11.1 Alarmmeldingen
Er worden alarmmeldingen gebruikt om u te waarschuwen voor
een situatie of gevaar waarvoor uw aandacht vereist is.
Enkele voorbeelden van alarmmeldingen zijn:
• Ankeralarm — gebruikt wanneer het schip voor anker ligt, dit
waarschuwt u voor een verandering in de diepte waardoor het
kan zijn dat u de lengte van de ketting moet aanpassen.
• Alarmmeldingen voor diepte en snelheid — deze
alarmmeldingen waarschuwen u wanneer uw diepte of
snelheid buiten een gespecificeerde limiet komt, bijvoorbeeld
een minimale diepte.
• Alarm MOB (man overboord) — ontvangen van een
MOB-systeem.
Wanneer er sprake is van een alarm wordt een bericht
weergegeven en er is een alarmsignaal hoorbaar.
AIS te xt
AIS te xt
AIS
AIS
xt
xt
xt
xt
U kunt of:
• het hoorbare alarm uitzetten, of:
• het hoorbare alarm uitzetten of de alarminstellingen wijzigen.
Opmerking: Met uitzondering van de wekker, de
snelheid en de zeetemperatuur kunnen SeaTalk-systemen
alarmmeldingen alleen in of uit schakelen, SeaTalk
kunnen instellingen ook aanpassen.
Alarminstellingen
De meeste alarmmeldingen worden lokaal gegenereerd aan
de hand van bepaalde drempelwaarden. Ze worden ook
verzonden naar de SeaTalk- en SeaTalk
weergegeven op andere compatibele apparaten.
Alarmnaam
Alarmtype
Kalibratie
vereist
Uit koers
Route
compleet
70
D12080-1
ng
-systemen
ng
-netwerken en worden
Omschrijving
Actie
Er moet een
Geeft aan dat de
stuurautomaat
dokpier- of
niet volledig
proefvaartkali-
gekalibreerd is.
bratie worden
Wordt gestart
uitgevoerd.
in de Stand-
• Stuurauto-
by-modus,
maatmodus
voor enkele
wijzigen
seconden na
de eerste
• Zelf-
inschakeling.
annulering
Geeft aan dat
• Stuurauto-
het schip meer
maatmodus
dan de vooraf
wijzigen
ingestelde
• Koers
alarmlimiet
wijzigen
uit koers ligt.
Gestart vanuit
• Koers
de modi Auto,
corrigeren
Track & Wind.
Gemarkeerd
• Stuurauto-
door kaartplotter
maatmodus
/ navigator op
wijzigen
het moment
dat het laatste
waypoint van
een route is
bereikt.
Alarmnaam
Alarmtype
Grote Cross
Track Error
Verlies van
waypointge-
gevens
Windverande-
ring
Automatisch
Veiligheidsalarm
vrijgeven
Veiligheidsalarm
Aandrijving
gestopt
Omschrijving
Actie
Geeft aan dat
• Stuur
de Cross Track
handmatig
Error (XTE)
terug en
groter is dan
voer de track
0,3 nm, gestart
opnieuw in.
in Track-modus
• Controleer
of bij het
instellingen
starten van de
stuurauto-
Track-modus
maat.
vanuit een
andere modus.
• XTE
resetten op
kaartplotter.
Geeft aan dat de
• De stuurauto-
bron (bijv. kaart-
maat verlaat
plotter) van de
de Track-mo-
dus en gaat
waypointgege-
vens verloren is
in automo-
gegaan
dus en gaat
verder in de
laatst vastge-
zette koers.
•
Geeft aan dat
• Stuurauto-
de schijnbare
maatmodus
windhoek met
wijzigen.
meer dan
• Koers
15 graden is
wijzigen.
veranderd.
Alleen gestart
• Reductie van
vanuit de
de wijziging
Windvaan-
in windhoek.
modus.
Treedt op
• Stuurauto-
wanneer de
maat gaat
gebruiker de
naar stand-by
controle over
en het alarm
het stuur heeft
gaat na 10
teruggenomen
seconden af.
in een
ingeschakelde
modus (Auto,
Track, etc.)
met behulp
van het stuur
met elektrische
besturing.
Geeft aan dat
• Controleer
er een roer is
de output
vastgelopen
van SPX,
of dat de
aandrijfunit
aandrijfunit geen
en
stroom meer
verbindingen.
heeft. Gestart
• Stuurauto-
in de modi Auto,
maat gaat
Track & Wind.
naar stand-by
en het alarm
gaat na 10
seconden af.
p70 / p70R