Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding en veiligheid ..........................4 1.1 Inleiding ...............................4 1.1.1 Andere informatie aanvragen....................4 1.2 Veiligheid .............................4 1.2.1 Veiligheidstermen en -symbolen ....................5 1.2.2 Milieuveiligheid.......................... 6 1.2.3 Veiligheid van de gebruiker ....................... 7 1.2.4 Goedkeuringsnormen voor producten..................8 1.3 Productgarantie ...........................
Pagina 4
Inhoudsopgave 5.1 Voorbereiding voor opstarten ......................39 5.2 Koppelingsbescherming verwijderen....................40 5.3 Rotatie controleren ..........................41 5.4 Pomp en aandrijving koppelen ......................42 5.4.1 Koppelingsbescherming......................42 5.4.2 Lagersmering .......................... 48 5.5 Asafdichting met mechanische afdichting ..................56 5.6 Aansluiting van vloeistofafdichting voor mechanische afdichtingen..........56 5.7 Pomp vullen............................
Pagina 5
8.1 Onderdelenlijst ..........................114 9 Other Relevant Documentation of Manuals ..................118 9.1 Voor bijkomende documentatie ....................... 118 10 Plaatselijke contactpersonen van ITT ....................119 10.1 Regionale kantoren ........................119 Model 3700i API610 / Type OH2 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Verboden methodes gelden ook voor aan- passingen aan de apparatuur of het gebruik van onderdelen die niet door ITT zijn ge- leverd. Wanneer u een vraag hebt met betrekking tot het beoogde gebruik van de ap- paratuur, kunt u contact opnemen met een vertegenwoordiger van ITT voordat u ver- dergaat.
Risico op verwonding en/of schade aan de eigendommen. Het gebruik van de pomp voor een oneigenlijke toepassing kan overdruk, overhitting en/of onstabiele werking veroorzaken. Wijzig de servicetoepassing niet zonder de goedkeuring van een be- voegde ITT-verkoper. WAARSCHUWING: Dit product bevat Carbon Black, een chemische stof waarvan de staat Californië weet dat deze kanker veroorzaakt.
Als het product op enigerlei wijze is gecontamineerd, bijvoorbeeld door giftige chemicaliën of radioactieve straling, stuur het product NIET naar ITT voordat het helemaal gedeconta- mineerd is en stel ITT op de hoogte van deze condities alvorens het product te retourne- ren.
1.2 Veiligheid 1.2.3 Veiligheid van de gebruiker Algemene veiligheidsvoorschriften De volgende veiligheidsvoorschriften zijn van toepassing: • Houd het werkgebied altijd schoon. • Houd rekening met de risico's van gassen en dampen in het werkgebied. • Vermijd alle elektrische gevaren. Houd rekening met de risico's van een elektrische schok of een vlamboog.
Als deze niet compatibel zijn, schakelt u de apparatuur niet in maar neemt u eerst contact op met uw ITT-vertegenwoordiger voordat u verdergaat. Alle standaardproducten zijn goedgekeurd volgens CSA-normen in Canada en UL-normen in de VS.
Economische schade Garantieclaim ITT-producten zijn hoogwaardige kwaliteitsproducten met een betrouwbare werking en lange levens- duur. Als u toch aanspraak wilt maken op de garantie, kunt u contact opnemen met uw ITT-vertegen- woordiger. Ex-overwegingen en beoogd gebruik Er moet in potentieel explosieve omgevingen speciaal worden opgelet om te zorgen dat de appara- tuur goed wordt onderhouden.
Dit geldt ook voor elke aanpas- sing van de apparatuur of voor het gebruik van onderdelen die niet door ITT Goulds Pumps zijn gele- verd. Neem bij een vraag over het beoogde gebruik van de apparatuur contact op met een vertegen- woordiger van ITT Goulds Pumps voordat u verdergaat.
Pagina 13
De classificatiecode die op de apparatuur is aangebracht, moet overeenkomen met de opgegeven omgeving waarin de apparatuur zal worden geïnstalleerd. Schakel de apparatuur niet in en neem voordat u verdergaat contact op met uw vertegenwoordiger van ITT Goulds Pumps als dit niet het geval is.
2 Transport en opslag 2 Transport en opslag 2.1 Levering controleren 2.1.1 Het pakket controleren Inspecteer het pakket direct op beschadigde of ontbrekende items. Noteer eventuele beschadigde of ontbrekende items op het ontvangstbewijs en de vrachtbrief. Dien een claim bij het transportebedrijf in als iets niet in orde is. Als het product door een distributeur is opgehaald, kunt u de claim rechtstreeks bij de distribu- teur indienen.
Pagina 15
2.2 Richtlijnen voor transport • Het tillen en hanteren van zware apparatuur is een verpletteringsgevaar. Wees voor- zichtig tijdens het tillen en hanteren en gebruik geschikte persoonlijke beschermings- middelen (PBM, zoals veiligheidsschoenen, handschoenen, etc.) te allen tijden. Zoek hulp indien nodig. Tabelnr 2: Methoden Pomptype Hijsmethode...
2.3 Richtlijnen voor opslag Afbeeldingnr. 4: Voorbeeld van een juiste hijsmethode van pomp en aandrijving op grondplaat Afbeeldingnr. 5: Voorbeeld van een juiste hijsmethode van pomp op grondplaat met aandrij- ving en motor 2.3 Richtlijnen voor opslag 2.3.1 Vereisten voor pompopslag De eisen voor opslag hangen af van hoe lang u van plan bent het apparaat op te slaan.
U kunt tijdens de oorspronkelijke bestelling van het apparaat een langdurige opslagbehandeling aan- schaffen, of deze behandeling aanschaffen wanneer het apparaat al bij u geïnstalleerd is. Neem con- tact op met uw plaatselijke ITT-vertegenwoordiger. 2.3.1.1 Langetermijnopslag Als de eenheid langer dan 6 maanden wordt opgeslagen, moet u de volgende richtlijnen in acht ne- men: •...
