Richtlijnen en verklaring van de fabrikant - elektromagnetische immuniteit - WP300
De WP300 is bedoeld voor gebruik in de hieronder gespecificeerde elektromagnetische omgeving; de klant of de gebruiker van de
WP300 dient ervoor te zorgen dat deze in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Immuniteitstest
Geleide RF
3 V
0,15-80 MHz
IEC 61000-4-6
Buiten ISM-banden
6 V
0,15-80 MHz
Binnen ISM-banden
Uitgestraalde RF
10 V/m
IEC 61000-4-3
80 MHz tot 2,7 GHz
OPMERKING 1 Bij 80 MHz en 800 MHz is het hogere frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2 Deze richtlijnen zijn niet in alle situaties van toepassing. Elektromagnetische verspreiding wordt beïnvloed door
absorptie en reflectie van structuren objecten en mensen.
a
Veldsterktes van vaste zenders, zoals basisstations voor radio (cellulaire/draadloze) telefoons en radio's, amateurradio, AM en FM
radio-uitzendingen en TV-uitzendingen kunnen niet theoretisch met zekerheid worden voorspeld. Om de elektromagnetische
omgeving door vaste RF-zenders te beoordelen, moet een elektromagnetisch locatieonderzoek worden overwogen. Als de
gemeten veldsterkte op de plaats waar de WP300 wordt gebruikt, hoger is dan het toepasselijke RF-conformiteitsniveau
hierboven, moet de WP300 worden geobserveerd om de normale werking te controleren. Wanneer u ongewone prestaties
waarneemt, kunnen extra maatregelen nodig zijn, zoals verplaatsing of nieuwe afstemming van de WP300.
b
Binnen het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz dienen de veldsterktes minder dan 10 V/m te zijn.
WatchPAT™300-systeem
Tabel 4- van IEC 60601-1-2:2014
IEC 60601-1-2
Nalevingsniveau
Testniveau
Niet van
toepassing zijnde
Niet van
toepassing zijnde
10 V/m
Elektromagnetische omgeving- richtlijnen
Hanteer voor de draagbare en mobiele apparatuur op
basis van RF-communicatie een maximale afstand tot het
WP300-systeem
vergelijking die geldt voor de frequentie van de zender
Aanbevolen scheidingsafstand
d = 1.2√P 80 MHz tot 800 MHz
d = 2.3√P 800 MHz tot 2,7 GHz
waarbij P het maximale uitgangsvermogen van de zender
in watt (W) is overeenkomstig de fabrikant van de zender
en waarbij d de aanbevolen afstand in meters (m) is.
Veldsterkten van vaste R F-zenders, zoals bepaald door
een elektromagnetisch locatieonderzoek,
dan het nalevingsniveau in elk frequentiegebied.
Interferentie mag zich voordoen in de nabijheid van
apparatuur die is gemarkeerd met het volgende symbool:
40
en
kabels
overeenkomstig
a
moet lager zijn
Gebruikshandleiding
de
b