Pagina 1
HP Stitch S300 64-inch printer HP Stitch S500 64-inch printer Gebruikershandleiding...
Pagina 2
Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. De enige garanties voor producten en diensten van HP worden vermeld in de specifieke garantieverklaring die wordt meegeleverd met dergelijke producten en diensten. Niets in dit document mag worden opgevat als aanvullende garantie.
Poreuze substraten ................................43 Inktverzamelaar ..................................44 Laad een rol op de as van de HP Stitch S300 ........................47 Laad een rol in de HP Stitch S300-printer .......................... 52 Laad een rol in de HP Stitch S500-printer .......................... 55 Laadaccessoire HP materialen .............................
Pagina 4
Substraat heeft buigvervorming ............................89 De automatische snijder werkt niet ............................ 90 Het substraat loopt vast op opvangspoel .......................... 90 De Take-up Reel draait niet op de HP Stitch S300-printer ....................90 4 Substraatinstellingen ..................................... 92 Voorinstellingen substraat ..............................93 Online zoeken ..................................
Pagina 5
Een tussentank in de HP Stitch S500-printer vervangen ....................131 Een tussentank handmatig bijvullen ..........................135 Stoppen met bijvullen van een tussentank ........................135 De status van de grote inktpatronen controleren ......................135 Tips voor het inktsysteem ..............................137 De printkoppen reinigen (herstellen) ..........................137 De printkoppen uitlijnen ..............................
Pagina 6
11 Printerspecificaties .................................... 180 Functionele specificaties ..............................180 Fysieke specificaties ................................181 Geheugenspecificaties ................................ 181 Voedingsspecificaties ................................182 Omgevingsspecificaties ..............................182 Akoestische specificaties ..............................182 12 Post-processing ....................................184 Beginpunt ....................................185 Tips voor de herhaalbaarheid van sublimatie ......................... 185 Bijlage A Overzicht van vaak voorkomende afdrukproblemen ......................
Uw printer is een HP-kleurstofsublimatieprinter die is ontworpen voor het afdrukken op transferpapier en rechtstreeks op textiel. Hieronder vindt u een aantal belangrijke functies van de printer: Accepteert papier- of stofrollen tot 42 kg voor HP Stitch S300 of 55 kg voor HP Stitch S500 ●...
Algemene veiligheidsrichtlijnen Er zijn geen door de bediener te onderhouden onderdelen in de printer behalve die aan de orde komen in het reparatieprogramma voor klanten van HP (zie http://www.hp.com/go/selfrepair/). Raadpleeg voor onderhoud aan andere onderdelen gekwalificeerde onderhoudsmedewerkers. Schakel de printer uit en neem contact op met de servicevertegenwoordiger in de volgende gevallen: Het netsnoer of de stekker is beschadigd.
● Handleiding voor plaatsing is beschreven. Gebruik geen verdeeldoos (verlengsnoer) om het netsnoer aan te sluiten. Gebruik alleen het netsnoer dat door HP bij de printer is geleverd. Gebruik geen beschadigd netsnoer. ● Gebruik het netsnoer niet met andere producten.
Airconditioning en ventilatie moeten voldoen aan plaatselijke richtlijnen en regelgeving op het gebied van milieu, gezondheid en veiligheid. Volg de aanbevelingen voor ventilatie in de handleiding voor locatievoorbereiding, die u kunt vinden op: http://www.hp.com/go/StitchS30064in/manuals of http://www.hp.com/go/StitchS50064in/manuals. OPMERKING: De ventilatie-eenheden mogen niet rechtstreeks op de printer blazen. NLWW...
Denk eraan om bij het laden van de rollen de laadtafel te gebruiken. ● Omgaan met inkt HP beveelt het dragen van handschoenen aan bij het hanteren van inktsysteemcomponenten. Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen De volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt om een correct gebruik van de printer te waarborgen en om te voorkomen dat de printer wordt beschadigd.
Pagina 13
Dit label bevindt zich aan de rechter- en linkerzijden van het draagijzer en achter de armen van het draagijzer. Spannerstang alleen voor de HP Stitch S300 Risico van pletting. Wees voorzichtig bij het laden van rollen: uw hand kan beklemd raken tussen de rol en de substraatinvoer.
Pagina 14
Label Toelichting Gevaarlijke bewegende onderdelen. Draaiende ventilatorbladen. Houd uw handen weg. Deze labels bevinden zich aan de binnenkant, dicht bij de ventilatoren van het afdrukgebied: één dicht bij de vacuüm- en één dicht bij de aerosolventilator. Alleen voor onderhoudspersoneel. Gevaarlijke zone. Verwarmingsmodules werken met gevaarlijke spanningen.
Basisonderdelen van de printer De belangrijkste onderdelen van de printer worden op de volgende afbeeldingen weergegeven. Vooraanzicht, HP Stitch S300-printer 1. Inktpatroon 7. Onderhoudspatroon 2. Inkttrechter 8. Opwikkelspoelmotor 3. Plaat 9. Draagijzer 4. Printkop 10. Opwikkelspoel 5. Printkopwagen 11. Laadtafel 6.
Pagina 16
Vooraanzicht, HP Stitch S500-printer 1. tussentank 7. Onderhoudspatroon 2. Inkttrechter 8. Opwikkelspoelmotor 3. Plaat 9. Laadtafel 4. Printkop 10. Opwikkelspoel 5. Printkopwagen 11. Inktpatroon 6. Front panel Hoofdstuk 1 Inleiding NLWW...
Achteraanzicht Stroomschakelaar en stroomaansluiting Aansluitingen voor communicatiekabels en optionele accessoires Baken (alleen voor de HP Stitch S500) Laadaccessoire Met het laadaccessoire kunt u sommige substraatsoorten laden die moeilijk te laden zijn. Zie Laadaccessoire HP materialen op pagina Baken voor de HP Stitch S500-printer Het baken biedt een eenvoudige indicatie van de status van de printer die zichtbaar is vanaf een afstand, zodat u gemakkelijk kunt zien of alles normaal werkt.
Bakenkleur Betekenis Geel knipperend 3-liter inktpatroon niet aanwezig of tijdens het afdrukken leeg Rood Er is een probleem waardoor niet kan worden afgedrukt: printkopreinigingsrol opgebruikt of niet aanwezig, tussentank of inktpatroon niet aanwezig of leeg, geen papier, venster open, klep onderhoudspatroon open of storing in de printermotor.
Pagina 19
Vaste pictogrammen die u links en rechts hebt vastgezet Tik op om terug te gaan naar het beginscherm. ● Tik op om hulp over het huidige scherm te bekijken. ● Tik op om naar het laatst bezochte scherm te gaan. Hierdoor worden wijzigingen die zijn aangebracht ●...
De taal voor het frontpaneel wijzigen Er zijn twee methoden om de taal te wijzigen die wordt gebruikt voor de menu's en berichten van het frontpaneel. Als u de huidige taal op het front panel begrijpt, gaat u naar het front panel en drukt u op , daarna ●...
Instelling slaapstand wijzigen Als de printer is ingeschakeld maar een bepaalde periode niet wordt gebruikt, wordt automatisch de slaapstand geactiveerd om energie te besparen. De standaard wachttijd is 25 minuten. Als u de wachttijd voor het activeren van de slaapstand wilt wijzigen, gaat u naar het front panel en drukt u op , daarna op Setup (Installatie) >...
Pagina 22
Incorrect (Niet geschikt): De patroon is niet geschikt voor deze printer. Het bericht bevat een lijst met ● compatibele patronen. Non-HP (Niet-HP): De patroon is gebruikt, bijgevuld of illegaal. ● U kunt de status van de inktpatronen ook weergeven in de geïntegreerde webserver. Zie Geïntegreerde...
Remove (Verwijderen): Het type printkop is niet geschikt voor gebruik met uw printer. ● Non-HP inkt (Niet-HP inkt): Inkt van een gebruikte, bijgevulde of illegaal inktpatroon is door de printkop ● gegaan. Zie het beperkte garantiedocument dat wordt geleverd met uw printer voor details over de implicaties van de garantie.
U kunt de printkopstatus en de garantiestatus ook raadplegen in de geïntegreerde webserver. Zie Geïntegreerde webserver openen op pagina Het bestandssysteem controleren Het is mogelijk om de integriteit van het bestandssysteem op de harde schijf van de printer te controleren en eventuele fouten automatisch te herstellen.
Pagina 25
Als u op een waarschuwing drukt, wordt de applicatie geopend die het probleem kan verhelpen. Advies over de firmware-update wordt genegeerd wanneer u de printerapplicatie opent. Als de melding wordt genegeerd, zal er voor hetzelfde advies geen melding worden weergegeven (maar als er een nieuwe firmware-update is, wordt er wel een nieuwe melding weergegeven).
Marges wijzigen De printermarges bepalen de ruimte tussen de randen van de afbeelding en de randen van het substraat. De printer met inktcollector kan afdrukken zonder zijmarges (full-bleed). De zijmarges voor een specifieke afdruktaak worden in de RIP-software geselecteerd; als de taak de substraatbreedte overschrijft, wordt er afgekapt.