3 Productbeschrijving 3 Productbeschrijving 3.1 Algemene beschrijving 3700i PRODUKTOMSCHRIJVING Het model 3700i een centrifugaalpomp voor hoge druk/hoge temperatuur die voldoet aan de eisen van API-standaard 610. Afbeeldingnr. 6: 3700i pomp Behuizing De behuizing wordt op de hartlijn gemonteerd. De pakking is volledig ingesloten. De standaard flenzen zijn ASME B16.5 Klasse 300 verhoogd vlakDe volgende flenzen zijn ook ver- krijgbaar: •...
Meer informatie beschikbaar op https://www.i-alert.com/products/ Actuele handleidingen (IOM's) zijn beschikbaar via http://www.gouldspumps.com/en-us/tools-and-re- sources/literature/ - en - hulpbronnen/literatuur/ handleidingen (IOM’s) https://www.i-alert.com/of via uw lokale verkoper van ITT Goulds Pumps. Model 3700i API610 / Type OH2 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
3.3 Informatie over typeplaatjes Alarmsignaalmodus De conditiebewaker gaat in de alarmsignaalmodus wanneer de trillings- of temperatuurslimieten bin- nen een door de gebruiker ingestelde periode bij twee opeenvolgende lezingen worden overschreden. Alarmmodus wordt aangeduid met een rode knipperend ledlampje. Tabelnr 4: Temperatuurs- en trillingslimieten Variabele Limiet Temperatuur 100°C | 195°F oppervlaktetemperatuur...
Pagina 21
3.3 Informatie over typeplaatjes Typeplaatje op de pompbehuizing met Nederlandse eenheden Afbeeldingnr. 7: Typeplaatje op de pompbehuizing met Nederlandse eenheden Typeplaatjeveld Verklaring MODEL Pompmodel SIZE Afmeting van de pomp FLOW Nominaal debiet in gallon per minuut HEAD Nominale opvoerhoogte in voet Nominale pompsnelheid, in omwentelingen per minuut HYDRO PRESS Hydrostatische druk op 100°F, in ponden per vierkante inch...
Aanbevolen lagervervangingsinterval (gebaseerd op L10-levensduur) = 25.000 bedrijfsuren. De classificatiecode op de apparatuur moet overeenkomen met de omgeving waar de apparatuur zal worden geïnstalleerd. Wanneer dit niet het geval is, dient u contact op te nemen met uw ITT–Goulds- vertegenwoordiger voordat u verdergaat.
Elektrische aansluitingen moeten door gecertificeerde elektriciëns worden gemaakt conform alle internationale, nationale en plaatselijke regels. • Voor correcte installatie wordt supervisie door een bevoegde ITT-vertegenwoordiger aanbevolen. Een verkeerde installatie kan leiden tot schade aan apparatuur of ver- minderde prestaties. 4.1.1 Richtlijnen voor pomplocatie...
4.1 Voorinstallatie 4.1.2 Funderingsvereisten Vereisten • De fundering moet niet minder dan drie keer het gecombineerde gewicht van de pomp, de aan- drijving, de basisplaat en hulpmiddelen wegen. • Voorzie een vlakke, stevige betonnen fundering om spanning en vervorming te voorkomen wanneer u de funderingsbouten aanhaalt.
4.2 Procedures voor montage van grondplaat 4.2 Procedures voor montage van grondplaat 4.2.1 De grondplaat voorbereiden voor montage Deze procedure veronderstelt dat u basiskennis hebt over het ontwerp van de grondplaat en de fun- dering en installatiemethoden. Volg standaardprocedures voor de industrie, zoals API RP 686/ PIP REIE 686, of deze procedure voordat u de grondplaat met mortel vult.
Pagina 26
4.2 Procedures voor montage van grondplaat Deze procedure geldt voor bewerkte stalen grondplaten en de zeer vlakke Advantage-grondplaten. Breng antivastlooppasta aan op de stelschroeven. De pasta vergemakkelijkt het verwijderen van de schroeven nadat u de mortel hebt aange- bracht. Laat de grondplaat voorzichtig op de funderingsbouten zakken en doe daarna het volgende: Snij de platen van het blok staal en schuin de randen van de platen af om spanningscon- centraties te beperken.
4.3 Pomp, aandrijving en koppeling installeren Leg de andere precisiewaterpas dwars op het midden van de twee blokken. Zet de blokken waterpas door de vier stelschroeven in de hoeken af te stellen. Zorg dat de afleeswaarden van beide precisiewaterpassen zo dicht mogelijk bij de nul staan. Draai de moeren voor de funderingsbouten met de hand aan.
De opgegeven toegestane afleeswaarden zijn alleen geldig bij bedrijfstemperatuur. Bij kou- de instellingen zijn andere waarden toegestaan. Gebruik de juiste toleranties. Wanneer u dat niet doet, kan dit leiden tot het niet goed afgesteld zijn. Neem contact op met ITT voor meer informatie.
4.4 Pomp-met-aandrijving uitlijning Richtlijn Verklaring Zorg ervoor dat de bevestigingsbouten van de aandrijving zijn Hierdoor loopt de aandrijving stationair omdat aangehaald wanneer u de metingen van de meetklok opneemt. beweging onjuiste metingen kan veroorzaken. Zorg ervoor dat de bevestigingsbouten van de aandrijving los Hierdoor is het mogelijk de aandrijving te ver- zijn wanneer u de uitlijning corrigeert.
4.4 Pomp-met-aandrijving uitlijning Is de af- Dan... leeswaar- de... Positief De koppelingsgedeelten zitten aan de onderkant dichter bij elkaar dan aan de bo- venkant. Voer een van de volgende stappen uit: • Verwijder pasringen om de voet van de aandrijving aan het asuiteinde lager in te stel- len.
