opvangbak of het kanaal: Hef de volledige constructie omhoog aan de oogbouten van de kolomleiding en verwijder de I-balksteunen.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Giet een liter synthetische turbineolie ISO VG 32 in het bovenste buisgedeelte en schroef het buislager in de bovenste lengte totdat het de bodem bereikt, klaar om de volgende buislengte te ontvangen. OPMERKING: Gebruik geen motorolie. 12.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.4 Installatie van de asafdichting en uitlijningsoverzicht Asafdichtingen hebben 2 verschillende opties: pakkins- of mechanische afdichting. De pakkingasafdichting wordt compleet gemonteerd op de afvoerkop geleverd, met pakking, pak- kingringen en pakkingbus. Moeren die op de pakkingbusbouten zijn geschroefd, worden met de hand aangedraaid, daarom moet de eindgebruiker de correcte afstelling uitvoeren tijdens het opstarten van de pomp.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.5 Pakkingbus installeren VOORZICHTIG: • Zorg ervoor dat de splitsdrukstuk rechtop in de pakkingbus past. Een splitsdrukstuk dat niet goed is geplaatst, kan leiden tot een ongelijkmatige compressie van de pak- king en schade aan de as of bus. VOORZICHTIG: Pakkingbussen zijn niet toegestaan in een als Ex-geclassificeerde omgeving.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Stelschroef Omloopleiding Pakkingbus Pakkingsluitring Pakkingringen Lager Gedeeld drukstuk O-ring Afbeeldingnr. 18: Pakkingbus type B Stelschroef Omloopleiding Pakkingbus Lantaarnring Pakkingringen Pakkingsluitring 10. Smeerbus Lager Gedeeld drukstuk O-ring Afbeeldingnr. 19: Pakkingbus type C 4.4.5.1 Pakkingbussen type A en B installeren Het type B pakkingbus is hetzelfde als type A met uitzondering dat het een asmof met een O-ring heeft.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Schuif de mof op de as, draai deze voorzichtig linksom en druk deze tegelijkertijd rustig omlaag totdat de O-ring zich voorbij de schroefdraden van de as bevindt. Plaats de mof op de as en zet deze vast met stelschroeven. Plaats de pakking op de afvoerkop.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Sluit de omloopleiding aan op de buisfitting in de pakkingbus. 10. Smeer de pakkingbus in: Schroef de smeerbus in de pakkingbus. Vul de smeerbus met smeermiddel van hoge kwaliteit. Nadat de pakkingbus volledig is gemonteerd, brengt u het smeermiddel aan op de lantaarn- ring door de dop van de smeerbus enkele slagen te draaien.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.7.1 Installatie van de mechanische afdichting De mechanische afdichting wordt los meegeleverd en voor een juiste installatie moeten de concentri- citeiten van de as en het afdichtingshuis vooraf worden gecontroleerd. Onderstaande instructies zijn van toepassing op een aandrijfas met of zonder aandrijfpot. In het geval van een pomp met gesloten as, zie hoofdstuk 4.4.8 De buisspanplaat installeren on pa- ge 46...
Pagina 44
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Afwijking aandrijfas Procedure Concentriciteit van de afdichtings- Installeer de meetklok zoals aangegeven. behuizing Draai de aandrijfas met de hand en start de indicator in de binnenkant van het oppervlak van de afdichtingsbehuizing om de concentriciteit te bepalen.
Pagina 45
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Afwijking aandrijfas Procedure Concentriciteit van de kopas Installeer de koppelingseenheid volgens de instructies van 4.4.9.1 Mon- tage van de koppelingsnaaf on page 50 en stel de waaier af volgens 4.4.9.2 Aanpassen van de instelling van de rotorlift on page Bevestig de basis van de meetklok aan de afvoerkop of de aandrij- vingssteun.
