Een substraatvoorinstelling wijzigen
U kunt een voorinstelling wijzigen door op Modify (Wijzigen) te drukken.
Druk op het pictogram
afdrukmodus toevoegen). U kunt de naam van elke afdrukmodus verwijderen of wijzigen, hoewel u minstens
één afdrukmodus moet behouden.
OPMERKING:
passages wilt wijzigen, maakt u een nieuwe afdrukmodus aan.
OPMERKING:
dezelfde efficiëntiemodus en dezelfde kleurverzadiging.
Om de waarden te wijzigen, moet u een testplot afdrukken. Voordat u de plot sublimeert, moet u het gebruiken
om de juiste droogtemperatuur en de geavanceerde instellingen te selecteren. U kunt de plot als vaak als nodig
is afdrukken. Zodra de temperatuur is ingesteld, kunt u de plot sublimeren en het gesublimeerde plot gebruiken
om de juiste kleurverzadigingsrij te kiezen.
OPMERKING:
met vastgestelde kalanderingsparameters om kleurveranderingen te voorkomen.
OPMERKING:
Een nieuw substraat toevoegen
Als u geen kant-en-klare voorinstelling voor uw substraat kunt vinden en als u verkiest om geen generieke
voorinstelling te gebruiken of te wijzigen, kunt u uw eigen voorinstelling vanaf een schets aanmaken.
De wizard Nieuw substraat toevoegen helpt u om de beste instelling voor uw substraat te verkrijgen. Het zal u
eerst om informatie over het substraat vragen en het voorgenomen gebruik ervan, een aantal testafdrukken
afdrukken en u vragen deze te evalueren. Met deze informatie wordt een nieuwe voorinstelling gemaakt.
NLWW
van de afdrukmodus die u wilt wijzigen; of druk op Add new print mode (Nieuwe
Het aantal passages in een bestaande afdrukmodus kan niet worden gewijzigd. Als u het aantal
Het is niet toegestaan om twee afdrukmodi aan te maken met hetzelfde aantal passages,
De kalanderingsinstellingen beïnvloeden de kleur van de gesublimeerde plot. Sublimeer de plot
Om een nieuwe afdrukmodus correct toe te voegen, moet u een nieuw ICC-profiel aanmaken.
Een substraatvoorinstelling wijzigen
97