Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Thermistorsensor Voor Ademhaling (Niet Samoa Lite); Sensor Voor Pap (Druk); Sensor Voor Zuurstofverzadiging En Polsslag; Sensor Voor Thorax-/Abdomenbeweging - Lowenstein Medical Samoa Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Samoa / Samoa lite
zodat ook patiënten die door de mond ademen,
kunnen worden bewaakt en geregistreerd.
De flowbril moet worden bevestigd op de bus met
het volgende symbool:
De
flowbril
moet
overeenstemming
met
fabrikant.
Waarschuwing:
De flowbril is een product voor eenmalig gebruik en
noch voor een herverwerking noch voor een meer-
malig gebruik geschikt! Een meermalig gebruik kan
leiden tot overdracht van infecties!
3.1.2. Thermistorsensor voor ademhaling
(niet Samoa lite)
In aanvulling op de flowbril kan voor de detectie van
de ademhaling een thermistor worden gebruikt.
Hierbij wordt de ademhaling bepaald door middel
van het verschil tussen de temperaturen van
inadem- en uitademlucht. Neem ook de bij de sensor
gevoegde aanwijzingen in acht.
De thermistor moet worden ingestoken op de bus
met het volgende symbool:

3.1.3. Sensor voor PAP (druk)

Aansluiting PAP-adapter:
De PAP-adapter wordt bevestigd op het aansluitstuk
van het apparaat met het volgende symbool:
3.1.4.
Sensor voor zuurstofverzadiging en
polsslag
Voor de meting van de zuurstofverzadiging en de
polsfrequentie is in het apparaat een pulsoximeter
geïntegreerd. Een uitval van de vingersensor resp.
een ontbrekende gegevensactualisering door de
pulsoximeter wordt aan de gebruiker gemeld door
een
rood
SpO
-symbool
2
Tegelijkertijd worden de waarden voor SpO
polsslag op 0 gezet.
Bij gebruik van de vingersensor moet erop worden
gelet dat de doorbloeding van de meetvinger niet
wordt belemmerd door de fixering. Er mag geen
overmatige druk op de vinger worden uitgeoefend,
vooral wanneer de temperatuur hoger is dan 41 °C.
De sensor moet op de pols van de patiënt worden
gefixeerd.
Nagellak
transparante lak) en kunstnagels moeten beslist
worden verwijderd, omdat anders de verkregen
meetgegevens onbruikbaar zijn.
Om
storingen
(bijv.
minimaliseren, worden de pulsoximetrische waarden
door
middel
van
digitale
gefilterd. Door gegevensmededeling en signaal-
verwerking treden zo lichte vertragingen op bij de
weergave van de pulsoximetrische waarden. De
interne
pulsoximeter
tijdshorizon van 4 seconden. Door aanvullende
beschouwing van de veranderingstendens wordt de
minimale waarde van de verzadiging aan het einde
van een apneu correct weergegeven. De gegevens
.
worden
gebruikt
de
informatie
van
op
de
weergave.
op
de
meetvinger
bewegingsartefacten)
gegevensverwerking
werkt
hiertoe
met
worden bij elke polsslag geactualiseerd, zodat door
de
gegevensactualisering
meetbare vertragingen optreden.
De vingersensor moet worden bevestigd op de bus
met het volgende symbool:
in
Neem ook de bij de sensor gevoegde aanwijzingen
de
in acht.
3.1.5.

Sensor voor thorax-/abdomenbeweging

(niet Samoa lite)
De sensor voor de registratie van de thorax- resp.
abdomenbeweging (effortsensor) bestaat uit kleine
rubberen
kussens
slangleidingen zijn verbonden met het apparaat. De
effortsensoren omvatten telkens twee drukpads. De
drukpads worden in de zakken van de elastische
lichaamsriem geschoven. De thoraxriem wordt ter
hoogte
van
abdomenriem in de buikstreek.
Om hygiënische redenen en om allergische reacties
te
vermijden,
onderhemd worden gedragen.
De sensor voor de registratie van de thoraxbeweging
moet worden bevestigd op de bus met het volgende
symbool
de abdomenbeweging op de bus met het volgende
symbool
De lengte van de riem dekt door de veranderbare
.
klittenbandsluiting een zeer groot patiëntgebied af.
Er worden echter ook riemen in speciale maten
aangeboden.
Aanwijzingen:
Om betrouwbare signalen voor de gegevens-
registratie te verkrijgen, is een minimale uitrekking
van de riem noodzakelijk.

3.1.6. Sensor voor lichaamshouding

en
Een in het apparaat geïntegreerde positiesensor
2
levert informatie over de actuele lichaamshouding
van de patiënt.
Het correct aanbrengen van het apparaat is beslist
noodzakelijk voor de correcte bepaling van de
houding. Naast de rugligging en de ligging op
rechterzij/linkerzij worden ook de buikligging en de
rechtopstaande lichaamshouding gedetecteerd.
(ook
3.2.

Voorbereiding van de meting (ambulant)

te
Ter voorbereiding van het apparaat voor de
ambulante meetgegevensregistratie op de patiënt
moeten de volgende punten worden uitgevoerd:
1. Accu opladen: zie (pagina 8).
2. Pc-software starten.
3. In het menupunt "Registreren / Apparaat
een
initialiseren (offline)" de persoonsgegevens van
de patiënt invoeren en de overdracht starten.
4. Apparaat met de USB-interfacekabel verbinden.
Aansluiting:
- 6 NL -
en
overdracht
(drukpads),
die
het
sternum
aangebracht,
moeten
de
riemen
en de sensor voor de registratie van
.
NL
geen
via
dunne
de
over
het

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Samoa lite

Inhoudsopgave