Raadpleeg SPECIFICATIES of het
label op uw voertuig voor de juiste
druk.
OPMERKING: Hoewel de banden
speciaal zijn ontworpen voor of-
froadtoepassingen, kan een lekke
band nog steeds voorkomen.
Daarom wordt aangeraden een
bandenmeter, een pomp en een
reparatieset mee te nemen.
Inspectie banden
Controleer de banden op beschadi-
gingen en slijtage. Vervang deze zo
nodig.
WAARSCHUWING
Roteer de banden niet. De ban-
den vooraan en achteraan heb-
ben een andere maat. De linker-
en rechterbanden hebben ver-
schillende unidirectionele pro-
fielen.
Vervanging banden
De banden moeten worden vervan-
gen door een erkende Can-Am-
dealer, reparatieplaats of persoon
van uw keuze.
WAARSCHUWING
-
Vervang de banden alleen
door banden van hetzelfde
type en bandenmaat als de
originele banden.
-
Let erop dat u banden met
een unidirectioneel profiel in
de juiste draairichting mon-
teert.
-
De banden moeten vervan-
gen worden door een erva-
ren persoon, in overeenstem-
ming met de normen en het
gereedschap gebruikt in de
sector.
ONDERHOUDSPROCEDURES
Banden plaatsen op
Beadlockwielen
1.
Plaats de band op het wiel.
1.1
Aan de andere kant van
de beadlock brengt u
smeermiddel voor het
plaatsen van de band
aan op de binnenste
hiel van de band en het
wiel, om ervoor te zor-
gen dat de band goed
zal zitten wanneer deze
opgepompt wordt.
Plaats de binnenste hiel
over het wiel.
OPMERKING
band alleen aan de zijde van
de beadlocks.
1.2
Plaats de buitenste hiel
van de band in de
schouder van de bin-
nenste ring van de
beadlock en centreer
de band.
TYPISCH
1.
Buitenste hiel band
2.
Schouder binnenste beadlock-
ring
2.
Plaats alle beadlockschroe-
ven. Begin alle schroeven met
de hand aan te draaien, om
ervoor te zorgen dat alle
schroeven vlot ingeschroefd
kunnen worden en niet tegen-
wringen.
OPMERKING
De beadlockschroe-
ven niet aandraaien met een
moerenaanzetter. Wanneer u een
moerenaanzetter gebruikt, be-
staat er een groot risico dat de
schroeven breken of buigen.
Installeer de
143