WAARSCHUWING
De kogelscharnier moet worden
vervangen, als de hoes is gebar-
sten.
A-armen vooraan
Controleer de A-armen op barsten,
krombuiging of andere schade.
Raadpleeg indien nodig een erken-
de Can-Am dealer.
Wieldraagarmen achteraan
Controleer de wieldraagarmen op
vervorming, barsten of krombui-
ging.
Raadpleeg een erkende Can-Am
dealer als u een probleem vaststelt.
Stuur
Inspectie stuurinrichting
Spoorstangen
Inspecteer de trekstanghuizen op
barsten.
WAARSCHUWING
De trekstang moet worden ver-
vangen, als de hoes is gebar-
sten.
Remmen
WAARSCHUWING
Nieuwe remmen bereiken hun
maximale rendement pas nadat
ze zijn ingereden. De prestaties
van de remmen kan beperkt zijn;
wees dus extra voorzichtig.
Remvloeistofpeil
OPMERKING
Gebruik alleen DOT
4-remvloeistof uit een gesloten
verpakking. Gebruik geen rem-
vloeistof uit een oude of reeds
geopende bus.
ONDERHOUDSPROCEDURES
Controleer het vloeistofpeil in de
reservoirs terwijl het voertuig op
een vlak oppervlak staat. Dit moet
overal boven de MIN.-markering
liggen.
Vul zoveel vloeistof bij als nodig.
Nooit te veel bijvullen.
Reinig de vuldop voordat u deze
verwijdert.
OPMERKING: Een laag peil kan
wijzen op lekkage of versleten
remblokken. Raadpleeg een erken-
de Can- dealer.
Vloeistofreservoir(s) remhendel
Draai het stuur recht vooruit zodat
het reservoir waterpas staat.
Controleer het remvloeistofniveau.
Het reservoir is vol wanneer de
vloeistof tot de bovenrand van het
venster reikt.
Inspecteer de staat van de manchet
visueel.
Controleer op barsten, scheuren
enz. Vervang ze indien nodig.
TYPISCH
Vloeistofreservoir rempedaal
Wanneer het voertuig op een vlak
oppervlak staat moet het vloeistof-
peil van het rempedaal tussen de
MIN. en MAX. merktekens staan.
OPMERKING
Berg nooit voorwer-
pen op in het servicevak vooraan.
123