3. Verwijder de papiergeleider. Als er optionele onderdelen zijn
geïnstalleerd, verwijdert u deze en verpakt u ze in de
oorspronkelijke verpakking.
4. Controleer of de printkop is afgekoeld. Verwijder de cartridge
met inktlint zoals wordt beschreven in het gedeelte "Printer
monteren" in de Installatiehandleiding.
5. Controleer of de aandrukrol voor het papier is geplaatst en of
het transportwiel in de duwpositie aan de achterkant is
geïnstalleerd. Zie "Transportwiel in de achterste duwpositie
installeren" op pagina 26 voor informatie over de
installatieprocedure. Controleer ook of de printerklep en de
klep aan de voorzijde zijn gesloten.
6. Verpak de printer, de papiergeleider, de cartridge met inktlint
en het netsnoer (indien noodzakelijk) in de originele
verpakking en in de originele doos van de printer.
Productinformatie
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
A
247