KOPLAMPEN: de lampen vervangen
4
7
6
Dimlicht met halogeenlamp
(Afhankelijk van de auto)
Verwijder het afdekkapje A om bij de lamp-
houder te komen.
Vervangen van de lamp:
– verwijder de kapB;
– maak de bedrading 4 los;
– maak de veer 5 los en trek de lamp eruit.
Lamptype: H7
(2/3)
Grootlicht met halogeenlamp
(Afhankelijk van de auto)
Vervangen van de lamp:
– verwijder de kapC;
– maak de bedrading 6 los;
– maak de veer 7 los en trek de lamp eruit.
Lamptype: H1
Gebruik uitsluitend anti-U.V. 55W lampen
5
om de plastic ruit van de koplampen niet te
beschadigen.
Raak het lampglas niet aan. Houd de
lamp vast aan de metalen voet.
Vergeet niet, na het vervangen van de lamp,
de kap terug te plaatsen.
Zorg dat u altijd een doos met reserve-
lampen en -zekeringen in de auto hebt,
deze is verkrijgbaar bij uw merkdealer.
Wijzig niet zelf de bedrading
van de auto want door een ver-
keerde aansluiting kan de elek-
trische installatie worden be-
schadigd (bedrading, organen en in het
bijzonder de dynamo). Laat eventuele
veranderingen door een merkdealer uit-
voeren. Hij beschikt over de noodzake-
lijke onderdelen.
5.17