Motor-Membraandoseerpompen MEMDOS LP
6. Wacht tot de melding "vervangen!" verschijnt.
7. Buig de membraan (7) met een tang op de rand iets omhoog en
schroef de membraan tegen de wijzers van de klok in eruit.
Membraan gedemonteerd.
ü
12.4.2 Nieuw membraan monteren
Indien de doseerpomp voor het monteren van een nieuw
i
membraan werd uitgeschakeld of indien u menupunt
braan vervangen
hebt verlaten, moet mogelijk de mem-
braanstang eerst in de voorste eindpositie worden gebracht.
Kies hiervoor menupunt
Handelingsactie:
ü
Membraanstang (6) en membraanflens (1) moeten goed gereinigd
worden om daarmee het nieuwe membraan door achterblijvende
vloeistof niet te beïnvloeden.
ü
Doseerpomp geeft "vervangen!" aan en membraan bevindt zich in
de voorste eindpositie.
ü
Op de schroefdraad van het membraan (7) kan een beetje vet aange-
bracht worden (bijv. Molykote Longterm W2).
1. Schuif de steunring (2) met de gebolde kant naar buiten op de draad-
tap (6).
2. Schroef het membraan met de wijzers van de klok mee in de mem-
braanstang.
3. Voor de montage van de doseerkop moet het membraan in neutrale
positie worden gezet. Druk op de knop Menu.
4
Het membraan gaat naar de achterste eindpositie en duikt in de
membraanflens. In het menu verschijnt "Even wachten a.u.b." tot
de neutrale positie is bereikt. Na het bereiken van de positie springt
de weergave terug naar uitgangsmenu 1.
4. Zet de doseerkop (3) en de indien benodigde drukplaat (4) op de
membraanflens.
5. Trek de bouten eerst zachtjes aan. Draai de bouten vervolgens krui-
selings vast, bijv. boven links – onder rechts – boven rechts – onder
links. Let daarbij op de maximale aanhaalmomenten.
Beschadiging van de doseerkop / ondichtheid van het
membraan
Als de bouten te vast aangedraaid zijn, kan dit tot beschadiging van de
doseerkop leiden. Te zwak aandraaien veroorzaakt echter een ondicht-
heid van het membraan en daarmee beïnvloeden van het functioneren.
ð
Draai de doseerkopbouten met het correcte aanhaalmoment aan.
Houd u aan onderstaande tabel.
Membraanwissel uitgevoerd.
ü
Onderhoud
44
Zuig- en persventiel reinigen
Mem-
Membraan
vervangen.
AANWIJZING
12.5 Zuig- en persventiel reinigen
Vervuilde ventielen beïnvloeden de nauwkeurigheid van doseren waar-
door de ventielen regelmatig gereinigd moeten worden.
Schroef de ventielen uitsluitend eerst handvast in de doseerkop. Daarbij
moet gelet worden op correcte plaatsing van de afdichtingen resp. O-rin-
gen binnen in de ventielen en in doseerkop.
Benodigde draaimomenten van kunststof ventielen bij het inschroeven in
de doseerkop:
MEMDOS LP
4 – 20
4-HP – 20-HP
35 – 60
80 – 260
310 – 400
510 – 1010
Tab. 53: Draaimoment ventielen
Bij RVS ventielen met vezeldichtingen of afdichtingen van PTFE moeten
minstens de genoemde draaimomenten.aangehouden worden. Op grond
van de niet-elastische vervorming moeten deze meervoudig aangetrok-
ken worden.
BA-10417-05-V15
Bedieningsvoorschrift
Draaimoment
(± 10%)
3 Nm
3 Nm
5 Nm
15 Nm
15 Nm
20 Nm
© Lutz-Jesco GmbH 2023