De opgegeven toegestane afleeswaarden zijn alleen geldig bij bedrijfstemperatuur. Bij kou- de instellingen zijn andere waarden toegestaan. Gebruik de juiste toleranties. Wanneer u dat niet doet, kan dit leiden tot het niet goed afgesteld zijn. Neem contact op met ITT voor meer informatie.
De opgegeven toegestane afleeswaarden zijn alleen geldig bij bedrijfstemperatuur. Bij kou- de instellingen zijn andere waarden toegestaan. Gebruik de juiste toleranties. Wanneer u dat niet doet, kan dit leiden tot het niet goed afgesteld zijn. Neem contact op met ITT voor meer informatie.
4.5 Grondplaat ingieten 4.5 Grondplaat ingieten Benodigde apparatuur: • Schoonmaaksters: Reinigingsmiddelen: gebruik geen reinigingsmiddel op oliebasis aangezien de mortel daar niet op kan hechten. Zie de instructies van de fabrikant van de mortel. • Mortel: Het gebruik van krimpvrije mortel wordt aanbevolen. OPMERKING: Aangenomen wordt dat de installeerder die de grondplaat ingiet, weet welke methoden ac- ceptabel zijn.
4.6 Controlelijsten voor leidingen en vonken kunnen ontstaan. De belastingen op de flenzen van het leidingsysteem, in- clusief de belasting door de thermische uitzetting van de leidingen, mogen de belas- tinggrenzen van de pomp niet overschrijden. • Risico van dodelijk of ernstig persoonlijk letsel en schade aan eigendommen. Bevesti- gingsmiddelen zoals bouten en moeren zijn essentieel voor het veilig en betrouwbaar gebruik van het product.
4.6 Controlelijsten voor leidingen Voorbeeld: installatie voor expansie Juist Onjuist In deze afbeelding wordt een juiste installatie voor ex- In deze afbeelding wordt een onjuiste installatie voor pansie getoond. expansie getoond. Expansielus of -verbinding 4.6.2 Controlelijst voor aanzuigleiding Referentie voor prestatiecurven De beschikbare netto positieve opvoerhoogte (NPSH ) moet altijd hoger zijn dan vereiste (NPSH zoals wordt aangegeven bij de gepubliceerde prestatiecurve van de pomp.
Pagina 36
4.6 Controlelijsten voor leidingen Controleer het volgende: Uitleg/opmerking Gecontroleerd Het wordt aanbevolen om een inbedrijfs- Zuigfilters helpen voorkomen dat vuil de pomp bin- tellings (tijdelijke) zeef te gebruiken. nendringt Na inbedrijfstelling wordt aanbevolen om Aanbevolen inbedrijfstelling (tijdelijke) zeefmaas- een werkende (permanente) aanzuigzeef maat: te gebruiken.
Pagina 37
4.6 Controlelijsten voor leidingen Vloeistofbron boven de pomp Controleer het volgende: Uitleg/opmerking Gecontro- leerd Controleer of een isolatieklep is geïnstal- Hierdoor kan de leiding worden gesloten tijdens in- leerd in de aanzuigleiding op een afstand spectie en onderhoud van de pomp. van ten minste twee keer de buisdiame- Gebruik de isolatieklep niet om de pomp te smoren.
4.6 Controlelijsten voor leidingen Voorbeeld: Apparatuur voor aanzuigleiding Juist Onjuist Aanzuigleiding die schuin omhoog loopt vanaf Luchtbel, omdat het excentrische verloopstuk de vloeistofbron niet wordt gebruikt en omdat de aanzuigleiding niet geleidelijk oploopt vanaf de vloeistofbron Lange-radius elleboog Zeef Bodemklep Excentrisch verloopstuk met een vlakke bo- venkant 4.6.3 DControlelijst voor de afvoerleiding...
Wanneer u een stromingsbeperker moet installeren U kunt een stromingsbeperker installeren in een bypassleiding en deze afstellen om te voorkomen dat er te veel stroming wordt omgeleid. Neem contact op met uw ITT-vertegenwoordiger voor hulp bij het afstellen van een stromingsbeperker.
4.6 Controlelijsten voor leidingen Wanneer installeren moet u misschien extra leidingen installeren voor lagerkoeling, het koelen van het afdichtingskamer- deksel, mechanische afdichting flush of andere speciale onderdelen die bij de pomp zijn geleverd. Raadpleeg het gegevensblad van de pomp voor specifieke aanbevelingen met betrekking tot hulplei- dingen.
5 In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen 5 In bedrijf stellen, opstarten, bedienen en uitschakelen 5.1 Voorbereiding voor opstarten WAARSCHUWING: • Risico op ernstige persoonlijke verwonding en overlijden. Het overschreiden van de gebruikslimieten van de pomp (bv. druk, temperatuur, kracht, etc.) kan resulteren in het falen van de apparatuur, zoals explosies, dysfunctie, of lekkage.
5.2 Koppelingsbescherming verwijderen Voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING: De mechanische afdichting die in omgevingen met een Ex-classificatie wordt gebruikt, moet correct gecertificeerd zijn. VOORZICHTIG: Als een mechanische cassetteafdichting gebruikt wordt, zorg voor het opstarten dat de stel- schroeven in de sluitring van de afdichting zijn aangedraaid en de middenklemmen verwij- derd zijn voor het opstarten.
5.3 Rotatie controleren Verwijder de moer, bout en ringen van het aandrijvingsgedeelte (508) van de koppelingsbe- scherming. Verwijder het aandrijvingsgedeelte (508) van de koppelingsbescherming: Spreid de onderzijde iets. Til omhoog. Verwijder de resterende moer, bout en ringen van het pompgedeelte van de koppelingsbescher- ming (509).