Geïntegreerde webserver Inleiding tot de geïntegreerde webserver: De geïntegreerde webserver is een webserver die in de printer actief is. U kunt deze gebruiken om printerinformatie te verkrijgen, instellingen en voorinstellingen te beheren, printkoppen uit te lijnen, nieuwe firmware te uploaden en problemen op te lossen. Onderhoudstechnici kunnen het gebruiken om interne gegevens op te halen waarmee ze printerproblemen kunnen vaststellen.
Met het tabblad Support (Ondersteuning) krijgt u allerlei hulp voor uw printer: Bladeren door nuttige informatie uit diverse bronnen ● Problemen oplossen ● Gebruik HP-koppelingen voor technische ondersteuning voor uw printer en accessoires ● Toegang tot serviceondersteuningspagina's die actuele en historische gegevens van het gebruik van de ● printer tonen...
versie 8 gebruikt, gaat u naar het menu Tools (Extra) en selecteert u Internet Options (Internet-opties) > Languages (Talen). Controleer of de taal die u wilt gebruiken, boven aan de lijst in het dialoogvenster staat. Sluit de webbrowser en open deze opnieuw om de wijziging door te voeren. Toegang tot de printer beperken In de geïntegreerde webserver kunt u Setup (Installatie) >...
● printerstatus, het printergebruik of de telgegevens voor taken van de printer. De printer levert gegevens in XML-indeling aan de toepassing wanneer daarom wordt gevraagd. HP levert een Software Development Kit om de ontwikkeling van dergelijke toepassingen mogelijk te maken.
-formaat, de hoeveelheid inkt die voor elke kleur is gebruikt, en verschillende andere kenmerken van de taak. Telgegevens worden ook geleverd voor scan- en kopieertaken. U kunt een Excel-sjabloon downloaden van de website van HP (http://www.hp.com/go/designjet/accounting/) waarmee u de XML-gegevens kunt weergeven in een werkblad zodat deze beter leesbaar zijn.
Dankzij de analyse van de telgegevens kunt u klanten exact en flexibel factureren voor het gebruik van uw printer. U kunt bijvoorbeeld: Elke klant factureren voor de totale hoeveelheid inkt en papier die die klant gedurende een bepaalde ● periode heeft gebruikt. Elke klant apart per taak factureren.
Het is meestal makkelijker om IPv4 te gebruiken tenzij u de IPv6 specifiek nodig hebt. Microsoft Windows Vista, Microsoft Windows Server 2008 en latere versies van Windows en de nieuwe HP Printing en Imaging-apparaten hebben standaard IPv6 ingeschakeld. Zie http://h20000.www2.hp.com/bc/ docs/support/SupportManual/c00840100/c00840100.pdf...
Probleemoplossing op pagina 29 voor verbindingsconfiguratie en informatie over het oplossen van problemen. Zie de Beheerdershandleiding bij HP Jetdirect-printservers om uw printservermodel te begrijpen en voor de problemenoplossing van andere berichten. Netwerkinstellingen vooraf configureren indien nodig Als het netwerk vereist dat u netwerkinstellingen configureert voordat u de printer op de netwerksystemen toevoegt, kunt u dit nu doen.
De IO-configuratiepagina geeft de uitgebreide status van de printserver weer. Dit is een belangrijk diagnostisch hulpmiddel, zeker wanneer netwerkcommunicatie niet beschikbaar is. Voor een beschrijving van berichten die op de IO-configuratiepagina worden weergegeven, zie de HP Jetdirect Print Servers Administrator's Guide (Beheerdershandleiding bij de HPJetdirect-printservers) voor uw printservermodel.
VOORZICHTIG: Een in de fabriek geïnstalleerd HP Jetdirect X. 509-certificaat blijft opgeslagen tijdens een harde reset naar fabrieksstandaardwaarden. Een certificaat van een Certificate Authority (CA) dat door de gebruiker is geïnstalleerd om een netwerkverificatieserver te valideren wordt niet opgeslagen.
Pagina 37
BOOTP of DHCP te gebruiken). Auto IP (Automatisch IP): Een koppeling lokaal IP-adres 169.254.x.x is ingesteld. Legacy (Erfenis): Het adres 192.0.0.192 is ingesteld, consistent met oudere HP Jetdirect-apparaten. Primary DNS (Primaire DNS) Geef het IP-adres (n.n.n.n) op van een primaire DNS-server. OPMERKING:...
Pagina 38
OPMERKING: Als uw lokale netwerk een proxyserver gebruikt, controleer dan of u deze correct hebt geconfigureerd in de HP-netwerkinstellingen op het front panel van de printer. Als u een proxyserver wilt opgeven, voert u het IPv4-adres of een volledig gekwalificeerde domeinnaam in. De naam kan maximaal 255 octets bevatten.
Pagina 39
0 en 65535. Information (Informatie) Print Sec Page (Sec-pagina Yes (Ja): Drukt een pagina af met de huidige afdrukken) beveiligingsinstellingen van de HP Jetdirect-printserver. No (Nee) (standaard): Er wordt geen pagina met beveiligingsinstellingen afgedrukt. Security (Beveiliging) Secure Web (Beveiligd web) Geef voor het configuratiebeheer op of de geïntegreerde...
Wanneer u de printer op deze manier uitschakelt, worden de printkoppen automatisch naar de onderhoudspatroon verplaatst om uitdrogen te voorkomen. BELANGRIJK: We raden af om de knop op de achterkant van de printer te gebruiken, omdat dit de interne harde schijf kan beschadigen.
Wanneer u hulp nodig hebt In de meeste landen wordt de ondersteuning door HP Ondersteuningspartners geleverd (gewoonlijk het bedrijf dat u de printer verkocht heeft). Indien dit in uw land niet het geval is, neemt u via internet contact op met HP Ondersteuning, zoals hierboven staat weergegeven.
Reparatie door klant Het Customer Self Repair-programma van HP biedt onze klanten de snelste service onder garantie of een contract. Hiermee kan HP vervangende onderdelen direct naar u (de eindgebruiker) verzenden, zodat u ze kunt vervangen. Met dit programma kunt u onderdelen vervangen op het moment dat u daar tijd voor heeft.
Overzicht ● Poreuze substraten ● Inktverzamelaar ● Laad een rol op de as van de HP Stitch S300 ● Laad een rol in de HP Stitch S300-printer ● Laad een rol in de HP Stitch S500-printer ● Laadaccessoire HP materialen ●...
Pagina 45
Het substraat loopt vast op opvangspoel ● De Take-up Reel draait niet op de HP Stitch S300-printer ● NLWW...
● grip op het substraat en zal de afdrukkwaliteit waarschijnlijk beter zijn. Zie Take-up Reel voor de HP Stitch S500-printer op pagina Haal alle substraten 24 uur vóór het afdrukken uit de verpakking en wacht tot het is aangepast aan de ●...
Pagina 47
Bij het afdrukken van een reeks taken moet u erop letten dat het bedrukte substraat de uitvoerbaan niet ● belemmert: Dit kan ernstige afdrukkwaliteitsproblemen veroorzaken. Ga naar Laad een rol in de HP Stitch S300-printer op pagina Laad een rol in de HP Stitch S500-printer ● op pagina 55 Ondersteund handmatig laden op pagina 62 voor meer tips voor substraten.
Hoog gewicht 1620 mm × 100 m 105 g/m² HP handelsmerkcode FSC CO17543. Zie http://fsc.org. Sommige recyclebare substraten van HP kunnen via algemeen beschikbare recyclingprogramma's worden hergebruikt. Recyclingprogramma's zijn mogelijk niet aanwezig in uw regio. Zie http://www.hp.com/ recycle/ voor meer informatie.
De plaat reinigen op pagina 159. Bij het gebruik van een poreus substraat raadt HP ten sterkste aan om de substraatdoorvoersensor met glanzend wit zelfklevend vinyl af te dekken (een zelfklevend verband is kan ook) en de substraatdoorvoersensor uit te schakelen via de tab Advanced settings (Geavanceerde instellingen) in Substrate presets (Substraatvoorinstellingen).
Pagina 51
TIP: U wordt aangeraden om de opwikkelspoel te gebruiken met de inktverzamelaar. Zie Take-up Reel voor de HP Stitch S500-printer op pagina WAARSCHUWING! Vermijd bewegende delen. Hanteer voorzichtig breekbare delen. U wordt aangeraden handschoenen te dragen.
Pagina 52
Verwijder beide delen van de plaat op de dezelfde manier. Plaats de twee delen van de Ink Collector voorzichtig in de printer. Zorg ervoor dat de vergrendelingen vergrendeld zijn en dat de papierbaan niet geblokkeerd is. Volg, indien nodig, dezelfde methode om de plaat opnieuw te installeren. Hoofdstuk 3 Het substraat hanteren en substraatproblemen oplossen NLWW...