Pagina 46
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Afwijking aandrijfas Procedure OPMERKING: Wees voorzichtig met de mechanische afdichting. Componenten van koolstof of keramiek zijn bros en kunnen makkelijk breken. OPMERKING: • Draai de moerbouten op het drukstuk niet te strak aan. Anders kan de afdichtingszit- ting worden verwrongen waardoor de afdichting niet meer goed werkt.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Bewaar het afdichtingsafstandsstuk of de excentrische sluitring. Deze kunnen worden ge- bruikt om de juiste afdichtingsafstand in stand te houden wanneer de afdichting moet worden verwijderd. Maak de moerbouten van de afdichting los om de waaierhoogte opnieuw af te stellen.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.8 De buisspanplaat installeren Afvoerkop Spanplaat of (pakkingdoos) Mechanische afdichting (indien nodig) Kopas Nippel voor ombuis Gereedschap voor spanplaat Steunen Moeren Pasringen Afbeeldingnr. 21: Buisspanplaat Inspecteer de afvoerkop (1) op eventuele grote gebreken. Als er grote gebreken zijn, meld deze dan direct aan uw leidinggevende. Ga niet verder voordat eventuele grote gebreken zijn verholpen.
Pagina 49
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Lijn de boutgaten uit Schroefdraad O-ringen Afbeeldingnr. 22: Draadspanplaat Neem nu de tapeinden (7) en draai ze in de spanplaat (2). Dit wordt getoond in in Afbeeldingnr. 23: Schroefdraadeinden on page Schroefdraad Afbeeldingnr. 23: Schroefdraadeinden Pak het spanplaatgereedschap (6), schuif over de tapeinden en plaats deze op zijn plaats op de bovenplaat van de afvoerkop (1).
Pagina 50
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Schuiven Bevestigen Afbeeldingnr. 24: Gereedschap voor spanplaat OPMERKING: Als de afvoerkop (1) een mannelijk register heeft, gebruik dan de vrouwelijke registerzijde van het spanplaatgereedschap (6) en schuif dit op het mannelijke register van de boven- plaat van de afvoerkop (1).
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Afbeeldingnr. 26: Voltooide buisspanplaat Hiermee is de procedure voor het monteren van de spanplaat van de ombuis voltooid. De ge- bruiker kan nu verdergaan met de montage van de rest van de pomp. 4.4.9 Installatie van een aandrijving met massieve as WAARSCHUWING: Alle apparatuur die wordt geïnstalleerd moet deugdelijk worden geaard om onverwachte schokken te voorkomen.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Wanneer geen aandrijvingssteun is geleverd en geïnstalleerd, moet u de volgende stappen uit- voeren: Hijs de montagesteun op en inspecteer de montagevlakken en de registers. Reinig deze oppervlakken grondig. Installeer de aandrijvingssteun op de afvoerkop en zet deze vast met moerbouten. Bevestig een hijsstrop aan de hijsogen en hijs de motor op.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.9.3 De waaier afstellen voor een aandrijving met massieve as BELANGRIJK: De bepaling van de eindspeling van de aandrijving kan cruciaal zijn en moet worden meegenomen bij de waaierinstelling die in dit onderwerp wordt besproken. Zie de overzichtstekening van de pomp voor meer informatie.
Pagina 55
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Aandrijfas Stelmoer moerbout Bevestigingsbout Aandrijfkoppeling Kopspie Stelmoer Deze procedure is van toepassing op zowel een aandrijving met een elektrische VHS-motor als met een holle as. Wanneer geen aandrijvingssteun is geleverd en geïnstalleerd, moet u de volgende stappen uit- voeren: Hijs de montagesteun op en inspecteer de montagevlakken en de registers.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.10.1 De AR-koppeling met vaste flens monteren Aandrijfas Aandrijfspie Aandrijvingsnaaf Splitring Pompnaaf Pompspie Kopas Zeskantmoer Moerbout Demonteer de koppeling: Controleer of alle onderdelen schoon zijn en er geen vuil in bewerkte holten of registers zit. Plaats de aandrijfspie op de spiebaan in de aandrijfas en schuif de aandrijvingsnaaf op de aandrijfas.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Plaats de naaf zodanig dat het aseinde voldoende bloot komt te liggen om de splitring op het aseinde te kunnen monteren. Om de montage te vergemakkelijken, kunt u de wielnaaf tijdelijk in deze stand vastmaken met tape of een touw.
