Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Werking Van De Stuurautomaat Controleren; De Roerversterking Controleren; Tegenroer Controleren; Roerdemping - Raymarine p70 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor p70:
Inhoudsopgave

Advertenties

8.10 De werking van de stuurautomaat
controleren
Nadat de kalibratie is voltooid controleert u de stuurautomaat
als volgt:
1. Stuur in een kompasrichting en houd een continue koers aan
bij normale kruissnelheid. Stuur het schip wanneer nodig
korte tijd handmatig om te controleren hoe het schip stuurt.
2. Wees er zeker van dat het inschakelen van de stuurautomaat
veilig is, druk dan op AUTO om de koers te vergrendelen
in de huidige koers. De stuurautomaat moet een continue
koers aanhouden bij kalme zee.
3. Gebruik de knoppen -1, +1, -10 en +10 of de DRAAIKNOP
om te zien hoe de SmartPilot de koers wijzigt naar bak- en
stuurboord.
4. Druk op STAND-BY om terug te keren naar handmatige
besturing.

De roerversterking controleren

Om vast te stellen of de roerversterking correct is ingesteld voert
u de volgende test uit:
1
Artikel
1.
2.
3.
1. Zorg ervoor dat u het responsniveau van de stuurautomaat
hebt ingesteld op 5.
2. Stuur uw schip op normale kruissnelheid in helder water.
Het herkennen van de stuurrespons is gemakkelijker op
kalme zee waarbij de golven de stuurwerking niet maskeren.
3. Druk AUTO om in Auto-modus te gaan, verander de koers
daarna met 40°:
• Deze koersverandering zou moeten resulteren in een
strakke draaiing, gevolgd door een overshoot van niet
meer dan 5°, als de roerversterking correct is ingesteld.
• Als de koersverandering leidt tot een duidelijke overshoot
(meer dan 5°) en/of als er een duidelijk 'S' zit in de koers,
dan is de roerversterking te hoog.
• Als de reactie van het schip traag is en het erg lang duurt
om de draaiing van 40° te maken zonder overshoot, dan is
de roerversterking te laag.
Pas de roerversterking zo nodig aan.

Tegenroer controleren

Tegenroer is de hoeveelheid roer die uw stuurautomaat toepast
om te voorkomen dat uw schip uit koers raakt. Hoger tegenroer
resulteert in het toepassen van meer roer.
Om de instelling van tegenroer te controleren:
1. Zorg ervoor dat u het responsniveau van de stuurautomaat
hebt ingesteld op 5.
2. Stuur uw schip op normale kruissnelheid in rustig water.
3. Druk op AUTO om de stuurautomaat naar Automatische
modus om te zetten, voer daarna een koersverandering uit
van 90°:
• Wanneer de roerversterking en het tegenroer beiden
correct zijn ingesteld, dan voert het schip een soepele en
continue draaiing uit met minimale oversturing.
52
2
3
D12107-1
Omschrijving
Roerversterking te laag
Roerversterking te hoog
Correcte roerversterking
• Als het tegenroer te laag is, dan vertoont het schip
oversturing.
• Als het tegenroer te hoog is, dan 'verzet' het schip zich
tegen de draaiing en maakt een aantal korte, scherpe
draaiingen. Dit resulteert in een 'mechanisch' gevoel bij
koersveranderingen van het schip.
Pas het tegenroer zo nodig aan.
4. Pas de instelling van tegenroer zo nodig aan.
U kunt Tegenroer openen in het menu Aandrijvingsinstellin-
gen: Menu > Instellingen > Kalibratie stuurautomaat >
Aandrijvingsinstellingen > Tegenroer.

Roerdemping

Als de stuurautomaat 'slingert' (d.w.z. het stuur continu
met kleine stappen heen- en weer beweegt) wanneer u het
roer probeert de positioneren, dient u de instelling van de
roerdemping aan te passen om dit te minimaliseren.
Het verhogen van de roerdempingswaarde vermindert het
slingeren. De waarde van de roerdemping dient met 1 niveau
tegelijk te worden verhoogd totdat de stuurautomaat stopt met
slingeren. Zorg ervoor dat altijd de laagst acceptabele waarde
wordt gebruikt.
Wanneer nodig kan de instelling voor de roerdemping
worden aangepast in het menu Aandrijvingsinstellingen:
Menu > Instellingen > Kalibratie stuurautomaat >
Aandrijvingsinstellingen > Roerdemping.

Instellingen AutoTrim

AutoTrim bepaalt hoe snel de stuurautomaat 'roerdruk' toepast
om wijzigingen in de trim te corrigeren die bijvoorbeeld zijn
veroorzaakt door veranderingen in de windbelasting op de
dekopbouw, of het uit balans zijn van motoren. Het verhogen
van het AutoTrim-niveau verlaagt de tijd die de stuurautomaat
nodig heeft om de koers te corrigeren, maar het maakt het schip
minder stabiel. Als de stuurautomaat:
• een instabiele koers aanhoudt en het schip rond de gewenste
koers 'slingert', verlaag dan het AutoTrim-niveau.
• gedurende langere tijd uit koers blijft varen, verhoog dan het
AutoTrim-niveau.
p70 / p70R

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

P70r

Inhoudsopgave