Rea® Dahlia® 30 / 45
7 Transport
7.1 Veiligheidsinformatie
Invacare streeft continu naar verbetering van de veiligheid
voor de gebruikers van al onze producten in verschillende
alledaagse situaties. Onder meer in dit kader heeft
Invacare al sinds het midden van de jaren negentig erkende
onderzoeksinstituten crashtesten laten uitvoeren met
verschillende van onze modellen handbewogen rolstoelen.
We willen u informeren over het vervoer van rolstoelen
inclusief gebruikers in voertuigen, die speciaal geschikt zijn
voor dit doel. Ten eerste willen we benadrukken dat de
gebruiker altijd het veiligst vervoerd kan worden in een van
de gewone stoelen van het voertuig met de veiligheidsgordel
van het voertuig. Invacare kan dus zittend vervoer in de
rolstoel niet aanbevelen. Maar we realiseren ons ook dat
er gebruikers en situaties zijn die vervoer in een voertuig,
zittend in de rolstoel, noodzakelijk maken. Neem in die
gevallen de veiligheidsvoorschriften in dit gedeelte in acht
om het risico op letsel bij een ongeval te verminderen.
De rolstoel is getest volgens de specificaties in ISO
7176-19, "Mobiliteitvoorzieningen op wielen voor gebruik
als zitplaats in motorvoertuigen". Dit betekent dat de
rolstoel een standaardtest heeft doorstaan in een mogelijke
ongevalssituatie: een frontale botsing bij 48 km/u met
een vertraging van 20 g en een testpop van 75 kg. Deze
testnorm, ISO 7176-19, is ontwikkeld door autoriteiten
en specialisten en specificeert de minimumeisen die aan
rolstoelen worden gesteld voor vervoer in voertuigen. De
norm wordt regelmatig aangepast aan nieuwe inzichten en
ervaringen.
In de werkelijkheid vinden ongevallen niet plaats in
laboratoriumomstandigheden. Zo zullen per ongeval
snelheid, botshoek, rolstoelconfiguratie, gebruikersgewicht
en vertraging waarschijnlijk verschillen. Invacare wijst
daarom ook elke verantwoordelijkheid van de hand voor de
gevolgen van ongevallen waarbij onze producten betrokken
zijn. We hebben gekozen om te testen wat wij zien als een
vaak voorkomende configuratie met gangbare aanpassingen.
Configuraties en accessoires die niet geschikt zijn voor
zittend vervoer in een voertuig worden later in dit hoofdstuk
vermeld.
WAARSCHUWING!
Kans op lichamelijk letsel
– Vastzetsystemen mogen alleen worden gebruikt
als het gewicht van de gebruiker van de rolstoel
22 kg of meer is. Als het gebruikersgewicht
minder is dan 22 kg, mag u de rolstoel niet als
stoel in een voertuig gebruiken.
WAARSCHUWING!
Kans op ernstig letsel tijdens transport
Een gebruiker die in zijn rolstoel met een voertuig
wordt vervoerd, moet worden vastgezet met
een veiligheidsgordel (3-punts gordel). Een
lichaamsband alleen is niet voldoende om
personen vast te zetten.
– Gebruik de lichaamsband als extra hulpmiddel
bij het vervoeren van de rolstoelgebruiker in
een voertuig, echter niet als vervanging voor de
3-punts veiligheidsgordel.
40
WAARSCHUWING!
Risico op letsel als de rolstoel niet juist is
vastgezet.
Bij ongelukken, remmanoeuvres en dergelijke
kunnen rondvliegende rolstoelonderdelen ernstig
letsel veroorzaken.
– Verwijder altijd de achterwielen wanneer de
rolstoel wordt vervoerd.
– Zet alle rolstoelonderdelen stevig vast in het
vervoermiddel om te voorkomen dat ze losraken
tijdens de rit.
7.2 Rolstoelen met/zonder iemand erin in een
voertuig vervoeren
1. De bezette rolstoel moet worden vervoerd in een
voorwaarts gerichte positie (rijrichting). Alle toebehoren
(werkblad, zijpelotten, abductiekussen, enzovoort)
moeten worden verwijderd en veilig opgeborgen, zodat
niemand gewond raakt bij een ongeval.
2. De rolstoel moet worden vastgezet in het voertuig
met een 4-punts vastzetsysteem. De gebruiker moet
een 3-punts veiligheidsgordel dragen, die vastzit in het
voertuig.
WAARSCHUWING!
Kans op lichamelijk letsel
– Zowel het 4-punts vastzetsysteem als de
3-punts veiligheidsgordel dient ISO-10542-2
goedgekeurd te zijn.
1576732-H