Pagina 58
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.10.3 De waaier afstellen bij een aandrijving met holle as OPMERKING: • Als uw holle asaandrijving voorzien is van een mechanische afdichting, moet u de mechanische afdichting loskoppelen voordat u de waaier afstelt. • Door een onjuiste afstelling van het rotorblad kunnen de draaiende en stationaire de- len met elkaar in contact komen.
2,19 en groter 55 mm en groter OPMERKING: Voor algemene toepassingen beveelt ITT synthetische turbineolie ISO VG 32 aan. Neem voor specifiekere informatie contact op met ITT. 4.4.12 Set-up van het spoelwatersysteem Raadpleeg de overzichtstekening voor de parameters van het spoelwater.
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren 4.4.13 Controlelijst bij installatie en opstarten Gebruik deze controlelijst samen met de standaardinstructiehandleiding die bij de apparatuur wordt geleverd. Parafeer elk voltooid item of noteer N.v.t. als het item niet van toepassing is. Wanneer u deze controlelijst hebt voltooid, stuurt u een kopie naar de VP-D veldservice om deze toe te voegen aan de kwaliteitscontrolebestanden.
Pagina 61
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Controleer het volgende: Gecontro- leerd Laat de pomp onaangekoppeld lopen om te controleren of de aandrijvingen soepel lopen en nor- maal klinken. • Verwijder voor VHS-motoren, de aandrijfas als een koppeling geleverd is. Als er geen kop- peling geleverd is, verwijder dan de vaste bussen en de aandrijfkoppelingen.
Pagina 62
4.4 Een gedemonteerde pomp installeren Afmetingen Aflezing Waarde Waaierhoogte Afwijking van de as Afwijking van de pompkopas Afwijking van het vlak van de afdichtingsbehuizing Afwijking van de boring van de afdichtingsbehuizing Megohmmeter Trillingen Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
5 In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen 5 In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen 5.1 Voorbereiding voor opstarten WAARSCHUWING: • Risico op ernstige persoonlijke verwonding en overlijden. Het overschreiden van de gebruikslimieten van de pomp (bv. druk, temperatuur, kracht, etc.) kan resulteren in het falen van de apparatuur, zoals explosies, dysfunctie, of lekkage.
5.1 Voorbereiding voor opstarten WAARSCHUWING: De mechanische afdichting die in omgevingen met een Ex-classificatie wordt gebruikt, moet correct gecertificeerd zijn. VOORZICHTIG: Pakkingbussen zijn niet toegestaan in een als Ex-geclassificeerde omgeving. OPMERKING: Vermijd falen van de mechanischeafdichting of de pomp door: •...
5.1 Voorbereiding voor opstarten • Als de temperatuur van de verpompte vloeistof hoger is dan 93 °C | 200 °F, moet u de pomp laten opwarmen voordat u deze in werking stelt. Laat een kleine hoeveelheid vloeistof door de pomp circuleren totdat de temperatuur van de behuizing maximaal 38 °C | 100 °F hoger of lager is dan de temperatuur van de vloeistof.
5.2 Pomp vullen 12. Voor watergesmeerde spoelassen, zie de aanwijzingen op de tekening van de algemene opstel- ling. 5.2 Pomp vullen VOORZICHTIG: • De pomp moet goed worden geventileerd via de drukhoogte-aansluitingen. Dit is be- langrijk bij vloeistoffen die worden aangezogen met een druk die in de buurt van hun dampdruk komt.
5.4 Voorzorgsmaatregelen pompbediening Controleer de pomp op lagertemperatuur, overmatige trillingen en lawaai. Wanneer de pomp normale niveaus overschrijdt, schakelt u de pomp direct uit en verhelpt u het probleem. Een pomp kan om diverse redenen normale niveaus overschrijden. Zie het hoofdstuk Proble- men oplossen voor informatie over mogelijke oplossingen voor dit probleem.
