Inhoudsopgave
Advertenties
Bediening
4.5
bedieningselementen
•
De motor starten
•
Laat de handrem pas los als de bestuurder plaats heeft
genomen op de bestuurdersstoel. Wanneer de bestuurder de
bestuurdersstoel verlaat, moet de parkeerrem worden
aangetrokken!
•
Het juiste bedieningspedaal is voor de hydrostatische
aandrijving. Dit maakt traploos vooruit en achteruit rijden
mogelijk.
Het bedieningspedaal mag nooit worden verward met het
gaspedaal van een motorvoertuig!
•
Het bedieningspedaal naar voren kantelen: De machine
beweegt naar voren.
•
Kantel het bedieningspedaal naar achteren: Machine keert zich
om
Rij vooruit en achteruit met het rechter voetpedaal.
Het pedaal mag niet alleen met de punten van de
schoenen bediend worden!
Om snel te kunnen reageren in gevaarlijke situaties,
moet de schoen volledig op het bedieningspedaal
worden geplaatst.
•
Remmen wordt bereikt door het bedieningspedaal langzaam
naar de 0-stand te- bewegen.
Een sterke vertraging wordt bereikt door het tegengaan van
het bedieningspedaal.
•
Het linker bedieningspedaal is voor het heffen en laten zakken
van de giek.
•
Het naar voren kantelen van het bedieningspedaal: het
neerlaten van de giek.
•
Om het bedieningspedaal naar achteren te kantelen: til de giek
op.
•
Gebruik de bedieningspedalen nooit schokkerig en laat ze
nooit terugspringen, omdat dit drukpieken in de stromings- en
retourleidingen kan veroorzaken die de hydraulische motor
kunnen beschadigen!
•
De mechanische kruisbesturingshendel (Afb. 1A) of de
elektronische joystick (Afb. 2A) worden gebruikt om de
bediening van de aanbouwdelen te regelen. Bijvoorbeeld het
openen en sluiten (zie Fig. A) van een hydraulische
installatieklem (HVZ).
51500020 / 51500023
Bedieningspedaal
linksLift
/ lager
VM-301 Versie (5150.0020) met mechanische
kruisbesturingshendel.
V5
Bedieningspedaal
rechtsvooruit/achterui
t
Kruishendel
ventiel
Drukknop
voor
draaikop
Afbeelding 1A
24 / 37
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
