Scheeftrekkingscompensatie: Hiermee kunt u tonvormige substraatvervorming compenseren. De
●
waarde is de afstand van de verplaatsing van het midden van het substraat ten opzichte van de
randen links en rechts. Zie
Vacuüm afdrukken: Stelt de vacuümwaarde in de afdrukzone in om het substraat vlak te houden.
●
Verhoog deze waarde als het substraat vastloopt of als u vlekken ziet. Verlaag deze waarde als u
strepen waarneemt of de afdruk korrelig is.
Doorvoerfactor: Alleen te gebruiken wanneer u afdrukt zonder de substraatdoorvoersensor om de
●
substraatdoorvoer bij elke wagenpassage te verhogen of te verlagen.
Vertragingscompensatie tussen passages: De vertragingstijd tussen de passages zorgt voor een
●
betere droging. Verhoog de vertraging als u strepen op uw afdrukken waarneemt.
Invoerspanning: Dit is de substraatterugwikkelspanning. Verhoog deze waarde in het geval van
●
gekreukeld substraat in het afdrukgebied.
Voorste rand vrijgeven: Schakel deze instelling uit als de veiligheidsmarge aan de bovenkant niet
●
gewenst is in de eerste druk na afsnijden. Schakel de instelling in om de voorste rand van het papier
door te voeren als een specifiek substraat waarschijnlijk onder de brug zal worden geplet.
OMAS ingeschakeld: De automatische substraatdoorvoer volgen en corrigeren. Schakel deze alleen uit
●
indien dit door het frontpaneel bij het laden wordt aangeraden.
Uitvoerspanning (alleen S500): Verhoog de spanning van de opwikkelspoel als de uitvoerrol niet
●
compact is.
11.
Tik op Continue (Doorgaan).
12.
Het volgende scherm wordt weergegeven:
13.
Het ICC-profiel van het gekozen generieke substraat wordt toegepast op een nieuwe.
100 Hoofdstuk 4 Substraatinstellingen
Substraat heeft buigvervorming op pagina
89.
NLWW