5.5 Lekkages van mechanische afdichtingen Bediening onder vriesomstandigheden OPMERKING: Stel een stilstaande pomp niet bloot aan bevroren omstandigheden. Verwijder alle vloeistof die zal bevriezen uit de pomp en eventueel ondersteundende apparatuur. Wanneer u dat niet doet, kan de vloeistof bevriezen en de pomp beschadigen. Let erop dat verschillende vloeistoffen bij een verschillende temperatuur bevriezen.
5.8 De aandrijfpot smeren terwijl de eenheid is uitgeschakeld 5.8 De aandrijfpot smeren terwijl de eenheid is uitgeschakeld Dompel de lagers volledig onder in de olie. Hiermee voorkomt u oxidatie van de wrijvingsloze lagers wanneer de eenheid langer dan een week wordt uitgeschakeld.
6 Onderhoud 6 Onderhoud 6.1 Onderhoudsschema Onderhoudscontroles Een onderhoudsschema omvat de volgende typen inspecties: • Routine-inspecties • Driemaandelijkse inspecties • Jaarlijkse inspecties De inspectie-intervallen moeten worden verkort wanneer de verpompte vloeistof schurend en/of bij- tend is of wanneer de omgeving als potentieel explosief is geclassificeerd. Routine-inspecties Voer de volgende taken uit wanneer u de pomp controleert tijdens routinecontroles: •...
6.2 Pakkingen afstellen en vervangen 6.2 Pakkingen afstellen en vervangen OPMERKING: Draai de pakking nooit zodanig vast dat deze minder dan één druppel per seconde lekt. Als u een pakkingbus te strak aandraait, kan dit leiden tot overmatige slijtage en een hoger energieverbruik tijdens het gebruik.
6.3 Richtlijnen voor het smeren van de aandrijfpot Herhaal deze stappen totdat er twee druppels vloeistof per seconde uitlekken. Als hiermee het probleem niet is opgelost, moet u de pakking door een nieuw exemplaar ver- vangen. 6.3 Richtlijnen voor het smeren van de aandrijfpot Het oliereservoir doorspoelen.
U moet de verpompte vloeistof verwerken en afvoeren conform toepasselijke milieuvoorschriften. De pomp moet ook gedecon- tamineerd worden als het terug naar ITT gaat. Referee aan het retourbeleid van ITT. VOORZICHTIG: •...
6.5 Inspecties voorafgaand aan montage 6.4.3.1 De conische spanbus van de waaier verwijderen Verwijder de moerbouten waarmee de uitvoerkom is bevestigd aan de tussenkom. Schuif de bovenste kom van de pompas af. Trek de as zo ver mogelijk uit de kom en sla met een slagbus of soortgelijk gereedschap langs de pompas op de waaiernaaf om deze van de spanbus te schuiven.
6.5 Inspecties voorafgaand aan montage • Zorg ervoor dat alle onderdelen schoon zijn. Reinig de onderdelen van de pomp in reinigings- middelen om olie, vet en vuil te verwijderen. OPMERKING: Bescherm bewerkte oppervlakken wanneer u de onderdelen reinigt. Wanneer u dat niet doet, kan dit leiden tot schade aan apparatuur.
6.6 Hermontage Lagerborgringcontrole Controleer de lagerborging op vervorming en slijtage. Controles van de as • Controleer of de assen recht zijn en geen overmatige slijtage vertonen op de lageroppervlak- ken. • Controleer de afwijkingen van de assen. De gemiddelde totale afwijking mag niet meer zijn dan 0,254 mm | 0,010 in.
