3.6 De hoogte van de armsteun aanpassen
A
1. Pas de hoogte van de arm- en/of zijsteunen aan door
aan de schroef of het handwiel A te draaien, afhankelijk
van het type armsteun dat u hebt gekozen.
2. Stel de gewenste hoogte in.
3. Draai de schroef of het handwiel weer vast.
LET OP!
Beknellingsgevaar voor vingers
– Zorg ervoor dat uw vingers bij het aanpassen
van de hoogte van de armsteun niet bekneld
raken tussen de armsteun/het steunkussen en
de armsteunbevestiging.
•
Als de armsteunen laag zijn afgesteld, kunt
u tijdens het kantelen van de stoel last
ondervinden van de achterwielen.
•
De langere armsteun (330 mm) is alleen
verkrijgbaar met het kussen voor de armsteun
"Ducktail".
De armsteunen zijn voorzien van een automatische
vergrendeling om te voorkomen dat ze ongewild
bewegen of losraken. Druk op de knop B op de
armsteun om deze te ontgrendelen voordat u de
armsteun verwijdert of aanpast.
3.7 De diepte van de armsteun/zijsteun
aanpassen
A
1576732-H
1. Draai de schroef of het handwiel A los, afhankelijk van
het type armsteun dat u hebt gekozen.
2. Zet het kussen/de zijsteun in de gewenste positie.
3. Draai de schroef of het handwiel weer vast.
Risico op verkeerd bijstellen
– Er mag geen druk worden uitgeoefend op de
armsteun tijdens het aandraaien van de schroef.
3.8 De achterwielen monteren
1. Houd de snelontgrendelingsknop A ingedrukt.
2. Plaats de achterwielas B in de achterwielbevestiging C.
3. Trek de wielen naar buiten toe om te controleren of
deze veilig in hun positie vastzitten.
WAARSCHUWING!
Risico op lichamelijk letsel
– Controleer of het achterwiel stevig op zijn plaats
zit! U moet de wielen niet kunnen verwijderen
wanneer de snelontgrendelingsknop A is
uitgeschakeld.
3.9 De beensteunen plaatsen
3.9.1 Hoekverstelbare beensteunen
1.
Draai de beensteun naar buiten en duw deze omlaag in
de buizen van de beensteunbevestiging.
2.
Montage
C
A
11