Bediening
4.1.2
motoroliecontrole
•
De legmachine moet op een absoluut vlakke
ondergrond staan.
1.
Open de motorkap zoals beschreven onder
Brandstofcontrole.
2.
Trek de oliepeilstok (1) eruit.
•
Het oliepeil moet zich tussen de twee markeringen
bevinden.
•
Als er te weinig olie is, vul dan de olie in de
olievulpijp (2).
•
Als er te veel olie is, tap dan de olie af via de
olieaftapschroef aan de onderkant van de motor.
4.1.3
hydraulische oliecontrole
•
De legmachine moet op een absoluut vlakke
ondergrond staan.
•
Om de hydraulische olie te controleren moet de
hydraulische ram van de giek volledig ingeschoven zijn
en moet de giek zich op de grond bevinden.
•
Het oliepeil moet in het midden van het kijkglas (3)
staan.
51500020 / 51500023
V5
18 / 37
NL