ven knipperen totdat u de hen
del weer loslaat.
•
De richtingaanwijzers kunnen bediend worden als
het contact AAN staat.
.
Als de controlelampjes sneller knipperen dan normaal
Controleer of er een gloeilamp van de richtingaanwijzer voor of achter is
doorgebrand.
I.a......
IT021
P121
Voor het activeren van de par
keerrem*
(Trap het pedaal nogmaals in
om de parkeerrem te deactive
ren.)
*:
Trap het parkeerrempedaal
geheel in met uw linker voet
terwijl u met uw rechter voet
het rempedaal ingetrapt
houdt.
&
OPMERKING
•
Voor het rijden
Ontgrendel de parkeerrem .
Als u gaat rijden terwijl de parkeerremhendel is aangetrokken
,
kunnen de
onderdelen van het remsysteem oververhit raken
,
waardoor de rempresta
ties in negatieve zin kunnen worden beïnvloed en de onderdelen van het
remsysteem sneller slijten.
•
Bij het parkeren
Schakel voordat u de auto verlaat de parkeerrem in, druk op de schakelaar
stand P en controleer dat de auto niet beweegt.
IT021P1
10
D
Rechtsaf slaan
f)
Linksaf slaan
D
Druk de hendel iets naar
boven en houd hem in die
stand vast als u wilt aange
ven dat u van rijbaan wilt
wisselen.
De richtingaanwijzers rechts
blijven knipperen totdat u de
hendel weer loslaat.
D
Druk de hendel iets naar
boven en houd hem in die
stand vast als u wilt aange
ven dat u van rijbaan wilt
wisselen.
De richtingaanwijzers links blij
177
176