5.4 Pomp en aandrijving koppelen Controleer of iedereen uit de buurt is en laat vervolgens de aandrijving lang genoeg draaien om te bepalen of de draairichting overeenkomt met de pijl op het lagerhuis of van het frame met gesloten koppeling. Schakel de netspanning naar de aandrijving uit.
Pagina 46
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 234A 370N Afbeeldingnr. 23: Verwijdering van einddeksel druklager Lijn de eindplaat met het einddeksel van het druklager zodat de twee sleuven in de eind- plaat (234A) overeenkomen met de dopschroeven van het einddeksel (370N) die in het einddeksel overblijven en de vijf gaten in de eindplaat uitlijnen met de gaten in het einddek- sel.
Pagina 47
5.4 Pomp en aandrijving koppelen Plaats een sluitring (534A) over de bout (569E) en steek de bout door het ronde gat aan de voorkant van de beschermingshelft. Plaats een tweede sluitring (534B) boven het blootgestelde uiteinde van de bout. Schroef een moer (570E) op het blootgestelde uiteinde van de bout en haal deze stevig aan. 569E 534A 534B...
Pagina 48
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 234B 501B 234A Afbeeldingnr. 27: Eindplaat koppelingsbescherming van de motor Herhaal stap 3 tot en met 5 voor de achterkant van de koppelingsbeschermingshelft, maar haal de moer nu met de hand aan. moer. Schuif de achterste koppelingsbeschermingshelft richting de motor totdat deze de assen en de koppeling volledig bedekt.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 5.4.1.2 Plaats de geforceerde convectiekoeling (zoals vereist) - koelventilator, beschermingen en kap 785D 569F 109A 469Q 234D 392B 370N 222V 234A Afbeeldingnr. 29: Plaats de geforceerde convectiekoeling (zoals vereist) - koelventilator, be- schermingen en kap Is de staalpijpring van de koelventilatorsteun (234D) al geïnstalleerd? a) Zo ja, installeer de koelventilator (392B) en draai de (222V) stelschroeven vast.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 5.4.1.3 Plaatsen van de radiaal warmteafvoerring (indien vereist) Afbeeldingnr. 30: Plaats het luchtkoelingspakket - radiaal afvoerring Verwijder de standaard INPRO afdichtingslagerisolator (123) en vervang deze door de INPRO radiaal warmteafvoerring (123B). Raadpleeg 6.6.1 Krachtbron monteren on page 5.4.2 Lagersmering Voorzorgsmaatregelen WAARSCHUWING:...
5.4 Pomp en aandrijving koppelen Afbeeldingnr. 31: Frame/as/ringen op de juiste plaats Nevelsmering met pure of reinigingsolie Pure of spoelolienevel zijn optionele voorzieningen voor de 3700i. Volg de instructies van de fabri- kant van de olievernevelaar. De inlaat- en uitlaataansluitingen bevinden zich respectievelijk aan de boven- en onderkant van het lagerframe.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen Vereisten voor olie op basis van temperatuur In de meeste bedrijfsomstandigheden liggen de lagertemperaturen tussen 49°C | 120°F en 82°C | 180°F en u kunt een olie met een ISO-viscositeitsgraad 68 gebruiken bij 38°C | 100°F. Raadpleeg de tabel voor temperatuurvereisten als de temperatuur hoger is dan 82°C | 180°F.
Pagina 53
5.4 Pomp en aandrijving koppelen OPMERKING: Vul het oliereservoir van het lagerframe niet bij via de dop aan de bovenkant. Controleer of het oliepeil correct is. Het correcte oliepeil zit midden in het kijkglas wanneer de pomp niet in werking is. Tijdens de werking geeft het kijkglas geen goede lezing van het oliepeil. Er wordt een algemeen schema getoond.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 5.4.2.5 Vervang het oliefilter 113Q 550A Afbeeldingnr. 33: Verwijdering van de oliefiltermontage Verwijder het oliefilter (550A) en de oliefilterplug (113Q) uit het lagerframe. (228). 113Q 428E 550A Afbeeldingnr. 34: Vervanging van het oliefilter Schroef het filter (550A), onderdeelnummer K08174A, los van de plug (113Q), onderdeelnum- mer K06818A.
Pagina 55
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 428E 428E 550A Afbeeldingnr. 35: Filterset De reparatiefilterset RK08174A bestaat uit een nieuw filter (550A) en twee o-ringen (428E). Schroef het nieuwe filter (550A) in de bestaande plug (113Q) en installeer de nieuwe o-ring. (428E) aan de plug (113Q) Zie Afbeeldingnr.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 113Q 113Q 428E 428E 550A Afbeeldingnr. 37: Er is slechts één O-ring nodig, de andere is een reserve indien nodig. Schroef het oliefilter (550A) en de oliefilterplug (113Q) terug in het lagerhuis (228) 5.4.2.6 Smeer de lagers met pure of spoel-olienevel (optioneel) Voordat u smeert met spoelolienevel moet u ervoor zorgen dat het lagerframe goed gesmeerd is.
5.4 Pomp en aandrijving koppelen 5.4.2.7 Overstappen op olienevelsmering. OPMERKING: Zorg ervoor dat de leidingschroefdraden schoon zijn en breng afdichtingsmiddel voor schroefdraad aan op pluggen en fittingen. OPMERKING: Voor pure olienevel de leidingplug (408Z en 408I) verwijderen en olienevelpluggen (843U en 843V) installeren.
Als de afdichting door ITT in de pomp is geïnstalleerd, zijn deze clips al losgemaakt, maar dit moet door de klant worden geverifieerd voordat deze in gebruik wordt genomen.
5.7 Pomp vullen Methode Beschrijving Overig U kunt andere methoden toepassen waarbij meerdere drukstuk- of af- dichtingskameraansluitingen worden gebruikt. Raadpleeg de referen- tietekening van de mechanische afdichting en de leidingschema's. 5.7 Pomp vullen 5.7.1 Pomp vullen met aanzuigtoevoer boven de pomp Draai de aanzuigisolatieklep langzaam open.
