5.7.6
Aansluitwerkzaamheden externe aansluitingen
Aansluiting externe veiligheidsketting
CONT. SIGN.
VOUT
IN
GND
GEVAAR:
230 V
Geen externe spanning
verbinden met K2!
Voor het aansluiten van de potentiaal-
vrije contacten en de spanningsvoor-
ziening van de bewakingsapparaten
moeten afzonderlijke tweeaderige
kabels worden gebruikt!
MAIN SUPPLY
L1
N
SC1
SC2
PE
PE
J3
Besturingskast
K2
B3
GND
24V
GND
24V
GND
24V
De potentiaalvrije contacten van externe bewakingsap-
paraten (bijv. ventilatievergrendeling "B1", stromings-
schakelaar "B2", veiligheidshygrostaat "B3", enz.) wor-
den volgens het schema met een tweeaderige kabel in
serie (veiligheidsketting "K2") op de klemmen "SC1" en
"SC2" op de stuurkaart aangesloten.
Opmerking: De spanningsvoorziening van de externe
bewakingsapparaten vindt plaats met afzonderlijke
tweeaderige kabels via de aansluitingen "VOUT" en
"GND" op de stuurkaart of via een externe 24V AC/
DC-spanningsbron.
Gedetailleerde informatie over het aansluiten van de
B2
bewakingsapparaten vindt u in de afzonderlijke hand-
leidingen voor deze apparaten.
De aansluitkabels moeten via kabelverbindingen in de
besturingskast worden gevoerd.
B1
LET OP! Aansluiting van een veiligheidshygrostaat
wordt dringend aanbevolen ter voorkoming van
zaakschade als gevolg van overbevochtiging.
Opmerking: Als om welke reden dan ook geen bewa-
kingsapparaten op de klemmen "SC1" en "SC2" wor-
den aangesloten, moet kabelbrug "J3" op de klemmen
worden aangesloten.
LET OP! Verbind geen externe spanning via de
contacten van de bewakingsapparaten met de aan-
sluitklemmen "SC1" en "SC2".
Montage- en installatiewerkzaamheden
63