Eenvoudige bediening
Schakel de oven in.
Het hoofdmenu verschijnt.
Plaats het voedingsmiddel in de
oven.
Kies
Ovenfuncties
Kies de ovenfunctie "Magnetron ".
De ovenfunctie, het voorgeprogram-
meerde magnetronvermogen en het
veld voor de bereidingstijd verschijnen.
Wijzig zo nodig het voorgeprogram-
meerde magnetronvermogen.
Stel de bereidingstijd in.
De maximaal in te stellen tijd is afhan-
kelijk van het gekozen magnetronver-
mogen.
Kies
Start
.
De bereiding start. De magnetron, de
verlichting en de ventilator worden inge-
schakeld.
De resttijd verschijnt. U kunt de berei-
ding op elk moment onderbreken door
Stop
te kiezen.
Bediening: ovenfunctie "Magnetron "
.
Na afloop van de bereidingstijd
– In het display verschijnt
.
afgerond
– De ventilator blijft ingeschakeld.
– U hoort een signaal als deze functie
ingeschakeld is (zie "Instellingen –
Volume – Geluidssignalen").
U kunt uw instellingen als eigen pro-
gramma opslaan (zie "Eigen program-
ma's") of de bereiding via
lengen.
Haal het voedingsmiddel uit de oven.
Schakel de oven uit.
Koelventilator
Om te voorkomen dat er vocht in de
ovenruimte, op het bedieningspaneel of
in de keukenkast neerslaat, blijft de
ventilator na een bereiding nog enige
tijd ingeschakeld.
De ventilator wordt na een bepaalde tijd
automatisch uitgeschakeld (zie "Instel-
lingen – Naloop ventilator").
Programma
ver-
Wijzigen
75