5.8 Pomp starten Item Beschrijving Omloopleiding Item Beschrijving Afsluitklep Afvoerisolatieklep Bodemklep Afsluitklep Keerklep Afkomstig van externe toevoer Afvoerisolatieklep Bodemklep Keerklep Afbeeldingnr. 42: Pompaanzuiging met aan- zuigtoevoer onder pomp met voetklep met by- Afbeeldingnr. 41: Pompaanzuiging met aan- pass rond terugslagklep zuigtoevoer onder pomp met voetklep en een externe toevoer 5.7.3 Andere methoden om de pomp te vullen...
5.9 i-ALERT® Equipment Health Monitor • Zorg bij op frame gemonteerde eenheden ervoor dat het oliepeil correctis voor het op- starten van de pomp. Pompen met een gesloten koppeling hebben geen lagers die gesmeerd moeten worden. OPMERKING: Risico op schade aan de apparatuur van pure of met pure olie- of spoelolienevel gesmeer- de eenheden.
Pagina 62
5.10 Voorzorgsmaatregelen pompbediening • Risico op explosies en ernstige persoonlijke verwonding. Bedien de pomp niet wan- neer de leidingen geblokkeed zijn of met de aanzuig- en/of afvoerklep gesloten. Dit kan leiden tot snelle opwarming en verdamping van de pompvloeistof. OPMERKING: Verwijder de pluggen van de olieringkijkpoort bij met oliering gesmeerde pompen en con- troleer deze op het volgende: •...
5.11 Pomp uitschakelen • Risico op explosies en ernstige persoonlijke verwonding. Gebruik de pomp niet onder de thermische minimum stroming. Dit kan leiden tot overmatige warmteontwikkeling en verdamping van de pompvloeistof. OPMERKING: • Cavitatie kan leiden tot schade aan de interne oppervlakken van de pomp. De be- schikbare netto positieve opvoerhoogte (NPSH ) moet altijd hoger zijn dan de vereis- te NPSH (NPSH...
5.13 Reset de i-ALERT® Health Monitor Afbeeldingnr. 43: Neem de batterij van de sensor als de pomp gedurende een lange- re periode buiten gebruik is ® 5.13 Reset de i-ALERT Health Monitor ® ® Om de i-ALERT -monitor te deactiveren of te resetten, raadpleeg de i-ALERT IOM, http://i- alert.com/...
5.15 Deuvelen van het pomphuis (Optioneel in standaard pompconstructies, NIET aanbevolen voor hete uitlijning) 5.15 Deuvelen van het pomphuis (Optioneel in standaard pompconstructies, NIET aanbevolen voor hete uitlijning) U hebt de volgende gereedschappen nodig: • Twee tapse pennen nummer 7 •...
6 Onderhoud 6 Onderhoud 6.1 Onderhoudsschema Onderhoudscontroles Een onderhoudsschema omvat de volgende typen inspecties: • Routineonderhoud • Routine-inspecties • Driemaandelijkse inspecties • Jaarlijkse inspecties De inspectie-intervallen moeten worden verkort wanneer de verpompte vloeistof schurend en/of bij- tend is of wanneer de omgeving als potentieel explosief is geclassificeerd. Routineonderhoud Voer de volgende taken uit wanneer u routineonderhoud uitvoert: •...
Als cassetteafdichtingen door de gebruiker worden geïnstalleerd moeten de houderklemmen voor de montage worden losge- maakt, waardoor de afdichting op zijn plaats kan glijden. Als de afdichting door ITT in de pomp is gemonteerd zijn deze klemmen al losgemaakt.
6.4 Demontage Levensduur mechanische afdichting De levensduur van een mechanische afdichting is afhankelijk van de vervuiling van de verpompte vloeistof. Vanwege de verscheidenheid aan bedrijfsomstandigheden is het niet mogelijk om een spe- cifieke periode te koppelen aan de levensduur van een mechanische afdichting. 6.4 Demontage 6.4.1 Voorzorgsmaatregelen demontage WAARSCHUWING:...
6.4 Demontage Verwijder de achterste uitschuifconstructie met behulp van een hijsstrop door het lagerframe. Afbeeldingnr. 45: Hijs-sling door lagerframe Verwijder de pakking van de behuizing en gooi deze weg. (351). Tijdens het monteren plaatst u een nieuwe huispakking. Verwijder de stelschroeven. (418). Reinig alle pakkingoppervlakken.
6.4 Demontage 198A Afbeeldingnr. 46: Rotorblad verwijderen Trek de waaier (101) van de as (122). Gebruik een haaktrekker, indien nodig. Verwijder de waaierspie (178). Bewaar de sleutel voor een nieuwe montage, tenzij het beschadigd is. 6.4.7 Verwijder het Venturi-inzetstuk (alleen voor venturi-pompen) Maak de zeskantbouten (362B) los.
6.4 Demontage Maak een hijsstrop vast aan de oogbout en het hijswerktuig erboven. Maak de bouten van het afdichtingskamerdeksel en lagerframe los (370H) van het afdichtings- kamerdeksel (184). Neem het afdichtingskamerdeksel van (184) het lagerframe af (228) door met een hardhouten blok of een zachte hamer op de flens van het deksel te tikken.
Pagina 73
6.4 Demontage • Zo niet: Ga naar stap 2. • Zo ja: 785D 569F 109A 469Q 234D 370N 392B 222V 234A Afbeeldingnr. 49: Krachtbrondemontage Verwijder de zeskantschroeven (569F) van de koelventilatorkap (785D). Verwijder de zeskantschroeven van de beschermkap (469Q) en de staalpijpring van de koelventilator (234A).
