14.
Lintkabel (1) in sokkel steken en
vergrendelen. De nokken (2 en 4)
dienen voor het uitlijnen van de
behuizingshelften t.o.v. elkaar.
15.
Bovengedeelte van de regelaarbe‐
huizing op het ondergedeelte van
de regelaarbehuizing van de
DULCOMETER
schroeven
16.
Controleer nog een keer of de
afdichting goed zit. Alleen bij een
correcte montage, wordt de
beschermingsgraad IP 67 (wand-/
pijpmontage) bereikt
1
3
Afb. 51: DULCOMETER
laar inhaken en bevestigen
17.
De DULCOMETER
laar boven (1) in de wand-/pijp‐
houder haken en met een lichte
druk onder (2) tegen de wand-/pijp‐
houder drukken. Daarna naar
boven (3) drukken, tot de
DULCOMETER
hoorbaar vastklikt
Vervanging van reserveonderdeel-modules
®
Compact regelaar
2
A0275
Compact rege‐
®
®
Compact rege‐
®
Compact regelaar
15.3
Ondergedeelte van de
behuizing vervangen
(schakelpaneelmontage)
Volledige inbedrijfstelling van
de regelaar
Na het vervangen van het onder‐
gedeelte van de behuizing, moet
een volledige inbedrijfstelling van
het meet- en regelpunt worden uit‐
gevoerd, omdat het nieuwe onder‐
gedeelte van de behuizing geen
specifieke instellingen bevat, maar
alleen de fabrieksinstellingen.
AANWIJZING!
Sokkel van lintkabel
De sokkel van de lintkabel is vast‐
gesoldeerd op de printplaat. De
sokkel kan niet worden gedemon‐
teerd. Voor het losmaken van de
lintkabel moet de vergrendeling (3)
van de sokkel worden geopend,
zie Afb. 42
Afb. 52: Linkabel losmaken van de sokkel
1.
Vier schroeven losdraaien en
DULCOMETER
openen
1.
Compact regelaar
®
115
A0352