Softwaremodules
De UNICORN besturingssoftware bestaat uit vier modules:
Module
Administration of
UNICORN
Manager
(UNICORN versie-
afhankelijk)
Method Editor
System Control
Evaluation
De modules zijn actief wanneer het programma draait en worden niet afgesloten wanneer
het wordt geminimaliseerd. Een geminimaliseerde systeemcontrole-eenheid kan een
proces controleren.
Werkschema
De onderstaande tabel beschrijft de algemene werkstroom voor het gebruik van de
UNICORN met automatische bediening.
Stap
1
2
3
4
ÄKTApilot Gebruiksaanwijzing 28959785 AG
Functie
Gegevenshantering en beheertaken; bijvoorbeeld, definitie van
systemen en beheer van gebruikersprofielen.
De creatie van methoden en bewerking voor voorgeprogram-
meerde besturing van ÄKTApilot.
Online procescontrole en -bewaking door middel van vooraf
gedefinieerde methoden of door op methoden gebaseerde of
handmatige controle.
Evaluatie en presentatie van opgeslagen resultaten.
Werkzaamheden
Programmeer een ÄKTApilot-methoderun met behulp van de
UNICORN-software. U kunt een bestaande methode gebruiken of een be-
staande methode wijzigen om te voldoen aan de doelstellingen van uw run.
Start de run met de methode die u hebt gecreëerd.
Bewaak de voortgang van de run met de System Control-module. Alle ge-
gevens over uw run worden weergegeven in de System Control-module. U
hebt de keuze tussen vier verschillende schermen. Deze kunnen één voor
één worden geopend, of allemaal tegelijk, in aparte delen van het venster.
Nadat de run is voltooid, kunt u de gegevens weergeven in een gedetailleerd
rapport, met behulp van de uitgebreide gereedschappen die beschikbaar
zijn in de UNICORN Evaluation-module.
3 Systeembeschrijving
3.4 UNICORN-regelsysteem
45