Pagina 74
6.4 Demontage Draai de zeskantschroeven (370N) van het druklagerdekselframe los en verwijder ze en verwij- der de steun van de koppelingsbescherming (234A). Wrik voorzichtig de drukdeflectorisolator (123A) van het einddeksel van het druklager (109A) uit het lagerframe (228). Verwijder de pasringen van het einddeksel van het druklager (390C) en gooi deze weg. Verwijder de twee olieringvasthouders en de inspectiepluggen van de oliering aan de bovenkant van het lagerframe.
6.5 Inspecties bij voormontage 119A 370P 123B Afbeeldingnr. 53: Radiaal lagerisolator of optionele radiaal warmteafvoerring verwij- deren 10. Voor pompen in alle framegroottes, behalve de 13i: Draai de zeskantschroeven (370P) van het radiaal einddeksel naar het frame los en verwij- der het einddeksel van het radiaal lager (360).
6.5 Inspecties bij voormontage 6.5.1 Richtlijnen voor vervanging Behuizing controleren en vervangen WAARSCHUWING: Risico op overlijden of ernstig letsel. Lekkende vloeistof kan brand of verbrandingen ver- oorzaken. Inspecteer en stel zeker dat de pakkingsafdichtingoppervlaktes niet beschadigd zijn en repareer of vervang indien nodig. De behuizing inspecteren op scheuren of deuken en overmatige slijtage.
Pagina 77
6.5 Inspecties bij voormontage Deze tabel toont de criteria voor het vervangen van de waaier: Waaieronderdelen Wanneer vervangen Waaieruiteinde • Wanneer de groeven dieper zijn dan 1.6 mm | 1/16 in., of • Bij gelijkmatige slijtage van meer dan 0.8 mm | 1/32 in. Uitpompschoepen Wanneer meer dan 0.8 mm | 1/32 in.
6.5 Inspecties bij voormontage 100W 100W 100W Venturi-inzetstuk Afbeeldingnr. 56: Inspectie van het Venturi-inzetstuk Vervanging van oliering Olieringen moeten zo rond mogelijk zijn om goed te kunnen functioneren. Vervang olieringen als de- ze zijn versleten, vervormd of zo beschadigd dat ze niet meer te repareren zijn. Vervanging van mechanische cassetteafdichting Mechanische cassetteafdichtingen dienen te worden onderhouden door de afdichtingsproducent.
6.5 Inspecties bij voormontage 6.5.4 Lagers inspecteren Staat van lagers De lagers niet opnieuw gebruiken. De staat van de lagers biedt nuttige informatie over de bedrijfsom- standigheden in het lagerframe. Controlelijst Voer de volgende controles uit tijdens het inspecteren van de lagers: •...
Pagina 81
6.5 Inspecties bij voormontage 222E 100 Behuizing 164 Slijtring van behuizing 222E Stelschroef voor slijtring Afbeeldingnr. 58: Slijtring van behuizing 101 Rotorblad 202 Slijtring van waaier 203 Slijtring van waaier Afbeeldingnr. 59: Slijtring van waaier Model 3700i API610 / Type OH2 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
Pagina 82
6.5 Inspecties bij voormontage Afdichtingskamer openingbus Afdichtingskamerdeksel 222D Stelschroef 222E Stelschroef voor slijtring Slijtring van afdichtingskamerdeksel Afbeeldingnr. 60: Slijtring van afdichtingskamerdeksel Wanneer slijtringen moeten worden vervangen Vervang de slijtringen als de diametrische afstand 1,5X de waarden zoals getoond in deze tabel, of wanneer de hydraulische prestatie tot onaanvaardbare niveaus is gedaald.
6.5 Inspecties bij voormontage Diameter van slijtring van waaier Minimale diametrische speling 225 t/m 249,99 9,000 t/m 9,999 0,53 0,021 250 t/m 274,99 10,000 t/m 10,999 0,55 0,022 275 t/m 299,99 10,000 t/m 11,999 0,58 0,023 300 t/m 324,99 12,000 tot 12,999 0,60 0,024 6.5.5.1 Vervang de slijtringen en de openingsbus WAARSCHUWING:...
Pagina 84
6.5 Inspecties bij voormontage Afbeeldingnr. 61: Vervang de slijtring van de waaier 6.5.5.1.2 Vervang de slijtring van de behuizing Koel de nieuwe slijtring (164) van de behuizing met droog ijs of met een ander geschikt koel- middel en installeer de ring in de huisfitting. Klop de ring op zijn plaats met een houten blok of een zachte hamer.
6.5 Inspecties bij voormontage Controleer de slijtring van huis (164) op afwijking en vervorming door de boring op elke stel- schroeflocatie te meten met binnenmicrometers of schuifmaat (fig. 38). Bewerk machinaal elke vervorming van meer dan 0,08 mm |0,003 inch. 6.5.5.1.3 Vervang de slijtring van de afdichtingskamer en de openingsbus Koel een nieuwe slijtring (230) en openingsbus (125) met droog ijs of een ander geschikt koel-...
6.5 Inspecties bij voormontage 6.5.5.2 Inspectie van slijtring waaier TIR Afbeeldingnr. 64: Waaier 198A Monteer de waaier: Installeer de waaierspie (178) op de as van het gemonteerde lagerframe waarvan het af- dichtingsdeksel is verwijderd en waarop de afwijkingen binnen de opgegeven specificaties in de onderstaande tabel liggen.
6.5 Inspecties bij voormontage Als de afwijking van de slijtring boven de acceptatiecriteria van de bovenstaande tabel is: Controleer op vervorming op de stelschroefgebieden. Controleer de afwijking van de as en alle corresponderende oppervlakken op de as en waaiernaaf op loodrechtheid. Repareer alle beschadigde oppervlakken.
