ACCU: pechhulp
(2/2)
Starten met starthulpkabels
Als u voor het starten de accu van een
andere auto moet gebruiken, koop dan de
startkabels (met groot oppervlak) bij een
merkdealer of controleer, als u reeds start-
kabels heeft, of deze in goede staat verke-
ren.
Beide accu's moeten dezelfde spanning
hebben: 12 volt. De hulpaccu moet min-
stens de capaciteit (ampère-uur, Ah) hebben
van de ontladen accu.
Let erop dat de auto's elkaar niet raken
(kortsluitingsgevaar als u de pluspolen met
elkaar verbindt) en dat de ontladen accu
goed aangesloten is. Zet het contact af van
uw auto.
Start de motor van de hulpauto en laat deze
met een middelmatig toerental draaien.
5.32
1
A
4
Afhankelijk van de auto maakt u de accukap
los.
Sluit de positieve kabel A aan op de plus-
pool 1 (+) en daarna op de pluspool 4 (+)
van de accu die de stroom levert.
Sluit de negatieve kabel B aan op de min-
pool 3 (-) van de accu die de stroom levert
en daarna op de minpool 2 (-) van de ont-
laden accu.
Start de motor, en maak zodra deze draait,
de kabels A en B in omgekeerde volgorde
los ( 2 - 3 - 4 - 1 ).
2
B
1
3
Controleer of de kabels A en B
elkaar nergens raken en of de
positieve kabel A geen me-
talen delen van de hulpauto
raakt.
Risico van letsel en/of beschadiging van
de auto.
2