Plaats de nieuwe verbruiksartikelen van de inktverzamelaar verticaal in de printer, waarbij u aan de rechterkant begint. U hoort een klikgeluid wanneer de klemmen zijn geplaatst. Laad een rol op de as van de HP Stitch S300 TIP: Naast de hier gegeven beschrijving, kunt u ook een animatie op het front panel zien: druk op , dan Substrate (Substraat) >...
Pagina 54
Til de asvergrendelingshendel omhoog om de as te ontkoppelen. Verwijder de as uit de printer. VOORZICHTIG: Plaats uw vingers niet in de assteunen. Aan elk uiteinde van de as bevindt zich een stop om de rol op zijn plaats te houden. Verwijder de blauwe stop aan het linkeruiteinde om een nieuwe rol te plaatsen (de stop aan het andere einde van een as met een diameter van 76mm kan desgewenst ook worden verwijderd).
Pagina 55
Verwijder de stop van het linkeruiteinde van de as. Leg de rol op de laadtafel. Schuif de as in de rol. NLWW Laad een rol op de as van de HP Stitch S300...
Pagina 56
De rechterstop van de as met diameter van 76 mm heeft twee posities: één voor rollen van de maximumbreedte van de printer en één voor smallere rollen. Denk eraan de tweede positie te gebruiken voor smallere rollen, zodat er sneller kan worden afgedrukt. OPMERKING: De as met een diameter van 76 mm wordt met de printer meegeleverd.
Pagina 57
Als u regelmatig van substraat verandert, kunt u de rollen sneller vervangen door verschillende typen rollen vooraf op verschillende assen te plaatsen. Extra assen kunnen afzonderlijk worden aangeschaft. NLWW Laad een rol op de as van de HP Stitch S300...
Laad een rol in de HP Stitch S300-printer Voordat u deze procedure uitvoert, moet u een rol op de as hebben geplaatst. Zie Laad een rol op de as van de HP Stitch S300 op pagina De normale minimumbreedte van een substraat is 584 mm. Wanneer u substraten met een minimumbreedte van 254 mm wilt plaatsen, drukt u op , daarna op Substrate (Substraat) >...
Pagina 59
WAARSCHUWING! Steek uw vingers niet in het substraatpad van de printer. De printer laat een piepgeluid horen wanneer de voorrand van het substraat wordt gedetecteerd en geaccepteerd. NLWW Laad een rol in de HP Stitch S300-printer...
Pagina 60
Selecteer de categorie en de naam van het substraat dat u laadt. U kunt ook in favorieten zoeken of None of these, I will choose it later (Geen van deze opties, ik kies later) selecteren: door na voltooien van de laadprocedure de substraat-bibliotheek te openen. Zie Voorinstellingen substraat op pagina OPMERKING: U moet dezelfde substraatnaam selecteren die u gebruikt in de RIP-software.
De printer geeft aan klaar te zijn voor het afdrukken. Laad een rol in de HP Stitch S500-printer TIP: Laadaccessoire HP materialen op pagina 59 om een rol textielsubstraat te laden; en vergeet niet om een inktverzamelaar te gebruiken als het substraat poreus is (wat textiel meestal is)
Pagina 62
Verwijder de 3 inch-samenstellingen van de rechter- en linker-hub. Installeer de 2 inch-samenstellingen op de rechter- en linker-hub. Installeer de centrale schroeven (handmatig of met een platte schroevendraaier) aan beide zijden. Plaats de rol op de tafel en laad hem op de naaf aan de rechterkant. Hoofdstuk 3 Het substraat hanteren en substraatproblemen oplossen NLWW...
Pagina 63
Ondersteund handmatig laden voor zeer stevige of krullende substraten: Zie Ondersteund handmatig ● laden op pagina Gebruik randhouders: Zie Randhouders op pagina ● Wanneer u uw keuzes hebt gemaakt, worden instructies weergegeven. NLWW Laad een rol in de HP Stitch S500-printer...
Pagina 64
Steek de voorrand van het substraat in het substraatpad van de printer. TIP: Als u het venster tijdens de laadprocedure opent, wordt het substraat losgelaten zodat u de positie handmatig kunt corrigeren en rimpels kunt verwijderen. WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat u niet uw vingers met het substraat insteekt. De printer laat een piepgeluid horen wanneer de voorrand van het substraat wordt gedetecteerd en geaccepteerd.
Draai het substraatdraaisysteem in de printer. Voor het afdrukken van rol naar rol, zie Take-up Reel voor de HP Stitch S500-printer op pagina Laadaccessoire HP materialen De laadaccessoire is ontworpen om e helpen met het laden van alle soorten stoffen en transferpapier met een gewicht onder de 50 gsm.
Pagina 66
Trek wat van het substraat van de rol en plaats de voorrand onder de gemagnetiseerde witte kleppen van het laadaccessoire. Klap de witte flappen terug zodat ze de voorrand van het substraat bedekken. De zwarte plaatjes zijn magnetisch en houden het substraat vast. Hoofdstuk 3 Het substraat hanteren en substraatproblemen oplossen NLWW...
Pagina 67
Voer het laadaccessoire in de substraatinvoer. Het laadaccessoire gaat met het substraat over het substraatpad van de printer. NLWW Laadaccessoire HP materialen...
De printer controleert niet op scheeftrekken wanneer een poreus of een dun substraat is geladen met de optie laadaccessoire geselecteerd. Volg de instructies in Een rol op de Take-up Reel van de HP Stitch S300 plaatsen op pagina 69 om scheeftrekken te minimaliseren.
Pagina 69
> Enable narrow substrate (Smal substraat inschakelen). Met deze optie is afdrukkwaliteit niet gegarandeerd. Start het substraatlaadproces zoals gewoonlijk (zie Laad een rol in de HP Stitch S300-printer op pagina 52 Laad een rol in de HP Stitch S500-printer op pagina 55), en controleer of het vakje Assisted manual load (Ondersteund handmatig laden) is aangevinkt in het laadconfirguratiescherm.
De rest van de ondersteunde laadprocedure is dezelfde als in de normale laadprocedure. Zie Laad een rol in de HP Stitch S300-printer op pagina 52 Laad een rol in de HP Stitch S500-printer op pagina Randhouders De randhouders zijn ontworpen om te voorkomen dat de randen van het substraat omhoog komen tijdens het afdrukproces.
Pagina 71
Schuif de randhouder op de plaatmodule of op de inktverzamelaar en pas zijn positie aan: Aan de linkerkant, zo ver mogelijk naar links; Aan de rechterkant, zo ver mogelijk naar rechts. NLWW Randhouders...
Een rol van de HP Stitch S300-printer verwijderen Als u de opwikkelspoel hebt gebruikt bij het afdrukken, verwijdert u de afgedrukte rol van de opwikkelspoel. De Take-up Reel van de HP Stitch S300 afladen op pagina Op het front panel van de printer drukt u op , dan Unload (Verwijderen).
Een rol van de HP Stitch S500-printer verwijderen Als u de opwikkelspoel hebt gebruikt bij het afdrukken, verwijdert u de afgedrukte rol van de opwikkelspoel. De Take-up Reel van de HP Stitch S500 afladen op pagina NLWW Een rol van de HP Stitch S500-printer verwijderen...
Pagina 74
Draai het pivot-systeem zodat de invoerrol toegankelijk is. Op het front panel van de printer drukt u op , dan Unload (Verwijderen). U kunt ook op drukken, daarna op Substrate (Substraat) > Unload substrate (Substraat verwijderen). Als de printer de lengte van het substraat heeft gevolgd, geeft het voorpaneel de resterende lengte weer, zodat u deze voor toekomstig gebruik kunt noteren.
Het draagijzer kan verplaatst worden met de opwikkelspoelknoppen of door de opties Move paper (Papier verplaatsen) of Rewind paper (Papier terugwikkelen) op het voorpaneel te gebruiken. Een rol op de Take-up Reel van de HP Stitch S300 plaatsen OPMERKING: Opwikkelspoelen met een diameter van 51 mm of 76 mm kunnen gebruikt worden.
Pagina 76
Het is raadzaam om de opwikkelspoelschakelaar in de uit-stand te houden (zie De Take-up Reel van de HP Stitch S300 afladen op pagina 76) om ongewenste bewegingen te voorkomen bij het laden van de opwikkelspoel tijdens het afdrukken. Wanneer u de bovenrand van het substraat aan de kern hebt bevestigd, en het substraat is recht, zet u de opwikkelspoelrichting naar wens in stand 1 of 2.
Pagina 77
Ontgrendel de opwikkelspoel door de hendel helemaal omhoog te duwen. Verwijder de opwikkelspoel. Til de hendel in elk geval op om beide stops van de opwikkelspoel te halen; deze worden niet gebruikt. NLWW Take-up Reel voor de HP Stitch S300-printer...
Pagina 78
Laad de kern op de opwikkelspoel. De kern moet minimaal zo breed zijn als het substraat. Laad de opwikkelspoel in de printer door stevig tegen beide einden te duwen. WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat uw vingers niet beklemd raken. Risico op beklemde vingers Veiligheidsmaatregelen op pagina 3 voor meer veiligheidsinformatie Voer het substraat door, door op de knop Move substrate (Substraat doorvoeren) te drukken op het...
Pagina 79
Afhankelijk of u de afbeeldingen naar binnen of buiten wilt afdrukken, plaatst u dienovereenkomstig tape. Zie hieronder. Druk op de knop op het voorpaneel om het substraat door te voeren en een lus te maken. NLWW Take-up Reel voor de HP Stitch S300-printer...
Pagina 80
Druk op de blauwe pijl op de opwikkelspoelmotor om de spoel een volle slag te draaien. Dit helpt bij het ondersteunen van het gewicht van de spanningsbalk. Druk op de knop op het voorpaneel om het substraat opnieuw door te voeren. Breng de laadtafel voorzichtig omlaag om kreukels te voorkomen en het wikkelen te bevorderen.
Pagina 81
Gebruik de wikkelrichtingschakelaar op de opwikkelspoelmotor om de wikkelrichting te selecteren. Bij instelling 1 wordt het substraat zo gewikkeld dat de afdruk naar binnen is gekeerd. Bij instelling 2 wordt het substraat zo gewikkeld dat de afdruk naar buiten is gericht. NLWW Take-up Reel voor de HP Stitch S300-printer...
Pagina 82
Als de uitvoerrol erg wordt scheefgetrokken, wordt het aangeraden om een kern met dezelfde breedte als het substraat te gebruiken en laterale stops te installeren om het uitlijnen van het substraat te vergemakkelijken. De Take-up Reel van de HP Stitch S300 afladen WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat uw vingers niet beklemd raken.
Pagina 83
Gebruik de wikkelknop op de opwikkelspoelmotor om het overtollige substraat om de opwikkelspoel te wikkelen. Snijd het substraat af met een schaar. Terwijl u het substraat vasthoudt, gebruikt u de wikkelknop op de opwikkelspoelmotor om het restant van het substraat om de opwikkelspoel te wikkelen. NLWW Take-up Reel voor de HP Stitch S300-printer...
Ontgrendel de opwikkelspoel door de hendel helemaal omhoog te duwen. Haal de opwikkelspoel uit de printer; trek eerst het uiteinde aan de rechterkant van de printer uit. Een rol van de HP Stitch S300-printer verwijderen op pagina 66 om de rol van de printer te halen nadat u de opwikkelspoel hebt verwijderd.
Pagina 85
Laad een kern op de opwikkelspoel. Schuif deze eerst op de rechternaaf. Plaats de linkernaaf in de kern. Druk zijwaarts om ervoor te zorgen dat deze stevig is geplaatst. Breng het substraat naar voren tot het de as van de opvangspoel bereikt NLWW Take-up Reel voor de HP Stitch S500-printer...
Pagina 86
Trek het midden van de voorrand van het substraat omlaag om het substraat recht te maken. Probeer het substraat niet uit de printer te trekken. Stel de positie van de kern op de opwikkelspoel bij zodat deze uitgelijnd is met het substraat. Tape de voorrand van het substraat aan de kern in het midden, daarna aan iedere kant.
Pagina 87
Als de opwikkelspoel voor het afdrukken is geladen, kalibreert u de substraatdoorvoersensor voor optimale afdrukkwaliteit. Druk op het voorpaneel op Take-up reel (Opwikkelspoel) > Calibrate substrate advance (Substraatdoorvoer kalibreren). De Take-up Reel van de HP Stitch S500 afladen WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat uw vingers niet beklemd raken.
Pagina 88
Beweeg de blauwe hendel in de omgekeerde richting naar oprollen om de automatische modus uit te schakelen. Snijd het substraat af met een schaar. Terwijl u het substraat vasthoudt, gebruikt u de wikkelknop op de opwikkelspoelmotor om het restant van het substraat om de opwikkelspoel te wikkelen.
Verwijder de linkernaaf van de rol zodat de rol op de tafel rust. Haal de rol van de rechternaaf. Verwijder de rol van de printer. Informatie over het substraat bekijken Druk op het beginscherm van het front panel op Als substraat is geladen, wordt de volgende informatie weergegeven op het frontpaneel. Sectie substraat Het substraattype ●...
De resterende lengte van het substraat, indien bekend, en of lengte volgen is ingesteld op Manual ● (Handmatig) in de laadconfiguratiescherm. De status van de kleurkalibratie en een knop om kleurkalibratie te starten ● Sectie accessoires Het afdrukgebied (plaat of inktcollector) ●...
Het substraat opslaan Tips Bewaar niet-gebruikte rollen altijd in de kunststof hoes om verkleuring en stofophoping te voorkomen. ● Plaats rollen die niet volledig zijn gebruikt, opnieuw in de hoes. Stapel rollen niet op elkaar. ● Haal alle substraten 24 uur vóór het afdrukken uit de verpakking en wacht tot deze zich hebben aangepast ●...
Laadaccessoire HP materialen op pagina OPMERKING: Als de printer niet langer dan vier uur wordt gebruikt—bijvoorbeeld ‘s nachts—, raadt HP u sterk aan het substraat te verwijderen of dit in ieder geval aan de Take-up Reel bevestigd te laten. Als u dit niet doet, kan een substraatstoring optreden vanwege de automatische serviceroutines die worden uitgevoerd terwijl de printer inactief is.
Snijd het substraat af op de plek waar het de printer binnenkomt en wind de invoerrol opnieuw op. Probeer de printkopwagen opzij te schuiven. Verwijder voorzichtig zo veel mogelijk van het vastgelopen substraat uit de bovenkant van de printer. Snijd het substraat indien nodig.
Wanneer het substraat alleen aan het begin van de afdruk vastloopt, probeer dan de volgende oplossingen: Schakel de automatische snijder uit. ● Ga naar het front panel en druk op , daarna op Substrate handling options (Opties voor ● substraatbehandeling) > Extra bottom margin (Extra ondermarge) en Extra top margin (Extra bovenmarge). Stel beide marges in op 100 mm.
In de praktijk is de vereiste correctiewaarde meestal negatief. TIP: U kunt gebruikmaken van de diagnostische afbeelding op http://IPaddress/hp/device/webAccess/ diagnostic/StraightnessOptimizationPlot.pdf (waarbij IPaddress het IP-adres van de printer is) voor hulp bij het bepalen van de correctiewaarde die u moet toepassen.
Wanneer het probleem zich blijft voordoen na het verwijderen van het vastgelopen substraat, verwijdert u de opvangspoel vanuit het frontpaneel en plaatst u deze opnieuw. De Take-up Reel draait niet op de HP Stitch S300-printer Wanneer de opvangspoel niet draait zoals gepland, valt het te verwachten dat de afdrukken op de grond eindigen.
Pagina 97
Continu groen Opvangspoel draait de Zet de schakelaar in de verkeerde kant op wikkelrichtingschakelaar juiste stand. op de opwikkelspoelmotor staat in de verkeerde stand. NLWW De Take-up Reel draait niet op de HP Stitch S300-printer...
Online zoeken ● HP Medialocator ● Generieke voorinstellingen ● Een substraatvoorinstelling klonen ● Een substraatvoorinstelling wijzigen ● Een nieuw substraat toevoegen ● Een substraatvoorinstelling verwijderen ● Kleurkalibratie ● De kleurconstante tussen verschillende HP Stitch-printers ● ICC-profielen ● Hoofdstuk 4 Substraatinstellingen NLWW...
Er zijn verschillende manieren om meer voorinstellingen te verkrijgen: Gebruik de functie Online search (Online zoeken) op het front panel of de HP Medialocator op het internet ● om naar een specifieke voorinstelling voor uw substraat te bladeren en te zoeken en deze te downloaden.
(transferpapier, direct op de stof) samen met alle eerdere en standaard geïnstalleerde voorinstellingen en is klaar voor gebruik. HP Medialocator De database met substraatvoorinstellingen van HP Medialocator is ook toegankelijk via een internetbrowser en door naar http://www.hp.com/go/mediasolutionslocator te gaan. U verkrijgt toegang tot de database voor verschillende regio's, printermodellen, applicaties, leveranciers, substraattypes, enzovoort.
Wanneer u een eerder geëxporteerde substraatvoorinstelling importeert, verschijnt er mogelijk een bericht met de waarschuwing dat uw pakket niet ondertekend is (alleen pakketten die gedownload zijn van de internetdatabase van HP Medialocator zijn, als vorm van verificatie, digitaal ondertekend); u kunt dan de waarschuwing negeren en de installatie voortzetten of deze afbreken.
Een substraatvoorinstelling klonen Misschien wilt u om de volgende redenen een voorinstelling klonen en bewerken: Zelf een naam toewijzen aan een substraat. ● De voorinstelling aanpassen aan de precieze kenmerken van uw substraat. ● De voorinstelling aanpassen aan uw gebruik van het substraat, van de beste afdrukkwaliteit tot ●...
