Voorinstellingen substraat
Elk substraattype heeft zijn eigen kenmerken. Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen, moeten de
afdrukparameters aangepast worden aan elke verschillend substraattype. Sommige types hebben bijvoorbeeld
meer inkt nodig en andere hogere temperaturen voor het drogen. De specificatie van de correcte
afdrukparameter voor een bepaald substraattype wordt substraatvoorinstelling genoemd.
De substraatvoorinstelling bevat een kleurprofiel in een International Color Consortium (ICC)-kleurformaat, die de
kleurkenmerken beschrijft van de printer-, inkt- en substraatcombinatie. Het bevat eveneens informatie over
andere parameters (zoals de drogingstemperatuur, de vacuümdruk en de compensatie van de
substraatdoorvoer) die niet rechtstreeks gerelateerd zijn aan kleur. De substraatvoorinstellingen (ook bekend als
Open Media Systeem of OMES-pakketten) zijn geïnstalleerd in de printer en worden automatisch gekopieerd naar
ondersteunde RIP-software indien deze met de printer is verbonden.
U kunt uw substraatvoorinstellingen in uw substraatbibliotheek vinden. Er zijn twee hoofdcategorieën:
Direct op de stof: Elke substraatvoorinstelling heeft een naam en bevat verschillende printmodi.
●
Transferpapier: Elke substraatvoorinstelling heeft een transferpapiernaam. Als u de instelling opent, ziet u
●
de verschillende bijpassende soorten textiel die met dat transferpapier kunnen worden gesublimeerd.
Binnen elk bijpassende textielsoort worden verschillende afdrukmodi weergegeven.
De printer wordt geleverd met substraatvoorinstellingen voor de meest gebruikte generieke substraten.
Sommige voorinstellingen worden op uw printer geïnstalleerd geleverd; gebruik deze alleen met de substraten
waarvoor ze werden gecreëerd. Voor andere substraten worden voorinstellingen genaamd Generic (algemeen)
aanbevolen boven andere vooraf geïnstalleerde voorinstellingen. De beste prestaties worden echter alleen
bereikt met voorinstellingen die specifiek voor uw substraat zijn gemaakt. Er zijn verschillende manieren om
meer voorinstellingen te verkrijgen:
Gebruik de functie Online search (Online zoeken) op het front panel of de HP Medialocator op het internet
●
om naar een specifieke voorinstelling voor uw substraat te bladeren en te zoeken en deze te downloaden.
Download een voorinstelling van de website van de RIP-leverancier, of van de website van de
●
substraatleverancier.
Gebruik een generieke voorinstelling die ontworpen is voor uw substraatcategorie, ook al is deze niet
●
optimaal ingesteld voor het specifieke substraattype. Vergeet niet dat generieke substraatinstellingen niet
kunnen worden gewijzigd; in plaats daarvan kan de voorinstelling worden gekloond en daarna aangepast
worden.
Kloon (kopiëren) een voorinstelling voor een soortgelijk substraat en bewerk deze indien nodig.
●
Maak vanuit een schets een nieuwe voorinstelling aan met behulp van de knop Add new (Nieuwe
●
toevoegen).
Als u een kant-en-klare voorinstelling vindt voor uw specifiek substraat, wordt u aangeraden om deze te
gebruiken.
Online zoeken
U kunt online zoeken naar een substraatvoorinstelling met behulp van de functie Online search (Online zoeken)
in de substraatbibliotheek van het front panelmenu. De printer is verbonden met de database van de
HP Medialocator op het internet en laat u toe om te zoeken naar alle beschikbare substraatvoorinstellingen voor
uw specifiek printermodel, waaronder HP en andere substraatmerken. Honderden verschillende
substraatvoorinstellingen zijn mogelijk beschikbaar beschikbaar; de database met voorinstellingen wordt
voortdurend bijgewerkt en uitgebreid. Zo krijgt u altijd de meeste actuele inhoud.
NLWW
Voorinstellingen substraat
93