Inhoudsopgave
Advertenties
[Diagnose]
Fout
Tekst van de foutmel‐
ding
02
De mV-ingangsspan‐
ning is te hoog
03
De temperatuur is te
laag
04
De temperatuur is te
hoog
05
Er is een kalibratiefout
06
Er is geen sensor aan‐
wezig
07
Controleer de mecha‐
nische toestand van
de sensor. Glasbreuk
is mogelijk.
08
De controletijd is ver‐
streken
09
De mA-ingangsstroom
is te hoog
60
Oorzaak
Het aangesloten signaal komt
niet van een pH-sensor
Er is een stoorsignaal aan‐
wezig
Verkeerde sensor aange‐
sloten
Geen of een verkeerde sensor
aangesloten
Bij amperometrisch (bijv.
chloor): De bepaalde DPD-
waarde wijkt teveel af van de
reële waarde of de sensor‐
waarde.
Bij pH en redox: de gebruikte
buffers wijken af van de nomi‐
nale waarde, zijn verouderd of
teveel met water verdund
Coaxiaalverbinding onder‐
broken
Er is geen sensor aangesloten
Breuk van het membraanglas
[Regeling] is de
In het menu
instelbare variabele van de
drempel langer dan de instel‐
bare variabele voor de contro‐
letijd overschreden
De stroom is groter dan de
maximale stroom van 23 mA
Verhelpen
Controleer de herkomst van het sen‐
sorsignaal. Controleer het ruwe sig‐
naal, door te drukken op de
Hier ziet u de ruwe sensorwaarde in
mV. Is de waarde bij pH groter dan ±
500 mV of bij redox groter dan 1500
mV, zijn het verkeerde sensor‐
waarden. Controleer de ligging van de
leidingen en de herkomst van het sen‐
sorsignaal opnieuw. De meetleidingen
mogen niet parallel aan vermogenska‐
bels worden gelegd.
Controleer het aangesloten sensor‐
type. Alleen sensoren van het type Pt
100 en Pt 1000 kunnen werken
Controleer de sensoraansluiting
Controleer het aangesloten sensor‐
type. Alleen sensoren van het type Pt
100 en Pt 1000 kunnen werken
Bij amperometrisch (bijv. chloor): Con‐
troleer de juistheid van de referentie‐
methode, bijv. DPD1
Bij pH en redox: vervang de buffers
door nieuwe buffers
De coaxiaalverbinding controleren op
een correcte verbinding
Sensor vervangen
Reden voor de glasbreuk zoeken bijv.
vaste stoffen, te hoge stromingssnel‐
heid
Het regelcircuit heeft voor het uitre‐
gelen een langere tijd nodig dan de
gekozen controletijd.
Het regelcircuit heeft voor het uitre‐
gelen een grotere drempel voor de
instelbare variabele nodig dan de
gekozen.
De doseerchemicalie is leeg of heeft
een te lage / te hoge concentratie
De doseerleiding is onderbroken of
het doseerpunt verstopt.
Controleer de herkomst van de
stroom.
-toets.
Advertenties
Inhoudsopgave
