Bediening
De omgevingslicht-modus (Endolight) aan- en uitschakelen
In de omgevingslicht-modus (Endolight) kan de
omgeving van het operatieveld worden verlicht
voor minimaal invasieve procedures. In deze ver-
lichtingsmodus is de lichtsterkte aanzienlijk lager
dan in de operatielicht-modus. U kunt de verlich-
tingssterkte van de lamp niet instellen in de modus
"Omgevingslicht".
De lamp aan- en uitschakelen op het
lampbedieningspaneel van de
cardanophanging
De omgevingslichtmodus inschakelen
Het lampbedieningspaneel bevindt zich op de car-
danophanging van de lamp.
1 Druk op toets (A) en houd deze minimaal
2 seconden ingedrukt.
Deze toetsvertraging is bedoeld als bescher-
ming tegen abusievelijk inschakelen.
58
OPMERKING
Het indrukken en minimaal 2 seconden vasthou-
den van toets (A) geldt alleen, wanneer u over-
schakelt van de operatielichtmodus naar de omge-
vingslichtmodus (Endolight).
Voor overschakeling van standby-modus naar om-
gevingslichtmodus (Endolight) drukt u zoals ge-
woonlijk op toets (A).
– De LED (B) in de toets brandt blauw.
– De lamp bevindt zich nu in de omgevingslicht-
De omgevingslichtmodus uitschakelen
B
A
1 Druk op toets (A) om het omgevingslicht uit te
– De lamp bevindt zich nu in de operatielicht-mo-
– De lamp werkt nu in de operatielichtmodus met
modus.
B
schakelen.
dus.
dezelfde verlichtingssterkte (B) als vóór de in-
schakeling van de omgevingslichtmodus.
Gebruiksaanwijzing Polaris 100/200
A