Pagina 77
6.6 Hermontage De zandkraag is met een krimpbus bevestigd aan de as. De as is gemaakt met een groef van 0,25 mm | 0,01 in. om de zandkraag te lokaliseren. De kant van de tapse zandkraag met de grote diameter moet naar het lager van de zuigkamer zijn gericht. Schuif het uiteinde van de pompas in het lager van de zuigkamer totdat de zandkraag op de zuigkamer rust.
6.6 Hermontage 1. Schacht 2. Spanbus 3. Rotorblad 4. Locatie om de waaier tegen de kom te houden en de spanbus in de waaiernaaf te schui- 5. Positie voor het monteren van de spanbus met een slagbus Controleer de X-afmeting nadat de slagbus is geplaatst. Schuif de tussenkom op de as en zet deze vast met de meegeleverde moerbouten.
De motor is defect. Neem contact op met een ITT-vertegen- woordiger. De pomp levert geen vloeistof De komconstructie is niet voldoende Pas het vloeistofniveau aan in de op- aan.
Pagina 81
De pomp start en stopt vervol- Er wordt overmatige kracht vereist. Gebruik een grotere aandrijving gebrui- gens met pompen. ken. Neem contact op met een ITT- vertegenwoordiger. De pomp verpompt een vloeistof met Test de vloeistof op viscositeit en speci- een hogere viscositeit of specifieke fieke dichtheid.
Pagina 82
De pakking is defect. Vervang elke pakking die versleten of pakkingbus. beschadigd is. Er is een verkeerde pakking gebruikt. Neem contact op met een ITT-vertegen- woordiger. De pakkingbus raakt overver- De pakking is te strak. Hef de druk van het drukstuk op en hit.
Pagina 83
De afdichting wordt te heet. Controleer op mogelijke wrijving van af- dichtingscomponenten. Mogelijk is een recirculatie- of omloopleiding vereist. Er is een verkeerde afdichting ge- Neem contact op met een ITT-vertegen- bruikt. woordiger. Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
8 Onderdelenlijsten en dwarsdoorsnedes 8 Onderdelenlijsten en dwarsdoorsnedes 8.1 VIT-productsmeermiddel (inclusief VIDS-detail) Deze afbeelding geeft de VIT weer met motorondersteuning (tweedelige kopconstructie): 760M 739/735 760L 760/735 760A 760B 735A 760C 760E 760F 760K Deze pomp beschikt over deze functies: • Geflensde afstelbare koppeling •...
Pagina 85
8.1 VIT-productsmeermiddel (inclusief VIDS-detail) Label Onderdeelnaam Label Onderdeelnaam Optioneel, op dubbele pompen Buisplug VSS-motor Inbuskoptapbout Motorspie, geleverd door motorleveran- Moerbout cier Montagegaten 760A Moerbout kolom/kop Omloopleiding, terug naar opvangbak 757B Moerbout kolom/kolom Hoogte 760C Moerbout kolom/kom Motorsteun 760E Moerbout kom/kom Kopas 760F Moerbout kom/kamer...
8.2 VIT met dichte hoofddrijfwerkas 8.2 VIT met dichte hoofddrijfwerkas 760M 735 614 760L 760A 760B 760E 760F 760K Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 87
8.2 VIT met dichte hoofddrijfwerkas 758A 743B 743A 1. Oliesmeerleiding 759B 735B 735C 758A 743A 743B 1. Waterspoelleiding Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 88
8.2 VIT met dichte hoofddrijfwerkas 760C B1.1 B2.1 760D Label Onderdeelnaam Spanplaat, oliemiddel en waterspoeling Spanplaat - oliegesmeerd Spanplaat - watergespoeld Buisstabilisator Buisstabilisator B1.1 Integrale buisstabilisator (gelast aan kolom) Buisstabilisator B2.1 Buisstabilisator (optioneel op dubbele pompen) 32 in. (81 cm) en grotere komconstructie (alleen met spoeling) Opmerking: Geen afvoerkom nodig.