Een substraatvoorinstelling wijzigen U kunt een voorinstelling wijzigen door op Modify (Wijzigen) te drukken. Druk op het pictogram van de afdrukmodus die u wilt wijzigen; of druk op Add new print mode (Nieuwe afdrukmodus toevoegen). U kunt de naam van elke afdrukmodus verwijderen of wijzigen, hoewel u minstens één afdrukmodus moet behouden.
Pagina 104
Zorg dat de printer gereed is. Stop de afdrukwachtrij. Laad uw nieuw substraat door het meest vergelijkbare substraat te selecteren wanneer daarom wordt gevraagd; of selecteer None of these (Geen van deze). Wanneer het substraat is geladen, gaat u naar de substraatbibliotheek op het voorpaneel en kiest u de substraatcategorie in de linker kolom van het substraatbibliotheekscherm en drukt u op + Add new direct to fabric (+ Nieuwe direct op de stof toevoegen) bovenaan de rechterkolom.
Pagina 105
Pas het aantal passages aan en geef de stof een naam. Druk op de blauwe knop Print test (Test afdrukken) om een testafdruk te maken. BELANGRIJK: Voordat u het substraat voor de eerste keer gebruikt, wordt er automatisch een interne kleurkalibratie gestart.
Pagina 106
Scheeftrekkingscompensatie: Hiermee kunt u tonvormige substraatvervorming compenseren. De ● waarde is de afstand van de verplaatsing van het midden van het substraat ten opzichte van de randen links en rechts. Zie Substraat heeft buigvervorming op pagina Vacuüm afdrukken: Stelt de vacuümwaarde in de afdrukzone in om het substraat vlak te houden. ●...
OPMERKING: Als u aan de volgende voorwaarden voldoet, kunt u een specifiek ICC-profiel creëren: Een van de volgende gecertificeerde RIP's: HP Ergosoft RIP- kleureneditie, HP Ergosoft Pro RIP- ● kleureneditie, Caldera, Inèdit Een spectrofotometer van X-Rite of Barbieri ● Hiervoor moet u naar de RIP gaan en het proces daar voltooien. U moet met een spectrofotometer metingen doen op de gesublimeerde plot.
OPMERKING: Kleurkalibratie werkt mogelijk niet correct met inkten die niet van HP afkomstig zijn. Er zijn gevallen waarin een substraat niet kan worden gekalibreerd. In deze gevallen zijn de opties Calibrate (Kalibreren) en Reset (Herstellen) niet beschikbaar: Het geladen substraat heeft een generieke voorinstelling.
Pagina 110
Er wordt een testschema van de kleurkalibratie afgedrukt, die vlakken bevat van verschillende dichtheden van elke inkt die in de printer wordt gebruikt. Het testschema word gescand door de ingebouwde HP spectrofotometer. Als de scan niet met succes kan worden voltooid, verschijnt er een melding op het front panel; zie...
Een ICC kan makkelijk worden gemaakt via de procedure van HP Easy Profiling (zie e-learning voor meer informatie) door de volgende stappen te volgen:...
Pagina 112
Zodra de metingen zijn voltooid, maakte de HP Print Profiler, beschikbaar in de RIP, een ICC aan, die aan het geselecteerde substraat wordt toegevoegd. Nu kunt u met dit substraat nauwkeurige kleuren afdrukken. De ICC-kleurenconversie wordt door de RIP toegepast, niet door de printer. Zie de documentatie bij de toepassingssoftware en de RIP voor meer informatie over het gebruik van ICC-profielen.
Algemeen advies bij afdrukken Handel als volgt wanneer u een probleem hebt met de afdrukkwaliteit: Zorg ervoor dat het door u geselecteerde substraattype op het voorpaneel en in uw RIP-software gelijk is. ● In het geval van een transfersubstraat toont de RIP de transferpapiercombinatie en de textielsubstraat (d.w.z.
, dan Test plots (Testplots) > Printhead status plot (Statusplot voor printkop). De plot bestaat uit kleine strepen, één voor elk spuitmondje van elke printkop. HP Stitch S300 HP Stitch S500 Controleer of voor elke afzonderlijke gekleurde cartridge de meeste strepen zichtbaar zijn. Als de eerste gebieden met opvulling strepen vertonen, vergelijk deze dan met de betreffende kleur in de onderstaande strepen.
Ga naar het front panel en druk op , dan Test plots (Testplots) > Printhead alignment status plot (Statusplot voor printkopuitlijning). HP Stitch S300 HP Stitch S500 Controleer de continuïteit van de dunne diagnostische lijnen op het statusschema voor de uitlijning. In één sectie worden gekleurde lijnen afgedrukt in overeenstemming met zwarte lijnen om de uitlijning van de ene kleur naar de andere te testen.
Sommige modellen kunnen een andere plot hebben, maar als de printkoppen niet goed zijn uitgelijnd of als u er twijfels over hebt, omdat er bijvoorbeeld een substraatbotsing heeft plaatsgevonden, dan lijnt u de printkoppen uit. Zie De printkoppen uitlijnen op pagina 138.
Wat te doen als er problemen blijven bestaan Wanneer u na naleving van de adviezen in dit hoofdstuk nog steeds problemen ondervindt met de afdrukkwaliteit, kunt u enkele van onderstaande tips opvolgen: Probeer een hogere afdrukkwaliteitoptie in uw RIP-software te selecteren door het aantal passages te ●...
Pagina 119
Als u gebruikt maakt van een afdrukmodus met drie of minder passages, kunt u proberen om het aantal ● passages te verhogen. Als u met weinig passages werkt, kunt u een zekere mate van streepvorming verwachten. Wanneer er strepen optreden in alle kleuren over de breedte van de afgedrukte afbeelding is er ●...
Verticale strepen Om diverse redenen kunnen verschillende soorten verticale banden verschijnen: Regelmatige verticale streepvorming die overeenkomt met de plaatvorm kunnen waargenomen worden op ● papier gebaseerde substraten en in het algemeen op dunne substraten in vlakvullingen met een middelgrote dichtheid, zoals grijs of paars. Voer de volgende suggesties uit om dit probleem te voorkomen: Lijn de printkoppen uit.
Deze parameter staat standaard uit en HP raadt af om het te veranderen, maar u kunt het proberen met de parameter aan als de bovenstaande opties (stap 1-3) niet werken. In dat geval is het raadzaam om de instelling weer uit te zetten als u hem niet meer nodig hebt, of als dit het probleem niet oplost.
Inktvlekken De volgende redenen kunnen ertoe leiden dat u inktvlekken ziet op de afdruk: Het substraat is schuin geplaatst. Er wordt tijdens de laadprocedure een waarschuwing weergegeven als ● het substraat erg schuin ligt. Negeer deze niet. Het substraat ligt niet vlak in de afdrukzone. Probeer de volgende mogelijke oplossingen. ●...
Pagina 123
probleem komt vaker voor bij inkjetprinters (zowel bij thermische inkjetprinters als bij piëzo-inkjetprinters), omdat er kleine kleurverschillen optreden als de baan wordt doorgevoerd. Om de kleurconsistentie tussen zijkanten en tussen tegels te verbeteren, probeert u kleurbalken toe te voegen aan de zijkant van de afdruk. Deze kunnen worden ingesteld vanaf de RIP. Aangezien de grootste kleurverschillen optreden tussen de linker- en de rechterhoek, is het effect soms zichtbaar wanneer de twee tegels worden samengevoegd.
Inktsysteem Inktcartridges voor de HP Stitch S300-printer ● Inktcartridges voor de HP Stitch S500-printer ● Tussentanks voor de HP Stitch S500-printer ● Printkoppen ● Onderhoudspatroon ● Inkttrechter ● Inktafvalfles ● Veilige modus ● 118 Hoofdstuk 6 Inktsysteem NLWW...
Printer met dynamische beveiliging. Alleen bedoeld voor gebruik met inktpatronen met een originele HP-chip. Patronen met een chip die niet van HP is, werken mogelijk niet. Als ze nu wel werken, is dat in de toekomst mogelijk niet meer het geval. Meer informatie: http://www.hp.com/go/learnaboutsupplies.
Pagina 126
Elke cartridge bevat 3 liter HP Stitch S-serie-inkt en bestaat uit een recycleerbare kartonnen doos met een zak erin. Controleer het label met regelgeving en veiligheidsinformatie op de patroon om te checken of er geen speciale ventilatie benodigd is en er geen gevaarlijk afval wordt aangemaakt.
Printer met dynamische beveiliging. Alleen bedoeld voor gebruik met inktpatronen met een originele HP-chip. Patronen met een chip die niet van HP is, werken mogelijk niet. Als ze nu wel werken, is dat in de toekomst mogelijk niet meer het geval. Meer informatie: http://www.hp.com/go/learnaboutsupplies.
Pagina 128
Houd er rekening mee dat printkoppen altijd moeten worden opgeslagen bij temperaturen tussen 5 tot 35°C (vervoerstemperatuur) en 15 tot 30°C (opslag/gebruik). Kleur van het etiket HP Stitch S300: Er zijn twee verschillende printkoppen (CK en YM) die elk aan twee inktcartridges of ● cartridges van andere kleur gekoppeld zijn.
