Inhoudsopgave
Advertenties
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
Gastype controleren
1. Gastype en Wobbe-index Ws (0 °C) bij de gasleve-
rancier aanvragen.
■
Met de aardgasinstelling H/E kunnen de verwar-
mingsketels in het Wobbe-indexbereik 12,0 tot
16,1 kWh/m
3
(43,2 tot 58,0 MJ/m
gebruikt.
Met de aardgasinstelling L/LL kunnen de verwar-
■
mingsketels in het Wobbe-indexbereik 10,0 tot
3
13,1 kWh/m
(36,0 tot 47,2 MJ/m
gebruikt (niet in AT en CH).
Alleen bij nominaal vermogen 186 tot 311 kW:
■
Met de vloeibaar-gasinstelling P kunnen de ver-
warmingsketels in het Wobbe-indexbereik 21,3
3
tot 22,5 kWh/m
(76,9 tot 81,2 MJ/m
gebruikt.
Omzetting op aardgas L
Omstellen bij nominaal vermogen
F
C
D
E
A
B
Afb. 2
01. Gasafsluitkraan sluiten.
02. Installatieschakelaar aan de bedieningseenheid
van de regeling uitschakelen.
03. Hoofdschakelaar (buiten de installatieruimte) of
netspanning uitschakelen en tegen opnieuw
inschakelen beveiligen.
04. Schroefverbinding
A
05. Gascombiregelaar
B
en stuurleiding verwijderen.
12
3
) worden
3
) worden
3
) worden
87 kW
≤
losdraaien.
van de flens
losmaken
C
2. In de toestand bij levering is de brander ingesteld
voor aardgas H/E. Indien nodig de brander
omschakelen naar het plaatselijke gastype. De
informatie van de gasleverancier respecteren.
3. Gastype in het protocol in bijlage op pagina 59
opnemen.
06. Diafragma
met O-ring
D
ren.
07. Gascombiregelaar met O-ring
bevestigen en stuurleiding op de deellastregelaar
monteren.
Diafragma
D
wordt niet meer ingebouwd.
08. Schroefverbinding
A
09. Indien voor de ingestelde gassoort voorhanden:
Meegeleverde sticker ""Ingesteld op ...""
de aanwezige sticker plakken.
10. Stuurleidingen controleren:
Aansluiting en knikvrije plaatsing
■
Bevestiging en vastzitten van de bevestigings-
■
klemmen
11. Installatieschakelaar aan de bedieningseenheid
van de regeling inschakelen. Brander in werking
nemen.
12. Gasdichtheid controleren.
Gevaar
Ontsnappend gas leidt tot explosiegevaar.
Dichtheid van de gasvoerende componen-
ten controleren.
!
Opgelet
Het gebruik van lekzoekspray kan leiden tot
storingen.
Lekzoekspray mag niet met elektrische con-
tacten in aanraking komen.
Opmerking
Positie van de stuurleidingen zie vanaf pagina 30.
uit flens
verwijde-
E
C
aan flens
E
C
vastdraaien.
F
over
Advertenties
Inhoudsopgave
