Regelparameters en functies
[STOP/START] -toets
10.2
Bij het indrukken van de
kan onafhankelijk van het actueel weergegeven menu worden bediend. De
[STOP]-toestand wordt echter alleen in de basisweergave weergegeven.
Afb. 36:
-toets
Bij het voor het eerst inschakelen bevindt de regelaar zich in de
Bij bepaalde fouttoestanden schakelt de regelaar over naar de
regeling is dan uit (= 0 % instelwaarde).
Om de door een fout ontstane bedrijfstoestand
via het drukken op de
[STOP] , de melding [ERROR STOP] weergegeven.
ding
Door te drukken op de
[STOP] . Na nogmaals drukken op de
bedrijfstoestand
[STOP] -toestand moet de regelaar handmatig worden gestart, door het indrukken
In de
van de
-toets,
Een [STOP] van de regelaar heeft het volgende effect:
Regeling wordt gestopt
n
Het P-relais met functie grenswaarderelais en als PWM-relais, worden naar de
n
stroomloze toestand geschakeld
Het P-relais met de functie alarmrelais trekt aan (geen alarm)
n
Het opnieuw opstarten van de regelaar heeft het volgende effect:
Was er sprake van een
n
handmatig worden gestart.
De foutdetectie begint opnieuw, alle voorgaande fouten worden gewist
n
90
-toets wordt de regeling gestart/gestopt. De
-toets te kunnen onderscheiden, wordt in plaats van de aandui‐
-toets gaat de bedrijfstoestand
[STOP] -toestand, moet de regelaar na het herinschakelen
STOP
[STOP] -toestand.
[STOP] -toestand. De
[STOP] van de bedrijfstoestand [STOP]
[ERROR STOP] over naar de
-toets start de regelaar weer.
-toets
A1872