VOORZICHTIG: Als u een printkop uit de printer verwijdert en voor later gebruik bewaart, moet u het kapje en de dop terugplaatsen. Het plaatsen van het verkeerde kapje en de verkeerde dop kan onherstelbare schade aan de printkop veroorzaken. VOORZICHTIG: Zorg dat u de printkop niet laat vallen;...
‘veilige’ modus. HP is niet in staat om de prestaties van het afdruksysteem te garanderen wanneer het buiten omgevingsspecificaties wordt gebruikt of wanneer gebruikte, opnieuw gevulde of vervalste inktcartridges worden gebruikt.
Voor het uitvoeren van de taken in dit hoofdstuk moet u mogelijk gebruikmaken van de onderhoudskit voor gebruikers die bij de printer is geleverd. Een inktcartridge in de HP Stitch S300-printer vervangen ● Een inktcartridge in de HP Stitch S500-printer vervangen ●...
Een inktcartridge in de HP Stitch S300-printer vervangen inktpatronen moeten om de volgende twee redenen worden vervangen: Er zit zeer weinig inkt in de patroon en u wilt de patroon vervangen zodat u ongestoord kunt afdrukken. De ● resterende inkt in deze patroon kunt u op een ander tijdstip alsnog gebruiken.
Pagina 133
Zoek het etiket met de inktkleur op de nieuwe inktpatroon. Houd de inktpatroon zo dat u het etiket kunt zien boven aan de zijkant die naar u toe is gericht. Controleer of de kleur van het etiket boven de lege printersleuf overeenkomt met de kleur van het patroonetiket. NLWW Een inktcartridge in de HP Stitch S300-printer vervangen 127...
Schuif de lade en de patroon in de sleuf tot deze vastklikken. Op het front panel verschijnt de bevestiging dat alle patronen correct zijn geplaatst. Opnieuw gevulde en niet-HP inktpatronen HP raadt u aan de lege patroon te vervangen door een nieuwe patroon van HP. 128 Hoofdstuk 7 Hardwareonderhoud NLWW...
Pagina 135
Er kleven meerdere nadelen aan het gebruik van opnieuw gevulde of niet-HP-inktpatronen. Als het defect van de printer of de schade aan de printer is veroorzaakt door het gebruik van een niet-HP of ● een opnieuw gevulde inktpatroon, brengt HP u haar standaardtarieven voor tijd en materiaal in rekening voor het repareren van de printer vanwege die specifieke fout of schade, zelfs als de printer binnen de garantieperiode valt.
Een inktcartridge in de HP Stitch S500-printer vervangen Tijdens de normale levensduur van een cartridge is geen specifiek onderhoud nodig. U moet een patroon vervangen wanneer de vervaldatum is verstreken (18 maanden van de levensduur) of wanneer de printer daarom vraagt. Raadpleeg de patrooninformatie op het voorpaneel voor de uiterste houdbaarheidsdatum.
Tussentanks moeten om de volgende redenen worden vervangen: De printer meldt dat de tussentank het einde van de levensduur heeft bereikt en niet opnieuw zal worden ● gevuld. Wanneer deze zonder inkt raakt, moet hij worden vervangen. NLWW Een tussentank in de HP Stitch S500-printer vervangen 131...
Pagina 138
OPMERKING: De onderbreking voor het vervangen van de tank kan de kwaliteit van de afdruk beïnvloeden. U wilt doorgaan met afdrukken zonder dat u een lege grote inktpatroon moet vervangen. In dit geval moet ● u dit aangeven op het frontpaneel en u moet de tussentank vervangen door een nieuwe wanneer deze ook leeg is.
Pagina 139
Plaats een tussentank Denk eraan dat u een inktpatroon van de HP 624 Stitch S-serie moet plaatsen als een tussentank, ongewijzigd en met meer dan 500 ml inkt. Pak de nieuwe tussentank op en zoek het etiket dat de inktkleur aangeeft. Houd de tank zo dat u het etiket kunt zien bovenaan de zijkant die naar u toe is gericht.
Pagina 140
Plaats de tussentank tank in de lade. Schuif de lade en de tussentank in de sleuf tot deze vastklikken. Plaats het vergrendelstuk. Op het front panel verschijnt de bevestiging dat alle patronen correct zijn geplaatst. OPMERKING: Het frontpaneel waarschuwt dat tussentanks niet kunnen worden gebruikt in een andere printer. Bevestig de waarschuwing.
In deze modus gebruikt de printer de 3-literpatroon helemaal niet. De tussentank moet worden vervangen door een originele HP 624 Stitch S-seriecartridge van de bijbehorende kleur, ongewijzigd en met meer dan 500 ml inkt. Als deze optie is geselecteerd, wordt de tussentank intern gemarkeerd als ‘stoppen met bijvullen’...
Pagina 142
Wanneer het grijs wordt weergegeven, wordt de 3-literpatroon opnieuw gevuld en kan deze niet worden gebruikt. Het gebied gemarkeerd met een hangslot kan normaal gesproken niet worden gebruikt, om de inkt in de tussentank te bewaren. U kunt echter de optie Stop refilling (Stop met bijvullen) gebruiken om deze inkt te ontgrendelen.
Tips voor het inktsysteem BELANGRIJK: Tijdens periodes van inactiviteit voert de printer automatisch onderhoudstaken uit. Als u overweegt om langer dan vier uur niets af te drukken, moet u de substraatrol verwijderen om vastlopen te voorkomen. Zorg ervoor dat alle printkoppen zijn geplaatst. Volg altijd deze richtlijnen voor de beste resultaten: Volg de instructies op het voorpaneel tijdens de installatie.
Printhead alignment (Printkoppen uitlijnen) > Manual printhead alignment (Printkoppen handmatig uitlijnen) > Print (Afdrukken). HP Stitch S300: De printer drukt daarna 9 rijen af, genummerd van A tot en met I. Inspecteer de afdruk en ● schrijf het nummer van de meest rechte lijn in iedere rij op (bijvoorbeeld A:9).
HP Stitch S500: De printer drukt daarna 20 rijen af, genummerd van A tot en met T. Inspecteer de afdruk en ● schrijf het nummer van de meest rechte lijn in iedere rij op (bijvoorbeeld A:9). Als u notities op elke rij hebt gemaakt, voert u de correctiewaarden hierna in via het frontpaneel of de geïntegreerde webserver.
Een printkop vervangen Een printkop verwijderen Op het front panel van de printer, drukt u op , dan Replace printheads (Printkoppen vervangen). De wagen schuift naar de verwijderstand. VOORZICHTIG: Wanneer de wagen langer dan 3 minuten in de verwijderstand blijft staan zonder dat er inktkoppen worden geplaatst of verwijderd, probeert deze terug te rijden naar de normale positie (rechteruiteinde).
Pagina 147
Trek de vergrendeling aan de bovenkant van de wagen omhoog en laat weer los. Til de afdekplaat omhoog. Zo verkrijgt u toegang tot de printkoppen. Om een printkop te verwijderen, trekt u de blauwe hendel omhoog en trekt u de printkop voorzichtig uit de sleuf door de blauwe hendel omhoog te bewegen tot de printkop loskomt van de wagen.
Pagina 148
Het frontpanel geeft aan welke printkop ontbreekt. Printkop plaatsen Als de printkop nieuw is, houdt u hem rechtop en schud u hem ongeveer 15 seconden stevig in een soepele beweging op en neer. OPMERKING: Sla de printkop tijdens het schudden nergens tegenaan, dit kan schade veroorzaken. VOORZICHTIG: Vermijd aanraken van de pinnen, draden en het circuit bij het hanteren van de printkoppen omdat deze elementen gevoelig zijn voor elektrostatische ontlading.
Pagina 149
Plaats de nieuwe printkop in de juiste wagensleuf. VOORZICHTIG: Plaats de printkop langzaam en verticaal, recht omlaag. Als u de kop te snel of onder een bepaalde hoek plaatst, of als u deze bij het plaatsen roteert, kan de kop beschadigd raken. Druk de kop omlaag zoals is aangegeven door de pijl.
Pagina 150
Controleer of het uiteinde van de grendel in de draadlus grijpt aan de dichtstbijzijnde kant van de wagen. Laat de grendel rusten op de afdekplaat van de wagen. Wanneer alle printkoppen correct zijn geplaatst en door de printer zijn geaccepteerd, geeft de printer een geluidssignaal.
Het is mogelijk dat de printer een printkop niet herkent nadat deze is geïnstalleerd. Dit kan gebeuren vanwege inktafzetting op de elektrische contacten tussen de printkop en de printkopwagen. Onder deze omstandigheden raadt HP u aan om de elektrische contacten van de printkop te reinigen. Regelmatig reinigen van de contacten zonder zichtbare problemen wordt echter niet aangeraden.
