RIJDEN MET UW VOERTUIG
Te doen voordat u de motor start (contact op AAN)
TE INSPECTE-
REN ITEMS
Multifunctionele
meter
Lichten
Te doen nadat de motor is gestart
TE INSPECTE-
REN ITEMS
Stuur
Schakelhendel
Keuzeschakelaar
2WD/4WD
Remmen
Motorstopschake-
laar
Contactschake-
laar
44
TE INSPECTEREN
Controleer de werking van de verklikkerlichtjes
in de multifunctionele meter (gedurende enkele
seconden nadat het contact op AAN staat).
Controleer of er meldingen voorkomen op de
multifunctionele meter.
Controleer of de koplampen en het achterlicht
branden en schoon zijn.
Controleer de werking van de dim- en grootlich-
ten.
Controleer de werking van de remlichten.
TE INSPECTEREN
Draai het stuur heen en weer om na te gaan of
het stuur vrij kan bewegen.
Controleer de werking van de schakelhendel (P,
R, N, H en L).
Controleer de werking van de 2WD/4WD-keuze-
schakelaar.
Rijd langzaam zowat een meter vooruit en test
de remmen een voor een uit. De remmen volledig
inschakelen. De hendel en het pedaal moeten
naar hun oorspronkelijke stand terugkeren na het
loslaten.
Controleer de goede werking van de motorstop-
schakelaar.
Controleer de goede werking van de contactscha-
kelaar door de motor in en uit te schakelen.
VEILIGHEIDSINFORMATIE