Tabel braden
Rundvlees, wild en gevogelte
Vlees
Rundvlees, ca. 1 kg
Runderfilet/rosbief, ca. 1 kg
Wild (bout), ca. 1 kg
Wild (rug), ca. 1 kg
Gevogelte, ca. 1 kg
Gevogelte, ca. 4 kg
Magnetron + Hetelucht plus / Braadautomaat / Boven-Onderwarmte
Temperatuur / Magnetronvermogen bij gecombineerde ovenfuncties / Bereidings-
tijd / Kerntemperatuur voor de bratometer
1) Gebruik een pan met deksel. Stel bij braden op het rooster of op de glazen schaal een
20 °C lagere temperatuur in dan bij braden in een dichte pan.
2) Stel de temperatuur niet hoger in dan aangegeven. Het vlees wordt anders wel bruin,
maar niet gaar.
3) Stel bij doorregen vlees de hoogste waarde in.
4) Als u de bratometer gebruikt, voer dan de bij het voedingsmiddel behorende kerntempe-
ratuur in.
5) Dek het voedingsmiddel niet af.
6) Verwarm de ovenruimte voor.
7) Afhankelijk van de gewenste gaarheid: rood ("rare"): 40–45 °C, medium: 50–60 °C, door-
bakken ("well done"): 60–70 °C
5)
1) 2)
[W]
[°C]
170–190
–
190–210
–
6)
–
190–210
6)
–
200–220
180–200
–
190–210
–
180–200
–
190–210
–
170–190
–
180
300
180–200
–
160–180
–
160
150
180–200
–
Braden
3) 4)
[min]
[°C]
100–120
85–90
100–120
85–90
7)
30–50
40–65
7)
20–50
40–65
100–120
70–85
100–120
70–85
50–80
70–85
60–90
70–85
50–60
85
35–45
85
50–60
85
180–210
85
100–130
85
190–210
85
99