Pagina 152
In het gebruikersonderhoudspakket dat bij de printer is geleverd, bevindt zich ook een wagencontactwisser. Gebruik deze om de elektrische contacten te reinigen op zowel de printkopwagen als de printkop wanneer de melding Reseat (Opnieuw installeren) of Replace (Vervangen) continu wordt weergegeven naast de printkop op het display van het voorpaneel.
Pagina 153
Plaats het korte lipje van het doekje in de sleuf aan de voorkant van de wagencontactwisser. Sluit de wagencontactwisser om het doekje vast te zetten. Open de printkopwagenvergrendeling en verwijder de defecte printkop zoals is aangegeven op het voorpaneel. Zie Een printkop vervangen op pagina 140.
Pagina 154
Wrijf het doekje met lichte druk over de hele diepte van de flexibele connector tegen de contacten, tot de mechanische stop van de wisser de connector raakt. Zorg dat u alle contacten grondig reinigt, inclusief de contacten op het onderste punt van de connector. Gebruik hetzelfde doekje en maak de onderste strip elektrische contacten op de printkop schoon (tenzij de printkop nieuw is).
Nadat het reinigen is voltooid, opent u de wagencontactwisser door aan het lipje van het doekje te trekken. Verwijder het vuile doekje uit de wagencontactwisser. Gooi het vuile doekje op een veilige plaats weg om te voorkomen dat er inkt terechtkomt op uw handen of kleding.
VOORZICHTIG: Als er veel korstvorming in de inkttrechter ontstaat, kan dit de printkoppen en andere delen van de printer beschadigen. HP adviseert ten zeerste dat u de inkttrechter zo snel mogelijk vervangt wanneer u hiervoor wordt gewaarschuwd. In het gebruikersonderhoudspakket zitten een inkttrechter en plastic wegwerphandschoenen.
De inkttrechter verwijderen Open het printervenster. Identificeer de inkttrechter. NLWW Het vervangen van de inkttrechter en de onderhoudspatroon 151...
Trek het lipje van de inkttrechter omhoog tot hij eenvoudig kan worden verwijderd. OPMERKING: Gebruik de wegwerphandschoenen om te voorkomen dat er inkt op uw handen komt. Verwijder de vuile inkttrechter volgens de plaatselijke voorschriften. Plaatsen van de inkttrechter Plaats de twee achterste lipjes van de inkttrechter. Gebruik uw duim om de inkttrechter op zijn plek te schuiven.
Vervang de onderhoudspatroon De onderhoudspatroon bevindt zich in een sleuf onder het voorpaneel, aan de voorkant van de printer. Open de deur. Elke onderhoudspatroon is aan de voorkant voorzien van een lipje. Om de patroon te verwijderen, schuift u deze eruit. NLWW Het vervangen van de inkttrechter en de onderhoudspatroon 153...
Pagina 160
Wanneer de patroon voor de helft uitgeschoven is, houdt u hem met beide handen vast: hij is zwaar. BELANGRIJK: Schuif de cartridge er horizontaal uit om morsen te voorkomen omdat hij vol inkt zit. Verwijder de oude onderhoudspatroon volgens de plaatselijke voorschriften. Verwijder de plastic afdekking van de nieuwe onderhoudspatroon.
182), of als er zich een aanzienlijke hoeveelheid stof in de lucht bevindt, kan de smering van de schuifstangen worden aangetast. Dit beïnvloedt de prestaties van de printer. De volgende procedure is hier ook als video beschikbaar: http://www.hp.com/go/latex300/videos. Op het front panel drukt u op , daarna Preventive maint.
Pagina 162
VOORZICHTIG: Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen die normaal in de handel verkrijgbaar zijn. WAARSCHUWING! Vermijd bewegende delen. U wordt aangeraden handschoenen te dragen. Bewegend deel Draag handschoenen Veiligheidsmaatregelen op pagina 3 voor meer veiligheidsinformatie VOORZICHTIG: Pas op dat u tijdens het reinigen niet de kunststof codeerstrook boven op de stang beschadigt.
Breng met een zigzagbeweging een beetje olie op de stang aan. OPMERKING: Pas op dat u tijdens het smeren geen olie op de codeerstrook boven op de stang morst. Druk op OK op het voorpaneel. Sluit het venster. De wagen beweegt van de ene kant van de printer naar de andere zodat de olie langs de stang wordt verdeeld.
Pagina 164
Reinigingsprocedure Op het front panel drukt u op , daarna Preventive maintenance tasks (Preventieve onderhoudstaken) > Clean scan axis encoder (Scanascodeerder reinigen). Open het venster. Reinig beide kanten van de codeerstrip met een doek die is bevochtigd met water, zoals aangegeven in het voorpaneel en druk op Continue (Doorgaan) wanneer u klaar bent.
Sluit het venster. De wagen verplaatst zich naar de linkerkant van de printer. Het voorpaneel vraagt u om het venster opnieuw te openen en de rechterkant van de codeerstrip (in het servicestation) te reinigen. Druk op Continue (Doorgaan) als u klaar bent. Sluit het venster.
Pagina 166
U wordt aangeraden handschoenen te dragen. U reinigt de plaat als volgt: Verwijder al het substraat uit de printer. Zie Een rol van de HP Stitch S300-printer verwijderen op pagina 66 Een rol van de HP Stitch S500-printer verwijderen op pagina Schakel de printer uit.
Pagina 167
Verwijder alle restanten van inkt en substraatvezels in de vacuümzuigkoppen met dezelfde pin van 1 mm of een pincet. Plaats de plaat of inktcollector terug. Als u inktvlekken aantreft op de achterkant van de afdrukken, of er zijn problemen met de substraatdoorvoersensor, ga dan door met de volgende stappen: Gebruik een schone, absorberende, pluisvrije doek om natte inkt grondig van de snijgroef, snijhelling en plaat te vegen.
De substraatdoorvoersensor is een zeer klein rechthoekig venster (minder dan 1 cm²) dat zich dicht bij het derde klemwiel van rechts bevindt. HP raadt u aan het venster van de substraatdoorvoersensor te reinigen wanneer u ook de printplaat reinig en wanneer u problemen heeft met de afdrukkwaliteit.
Veeg de sensor schoon met een katoenen stokje om natte inkt te verwijderen. Veeg de sensor schoon met een katoenen stokje dat is bevochtigd met 95% ethanol om opgedroogde inkt te verwijderen. OPMERKING: De onderhoudsset bevat geen ethanol van 95%. Volg de veiligheidsmaatregelen van de fabrikant wanneer u met ethanol werkt.
Deze meldingen geven aan dat bepaalde onderdelen bijna versleten zijn. U kunt nog even doorgaan met afdrukken. De exacte tijd is afhankelijk van het gebruik van de printer. HP raadt u echter sterk aan om contact op te nemen met uw servicevertegenwoordiger en een onderhoudsafspraak te plannen. De onderhoudstechnicus kan dan de versleten onderdelen ter plekke vervangen om de levensduur van de printer te verlengen.
De functies van de printer worden bestuurd door software in de printer. Deze software wordt ook firmware genoemd. Van tijd tot tijd stelt HP firmware-updates beschikbaar. Deze updates verbeteren de functionaliteit en de functies van de printer. Firmware-update die een USB-flashstation gebruikt Wanneer u de printer voor het eerst installeert, wordt u mogelijk gevraagd de firmware bij te werken.
In de geïntegreerde webserver selecteert u het tabblad Setup (Installatie) en vervolgens Firmware-update (Firmware bijwerken) > Manual firmware update (Firmware handmatig bijwerken). Volg de instructies op het scherm om het firmwarebestand vanaf http://www.hp.com/go/StitchS30064in/ support/ http://www.hp.com/go/StitchS50064in/support/ te downloaden en deze op uw harde schijf op te slaan.
In de rest van dit hoofdstuk vindt u de beschikbare benodigdheden en accessoires en de onderdeelnummers. Inktbenodigdheden bestellen U kunt de volgende inktbenodigdheden voor uw printer bestellen. Inktcartridges voor HP Stitch S300-printer, gebruikt als tussentanks voor HP Stitch S500 Cartridge Onderdeelnummer...
5QG59S Instructies voor verwijderen HP biedt vele gratis en handige manieren voor het recyclen van uw gebruikte originele HP inktvoorraad. Bovendien biedt HP een gratis programma voor zakelijke klanten om reclamemateriaal te retourneren dat is afgedrukt met geselecteerde recycleerbare grootformaat-substraten van HP. Zie voor aanvullende informatie over deze programma's van HP http://www.hp.com/recycle.
Pagina 175
Verwijder de volgende benodigdheden en accessoires conform landelijke, regionale en lokale voorschriften: HP Stitch 300/500-serie-onderhoudscartridge ● Ink Collector voor de HP Stitch 300/500-serie ● Inkttrechter voor de HP Stitch 300/500-serie ● HP beveelt het dragen van handschoenen aan bij het hanteren van inktsysteemcomponenten. NLWW Instructies voor verwijderen 169...
10 Overige problemen oplossen De printer krijgt geen IP-adres ● Geen toegang tot geïntegreerde webserver ● De printer drukt niet af ● Het programma werkt langzamer of blijft hangen wanneer er een afdruktaak wordt gegenereerd ● De printer lijkt langzaam ●...