6.5.7 Lagerpassingen en toleranties Tabelnr 11: Tabel met lagerpassingen en -toleranties (SI-eenheden) In deze tabel worden lagerpassingen- en toleranties aangegeven conform ISO 286 (ANSI/ABMA-7-standaard) in millimeters | inches. Locatie Beschrij- Tolerantie 14i, 24i 25i, 35i ving inch inch inch inch inch inch Max.
6.6 Hermontage 6.6 Hermontage 6.6.1 Krachtbron monteren Deze procedure legt de montage uit van een standaard ringolie- of optionele olienevel gesmeerde krachtbron en bevat informatie voor de montage van deze optionele voorzieningen: • Krachtbron gesmeerd met pure olienevel • Radiale warmteafvoerring •...
Pagina 90
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 67: Installatie van radiaallager (binnenboord) Verwarm het lager voors tot 120°C | 250°F met een inductielagerverwarmer. De inductieverwarmer zorgt ook voor demagnetisering van de lagers. VOORZICHTIG: Risico op ernstige persoonlijk letsel door hete lagers. Draag isolerende handschoenen wanneer u een lagerverwarmer gebruikt.
Pagina 91
6.6 Hermontage Wanneer de lagergroep volledig is afgekoeld, moet u de borgmoer verwijderen, de borgaf- standshouder (382) installeren en de borgmoer installeren. Zet de borgmoer met de hand met een moersleutel vast. Haal het lager niet te veel aan. Klop lichtjes met een rubberen hamer op het uiteinde van de moersleutel terwijl u de plaats van de volgende beschikbare borgafstandshoudertab noteert die in één lijn staat met de gleuven in de borgmoer.
Pagina 92
6.6 Hermontage 119A 123B 370P Afbeeldingnr. 69: Installatie van radiaal lagerisolator alleen voor 13i frame Monteer de aseenheid aan het lagerframe: Smeer het buitenloopvlak van de lagers in met een daarvoor geschikte olie. Smeer het binnenloopvlak van de lagers in met een daarvoor geschikte olie. Plaats de olieringen in de groeven van de as.
6.6 Hermontage Vervang de twee olieringvasthouders. (469P). De onderkant van de schroef moet tegen het lagerframe aan komen te zitten. Installeer het filter (113A). 10. Raadpleeg voor informatie over het installeren van het oliefilter 5.4.2.5 Vervang het oliefilter on page Raadpleeg voor informatie over het installeren van de watchdog oliebus 5.4.2.4 Lagers smeren met olie on page...
Pagina 94
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 71: Lagerframe Breng drie pasringen (390C) voor het einddeksel van het druklager op het einddeksel van het druklager (109A) aan. Wees voorzichtig door de gaten goed uit te lijnen, plaats het einddeksel van het druklager over de as op het lagerframe. Plaats de schroeven van het einddeksel van het druklager en het lagerframe (370N) en draai de schroeven gelijkmatig aan tot de aanhaalwaarden die zijn aangegeven in de tabel Maximale aanhaalwaarden voor 3700i bevestigingsmiddelen tafel.
Pagina 95
6.6 Hermontage Meet als volgt de axiale eindspeling: Monteer de meetklok. Oefen met een hefarm een axiale kracht uit op het waaieruiteinde van de as en plaats het druklager goed tegen de kraag van het lagerframe. Oefen axiale druk uit in tegengestelde richting en plaats het druklager goed tegen het eind- deksel van het druklager.
Pagina 96
6.6 Hermontage Controleer het volgen- Procedure Passing van afdichting Monteer de meetklok. van as Draai de as zo dat de meetklok 360° over het asoppervlak loopt. Als de totale afleeswaarde hoger dan 0,030mm | 0,001inch, probeer dan de oorzaak te achterhalen om dit te verhelpen. Voorkant van lagerfra- Uitleg over de meetklok op de as.
Pagina 97
6.6 Hermontage Controleer het volgen- Procedure 100A Vergrendeling van la- Uitleg over de meetklok op de as. gerframe Draai de as zo dat de meetklok 360° over de vergrendeling van het la- gerframe loopt. Als de totale afleeswaarde hoger is dan 0,10 mm | 0,004 inch, probeer dan de oorzaak te achterhalen om dit te verhel- pen.
6.6 Hermontage 6.6.3 Afdichtingskamerdeksel monteren WAARSCHUWING: Het tillen en hanteren van zware apparatuur is een verpletteringsgevaar. Wees voorzichtig tijdens het tillen en hanteren en gebruik geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM, zoals veiligheidsschoenen, handschoenen, etc.) te allen tijden. Zoek hulp indien no- dig.
Pagina 99
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 74: Afwijking oppervlak afdichtingskamerdeksel Controleer de afwijking van de vergrendeling van het afdichtingskamerdeksel: Uitleg over de meetklok op de as. Draai de as zo dat de meetklok 360° over het vergrendelingsoppervlak van het afdichtings- kamerdeksel loopt. Als de totale afleeswaarde hoger is dan 0,13 mm | 0,005 inch, probeer dan de oorzaak te ach- terhalen om dit te verhelpen.
Pagina 100
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 75: Afdichtingskamerdeksel vergrendeling afwijking Controleer de afwijking van de slijtring: Uitleg over de meetklok op de as. Draai de as zo dat de meetklok 360° over het oppervlak van de slijtring van het afdichtings- kamerdeksel loopt. Als de totale afleeswaarde hoger is dan 0,15 mm | 0,006 inch, probeer dan de oorzaak te ach- terhalen om dit te verhelpen.
Pagina 101
6.6 Hermontage Tabelnr 12: Maximaal toegestane afwijking van het afdichtingskameroppervlak. Groep Maximaal toelaatbare totale indicatiemeting 13i, 14i, 24i, 25i, 35i 0,05 mm | 0,002 in. 0,065 mm | 0,0026 in. 0,07 mm | 0,0028 in. 0,08 mm | 0,0031 in. Afbeeldingnr.
