Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Stijlen gebruiken

De camcorder kan opnamen maken met behulp van stijlen. Dit zijn combinaties van instellingen die de
kenmerken van het beeld beïnvloeden. De camcorder biedt een aantal voorkeuzestijlen waarvan u de instellingen
aan uw eigen voorkeur kunt aanpassen. Deze functie kan alleen worden gebruikt wanneer de filmmodus is
ingesteld op ', ‚, " of n.
Bedieningsstanden:
1 Open het scherm van de stijlen.
[FUNC] > [
* Stijlen]
* Standaardoptie. De knop toont het pictogram van de stijl die momenteel wordt gebruikt.
2 Selecteer de gewenste optie.
• Als u de voorkeuzestijl wilt gebruiken zoals deze is ingesteld, gaat u verder met stap 4.
3 Pas indien nodig de gedetailleerde instellingen aan.
[i] > Selecteer [–] of [+] om de waarde aan te passen
• U kunt ook uw vinger over de instelbalk slepen.
• De scherpte, het contrast en de kleurdiepte kunnen als volgt worden aangepast:
[Scherpte]: 0 (zachter beeld) tot 7 (scherper beeld)
[Contrast]*: –4 (lage contrastwaarde) tot +4 (hoge contrastwaarde)
[Kleurverzadiging]**: –4 (minder rijke kleuren) tot +4 (rijke kleuren)
4 Selecteer [X].
* Niet beschikbaar voor [
Wide DR].
Opties
[
Standaard]: Standaardstijl voor algemene opnameomstandigheden.
[
Neutraal]:
Levert een beeld op met een resolutie die natuurlijker lijkt.
[
Wide DR]: Past een gammacurve toe met een breed dynamisch bereik en kleuren die geschikt zijn voor
deze gammacurve.
[
Monochroom]:
Produceert een zwart-wit beeld.
OPMERKINGEN
• Wanneer u de stijl [
kan het onderwerp helder lijken wanneer u buitenopnamen in daglicht of in andere heldere omgevingen maakt,
omdat de camcorder niet de optimale belichting kan realiseren.
** Niet beschikbaar voor [
Wide DR] gebruikt, is de laagst beschikbare versterkingsinstelling 9,0 dB. In dat geval
Monochroom].
Stijlen gebruiken
65

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave