Motor-Membraandoseerpompen MEMDOS LP
8 Vloeistofzijdig installeren
In dit hoofdstuk staat informatie over welke natte delen van de installatie
al dan niet aanvullend geïnstalleerd kunnen worden. In veel gevallen
moeten vloeistofzijdige delen geïnstalleerd worden om alle functies die
de doseerpomp biedt, te kunnen benutten, zekerheid over de werking te
garanderen en een hoge nauwkeurigheid van doseren te bereiken.
Gevaar voor persoonlijke- en materiële schade!
Hoge drukpieken kunnen leidingwerk in trilling brengen en tot het af-
breken ervan leiden. Verwondingen door leidingen of lekkende doseer-
vloeistoffen kunnen het gevolg zijn.
ð
Installeer een pulsatiedemper.
Beschadiging van de aandrijving door overbelasting
De drukverhoudingen tussen perszijde en zuigzijde moeten in even-
wicht zijn, anders kan dit tot overbelasting leiden. Dit kan ongecontro-
leerde doseringsprocessen opleveren, schade aan het leidingwerk van
de installatie en doseerpomp geven.
ð
Stel vast dat de druk op de perszijde minstens 1 bar hoger ligt dan
die op de zuigzijde.
Vastzetten van schroefverbindingen
RVS delen en kunststof delen (in het bijzonder die van PVC) die demon-
tabel met elkaar verschroefd zijn (bijv. doseerkop en ventielen) kunnen
zich vast zetten. Daardoor zijn deze moeilijk los te draaien.
ð
Smeer de bewuste delen voor het vastschroeven met een smeer-
middel (bijv. PTFE spray). Stel vast dat het gebruikte smeermiddel
zich met het doseermedium verdraagt.
8.1 Uitleg over de installatie
De technische data van de doseerpomp moeten beoordeeld worden
n
en de installatie moet hierop overeenkomstig te worden aangepast
(bijv. drukverlies door leidingweerstand in vergelijk met de nominale
doorlaat en lengte).
De totale installatie en de daarin geïntegreerde doseerpomp moeten
n
zo ontworpen zijn dat uittreding van vloeistoffen, behalve door uitval
van verslijtdelen (bijv. slijtage van het membraan) of platgedrukte
slangen, tot geen nadelige schade aan installatiedelen en gebouwen
voert.
De drainage aansluiting van de doseerkop moet zichtbaar zijn om
n
membraanbreuk te constateren. Het afvoeren via de drainageleiding
moet onbelemmerd mogelijk zijn.
Als er gevaarlijke vloeistoffen ingezet worden, moet de installatie zo
n
uitgevoerd zijn, dat bij lekkage van doseervloeistof geen onevenredig
hoge volgschade optreden kan.
© Lutz-Jesco GmbH 2023
Technische wijzigingen voorbehouden.
230404
VOORZICHTIG
AANWIJZING
AANWIJZING
BA-10417-05-V15
Om een foutieve dosering na beëindiging van het proces te voorko-
n
men, moet de doseerpomp voorzien worden van een vloeistofzijdige
vergrendeling.
Om de drukverhoudingen in de installatie gemakkelijk te kunnen con-
n
troleren, zullen in de nabijheid van het zuig- en persventiel aansluit-
mogelijkheden voor een manometer gemaakt moeten worden.
8.2 Leidingwerk van de installatie
Het leidingwerk van de installatie mag geen kracht uitoefenen op de
n
aansluitingen en de ventielen van de doseerpomp.
Stalen leidingwerk moet met flexibele leidingsstukken met de doseer-
n
pomp worden verbonden.
De nominale doorlaat van de leidingen en de ingebouwde armaturen
n
zullen even groot of groter zijn als de nominale diameter van de ven-
tielen van de doseerpomp (zuig en persventiel).
De zuigleiding moet zo kort mogelijk gehouden worden.
n
Loshangende slangen moeten vermeden worden.
n
Schuin afhangende slangen moeten vermeden worden omdat zich
n
hierin gas/luchtbellen kunnen verzamelen.
8.3 Zuigventiel en persventiel
Afb. 7: Doseerkop met zuig- en persventiel
Zuig- en persventiel zijn vloeistofzijdige aansluitingen van de doseer-
pomp waarop de zuigleiding resp. de persleiding worden aangesloten.
Het betreft dubbelkogel gelagerde of veerbelaste ventielen die alleen in
loodrechte stand probleemloos kunnen functioneren. De toestand van de
ventielen heeft belangrijke invloed op de functie en de nauwkeurigheid
van de doseerpomp.
Op de ventielen zijn pijlen aangebracht welke de doorstroomrichting aan-
geven. Deze pijlen moeten altijd naar boven wijzen.
Let erbij op dat met het aansluiten van de doseerleidingen aan de doseer-
pomp, de plaats van de ventielen:
Persventiel bovenop de doseerkop
n
Zuigventiel aan de onderzijde van de doseerkop
n
Bedieningsvoorschrift
Vloeistofzijdig installeren
17
Zuigventiel en persventiel