De printer krijgt geen IP-adres Als uw netwerk geen DHCP-server heeft, kan de printer niet automatisch een IP-adres ophalen. In dat geval moet u het IP-adres van de printer handmatig instellen op de volgende manier. Vanuit het front panel drukt u op , daarna Setup (Installatie) >...
De printer drukt niet af Mogelijke redenen waarom een bestand dat u vanaf uw computer hebt verstuurd niet wordt afgedrukt, zijn: Mogelijk is er een probleem met de elektriciteitstoevoer. Wanneer de printer niets doet en het frontpaneel ● niet reageert, controleer dan of de stroomschakelaar aan de achterkant van de printer is ingeschakeld, of de stroomkabel op de juiste wijze is aangesloten en of het stopcontact stroom levert.
De printer lijkt langzaam Er zijn verschillende oorzaken mogelijk: Wanneer u in de RIP opdracht heeft gegeven om de hoogste mogelijke afdrukkwaliteit te gebruiken, wordt ● er relatief langzaam afgedrukt in vergelijking met het afdrukken van ontwerpkwaliteit. Controleer of het substraat dat is geladen in de printer, overeenkomt met de substraatgroep die op het ●...
Internet connectivity test (Internetverbindingtest): Controleer de printerverbinding met het internet. ● Firmware update test (Firmwareupdatetest): Controleer de printerverbinding met de ● firmwareupdateservers van HP. Email server test (E-mailservertest): Controleer de printerverbinding met de geconfigureerde e-mailserver. ● Printer data sharing agreement test (Test Overeenkomst om printergegevens te delen): Controleer de ●...
Pagina 181
Foutcode Aanbeveling 14.73:01 Zeer lage spanning gedetecteerd Schakel de printer uit en haal het netsnoer uit het stopcontact. Controleer of het netsnoer niet zichtbaar is beschadigd. Controleer of de ingangsspanning in het voorgeschreven spanningsbereik van de printer valt (180–264 V AC). Steek het netsnoer goed en helemaal in het stopcontact.
Pagina 182
Foutcode Aanbeveling 21:13 Kan de onderhoudspatroon niet langs zijn volledige baan verplaatsen Schakel de printer uit. Wanneer de printer is uitgeschakeld, verwijdert u handmatig de onderhoudspatroon. Zorg ervoor dat zich geen obstakels bevinden in de baan van de onderhoudspatroon. Verwijder alle zichtbare obstakels (papier, kunststof onderdelen, enz.) die de verplaatsing belemmeren.
Pagina 183
Schakel de printer in. 47.3n:01 3-liter inktpatroonpomp kan de tussentank niet van inkt (kleur n) voorzien. Alleen HP Stitch S500 n: 1-magenta 4-cyaan 6-geel 7-zwart Plaats de cartridge opnieuw. Als de foutmelding terugkeert, ga dan door met de volgende stappen.
Pagina 184
Foutcode Aanbeveling 63:04 Er is een input-/outputprobleem opgetreden in de netwerkkaart. Controleer of de netwerkkabel op de juiste wijze is verbonden met de netwerkkaart. Controleer of u de meest recente firmware voor de printer gebruikt. Zie Firmware-update op pagina 165. 63:05 Het duurt te lang voor de taak de printer bereikt.
Foutcode Aanbeveling 87:01 De codeerstrip van de scan-as detecteert fouten in de positie van de printkopwagen. Reinig de codeerstrip door de juiste procedure te volgen op het frontpaneel. Zie Codeerstrook reinigen op pagina 157. 89:11, 89.1:10, 89.2:10 Sommige LEDs van de afdrukzone kunnen kapot of niet aangesloten zijn. De printer zal normaal blijven werken, maar alleen deze functionaliteit kan negatief worden beïnvloed.
Functionele specificaties Inktbenodigdheden Printkoppen Cyaan/zwart en geel/magenta inktpatronen Geel, zwart, magenta en cyaan HP Stitch S300-cartridges bevatten 775 ml inkt HP Stitch S500-cartridges bevatten 3 liter inkt en gebruiken tussentanks van 775 ml Onderhoudspatroon Niet kleurspecifiek Substraatafmetingen Minimaal Maximaal Breedte...
Wanneer de inktcollector in gebruik is en u een afdrukmodus met meer dan 10 passages gebruikt, is volledige uitvloeiing beschikbaar (geen zijmarges). Fysieke specificaties Fysieke specificaties van de printer HP Stitch S300 HP Stitch S500 Gewicht (inclusief voet) 194 kg...
In dit geval raadt HP aan dat u minimaal 3 uur wacht voordat u de printer aanzet of de inktpatronen installeert om het condensaat te laten verdampen.
Pagina 189
Akoestische specificaties voor de printer (vervolg) Specificatie HP Stitch S300 HP Stitch S500 Inactief 5,7 B (A) 5,6 B (A) In gebruik 7,1 B (A) 7,3 B (A) NLWW Akoestische specificaties 183...
12 Post-processing Afbeeldingen die met sublimatie-inkten worden afgedrukt vereisen een proces om ze op de stof te fixeren. Er wordt een hoge temperatuur toegepast om gedurende een bepaalde tijd (de contacttijd) een bepaalde hoeveelheid druk uit te oefenen, zodat het pigment sublimeert. Het sublimatieproces voor productie van hoge volumes wordt gedaan met een kalanderingsmachine die hele rollen papier en stof kan verwerken.
Afgedrukt papier (bij afbeeldingoverdracht) – De stof (zowel voor overdracht als rechtstreeks afdrukken). ● Afhankelijk van de stof kan het nodig zijn om de temperatuur en contacttijd aan te passen om te – zorgen dat de stof niet gelig wordt. Het beschermende papier dat wordt geselecteerd aan de hand van de gebruikte materialen.
Pagina 192
Laat substraten (papier, stof) in een gecontroleerde omgeving bij 20°C en 40% relatieve – luchtvochtigheid acclimatiseren voordat u afdrukt of sublimeert, zodat u rimpeling en afdrukkwaliteitsproblemen kunt voorkomen. Sla gesublimeerd textiel correct op: als het aan hogere temperaturen dan de kamertemperatuur wordt ●...
Overzicht van vaak voorkomende afdrukproblemen In deze tabel staan vaak voorkomende problemen en de parameters die kunnen worden gewijzigd om het probleem te verhelpen. Ook worden er mogelijke neveneffecten weergegeven. Raadpleeg het betreffende hoofdstuk in deze handleiding voor een gedetailleerdere behandeling van een specifiek probleem. Probleem Oplossing Wijziging...
Pagina 194
Probleem Oplossing Wijziging Verlaag de inktlimieten Verlaagd kleurengamma Verhoog de droogtemperatuur Vastlopen substraat, schade aan substraat, inktvlekken. Onscherpe tekst of onscherpe opgevulde Printkoppen uitlijnen vlakken Kleurstroken toevoegen, handmatig of in Een hoeveelheid substraat- en inktafval Verhoog de droogtemperatuur Vastlopen substraat, schade aan substraat, inktvlekken.
Overzicht van vaak voorkomende sublimatieproblemen In deze tabel staan vaak voorkomende sublimatieproblemen en de parameters die kunnen worden gewijzigd om het probleem te verhelpen. Ook worden er mogelijke neveneffecten weergegeven. Raadpleeg het betreffende hoofdstuk in deze handleiding voor een gedetailleerdere behandeling van een specifiek probleem. Probleem Symptoom Oorzaak...
Woordenlijst Bi-directioneel Bi-directioneel afdrukken wil zeggen dat de printkoppen afdrukken terwijl ze in beide richtingen bewegen. Hierdoor wordt de afdruksnelheid verhoogd. Cutter Een printercomponent dat van links naar rechts over de plaat schuift om het substraat te snijden. Draagijzer Een in de lus van een substraat ingebracht cilindrisch gewicht dat nodig is voor de opwikkelspoel. Elektrostatische ontlading Statische elektriciteit komt in het dagelijks leven vaak voor.
Pagina 197
De printer voert deze aanpassing normaal automatisch uit, maar deze aanpassing moet mogelijk opnieuw worden gekalibreerd voor substraten die niet door HP worden ondersteund, of bij een ongewone omgevingstemperatuur of vochtigheid. Onjuiste substraatdoorvoercompensatie kan leiden tot strepen bij minder dan 8 passages, of korreligheid bij 8 of meer passages.
Pagina 198
Substraatvoorinstelling De substraatinstelling bevat het ICC-kleurenprofiel, dat de kleurkarakteristieken van het substraat beschrijft. Het bevat ook informatie over andere kenmerken (RIP- en printerinstellingen, zoals droogtemperaturen, vacuümdruk en compensatie van substraatdoorvoer) en vereisten van het substraat die niet direct betrekking hebben op kleur. Terugwaartse spanning De terugwaartse spanning die op het substraat door de invoeras wordt uitgeoefend, moet constant zijn over de breedte van het substraat.