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 78: Controleer de afwijking van de vergrendeling (register) van het afdicht- ingskamerdeksel: 6.6.4 Mechanische cassetteafdichting en afdichtingskamerdeksel monteren OPMERKING: Zie de tekeningen en instructies van de mechanische afdichting van de fabrikant voor hulp tijdens de installatie van de mechanische afdichting. Gebruik hiervoor een inbussleutel met een verlengstuk van minimaal 100 mm.
6.6 Hermontage 370H Afbeeldingnr. 79: Mechanische cassetteafdichting en afdichtingskamerdeksel monteren Afdichtingskamerdeksel monteren (184). Maak een strop vast aan de oogbout en het hijswerktuig erboven. Licht het afdichtingskamerdeksel op (184) positioneer dit zodanig dat het op één lijn komt te liggen met de as. Afdichtingskamerdeksel monteren (184) op de krachtbron door dit voorzichtig over de draaiende cassetteafdichting te leiden.
6.6 Hermontage Breng de waaiermoer aan en haal deze gelijkmatig aan tot de aanhaalwaarden die zijn aange- geven in de tabel Maximale aanhaalwaarden voor 3700i bevestigingsmiddelen tafel. De waaiermoer heeft linksdraaiende schroefdraden. Maak de stelschroef aan het eind van de waaiermoer vast. Controleer of de as goed vrij draait.
Pagina 105
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 81: Montage achterste uitschuifconcstructie Schuif de achterste uitschuifconstructie in de behuizing naar de juiste positie in de behuizing. Controleer of de pakking van de behuizing niet beschadigd is. Plaats de behuizing moeren van de behuizing (533) en stud noten (425). Inspecteer de opening tussen het afdichtingskamerdeksel en de behuizing en stel indien nodig de tapeindbouten van de behuizing bij om de opening uniform te maken.
6.6 Hermontage Afbeeldingnr. 82: Venturi-inzetstuk en behuizing 6.6.9 Controles na montage Voer deze controles uit nadat u de pomp hebt geassembleerd en ga dan verder met het opstarten van de pomp: • Draai de as met de hand om te controleren dat hij gemakkelijk en vlot draait en nergens tegen- aan wrijft.
6.6 Hermontage Bout Dia. (D) in. Trekspanning 2239 (A193 B7) 2299 (A320 L7) Gebied (Ab), (sq.- ¼-2 ½ dia: Sult = 125 ksi, Sy=105 ksi ¼-2 ½ dia: in.) draad/inch via 2 ½ – 4: Sult = 115 ksi, Sy=95 ksi Sult = 125 ksi, Sy=105 via 4 –...
Pagina 108
6.6 Hermontage gelijkwaardig aan de desbetreffende materiaalklassen uit API 610, 12e editie. In sommige gevallen, worden superieure materialen als vervanging gebruikt. Voorbelasting en koppel voor metaal-op-metaalverbindingen, 300-serie Stalen bevestigingsmid- delen met hoge sterkte Tabelnr 14: Goulds 2226, 2228, 2229, ASTM A193 B8 en B8M, ASTM A276 Tp 304, ASTM A582 Tp 303, SAE F593 2226, 2228: 303, 304SS, SAE F593 A193 B8, B8M Cl 1, A276 Tp 304,...
6.6 Hermontage Het wordt aanbevolen om de volgende reserveonderdelen op voorraad te hebben (voor zover van toepassing): Algemene reparatiesets Slijtring set Item Nr. Naam onderdeel Hoev. Slijtring, behuizing Slijtring, afdichtingskamer Slijtring waaier, aanzuigzijde Slijtring waaier, naafzijde 222E Stelschroef, stationaire slijtringen Stelschroef, slijtringen waaier Opening bus set Item Nr.
Pagina 112
6.6 Hermontage Geforceerde convectie koelset Item Nr. Naam onderdeel Aant. 123B Deflectorventilator, radiaal- Model 3700i API610 / Type OH2 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...
De rotatie veranderen. Verander de rotatie zodat deze overeenkomt met de pijl op de lagerbehuizing of pompbehuizing. De opening van de bodemklep of aan- Neem contact op met een ITT-vertegen- zuigleiding is onvoldoende ondergedom- woordiger voor informatie over de juiste on- peld.
Installeer een smoorklep. Als dit niet helpt, matig energie. gekomen en verpompt teveel vloeistof. dan moet u de rotorbladdiameter bramen. Als dit niet helpt, dan moet u een ITT-verte- genwoordiger consulteren. De vloeistof is zwaarder dan verwacht. Controleer de specifieke dichtheid en visco- siteit.
Pagina 115
7.3 Problemen met montage oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Er is sprake van corrosie of slijtage Vervang het afdichtingskamer- van het afdichtingskamerdeksel. deksel. De interne speling van de waaierslijt- De as is verbogen. Vervang de as. ring is te groot. (niet van toepassing De slijtring is niet goed machinaal ge- Vervang of bewerk de waaier op 3700LF en 3700LFI)
8 Onderdelenlijsten en dwarsdoorsnedes 8 Onderdelenlijsten en dwarsdoorsnedes 8.1 Onderdelenlijst Tabelnr 17: Onderdelenlijst met standaardmaterialen voor montage De materialen in deze tabel zijn standaard. Raadpleeg de orderdocumentatie voor de feitelijk gebruikte materialen Item Beschrijving van onderdelen Behuizing 9020/1344 9495/12 9497/12 9698/41 9A01/1 100W...
9 Other Relevant Documentation of Manuals 9 Other Relevant Documentation of Manuals 9.1 Voor bijkomende documentatie Neem contact op met uw ITT-vertegenwoordiger vooor elke andere relevante documentatie of hand- leiding. Model 3700i API610 / Type OH2 Handleiding voor installatie, bediening en onderhoud...