Pagina 89
8.2 VIT met dichte hoofddrijfwerkas Label Onderdeelnaam Middelste kolom Onderste kolom Hoofddrijfwerkas hoofddrijfwerkaskoppeling Ombuis Lagerbuis Pompas Lagerregelklep Inpro-afdichting Afvoerkom Lageradapter Bovenste kom Tussenkom Rotorblad Slijtring van kom Slijtring van waaier Zuigkamer Zuiglager Zandkraag Korfzeef Koppelingsbescherming Borgring Aandrijfring Spie Zeskantmoer 757B Zeskantmoer 735C Zeskantmoer...
9 Annex I 9 Annex I 9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie Stap 1 Installeer nivelleerschroeven Buitendiameter van de hijsband Hijskabels bevestigd aan vier hijsringen Afbeeldingnr. 29: Initieel hijsen van het kanaal Stap 2 Houd hier ruimte tijdens het hijsen Afbeeldingnr. 30: Tussentijds hijsen van het kanaal Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 95
9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie Stap 3 Bodemfundering Afbeeldingnr. 31: Verticaal hijsen van het kanaal Stap 4 Plaats de de middellijn van de zuigcilinder op de gewenste coördinaten Installeer bindkettingen van de bovenste plaat van het kanaal naar vier verankeringspunten in het betonnen voetstuk. Gebruik kettingbinders om de kettingen te spannen. Met behulp van de kraan, vijzels en binders wordt de bovenplaat van het kanaal waterpas gezet en op hoogte gehouden.
Pagina 96
9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie Stap 5 Veranker de bouten gelijktijdig om het vereiste niveau en de vereiste hoogte te bereiken Stel de nivelleerschroeven en de kettingbinder zodanig af dat de middellijn van de zuigmond in lijn ligt Afbeeldingnr. 33: Initiële nivellering van het kanaal Stap 6 Stel de ankerboutmoeren af Stel de nivelleerschroeven en ankerbouten gelijktijdig af om het vereiste niveau en de vereis-...
Pagina 97
9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie Stap 7 Gebruik kettingbinders om de bovenplaat waterpas te houden tijdens het betonstorten Afbeeldingnr. 35: Beton storten Stap 8 Installeer ankerbouten voorafgaand aan het definitieve betonstorten Afbeeldingnr. 36: Laatste beton storten Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 98
9.1 Voorbeeld van VIC-L-kanaalinstallatie Stap 9 Giet mortel Wacht tot het beton de volledige ontwerpsterkte heeft bereikt en draai dan de ankerbouten Afbeeldingnr. 37: Voeg de bovenplaat en voor een laatste controle van de nivellering uit Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
10 Bijlage II 10 Bijlage II 10.1 Tabellen met aanhaalmomenten 303, 304SS SAE A193 B8 A193 B8M F593 Groep 1 A193 Klasse 2, A193 Klasse Draadgegevens Cl 1 A276 Tp 304 316SS SAE F593 2B B8M2 A582 Tp 303 Groep 2 Nominale di- Draden per 25...
Pagina 100
10.1 Tabellen met aanhaalmomenten Aangegeven aanhaalmomenten gaan uit van aangebracht smeermiddel voor bevestigingsmiddelen, k- factor = 0,15 A479 Kwaliteit A276 Type A479/479M Le- Draadgegevens XM19 SAE Gr. 5 A276 S31803 S32760 gering 2507 A193 Gr. B7 Nominale di- Draden per 25 Aanbevolen aanhaalmoment Nm | lb*ft mm/1in.
Pagina 101
10.1 Tabellen met aanhaalmomenten ASTM A354 BD, Draadgegevens A276 S31803 A 193 B7M ASTM A574 A276 S31803 SAE Gr. 5 Nominale di- Draden per 25 Aanbevolen aanhaalmoment Nm | lb*ft mm/1in. mm | in. 6 | 1/4 12 | 9 20 | 15 8 | 6 15 | 11...
11 CE Declaration of Conformity 11 CE Declaration of Conformity 11.1 EU-conformiteitsverklaring Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 103
11.1 EU-conformiteitsverklaring Model VIT, VIC and VIDS Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...